donderdag 7 maart 2019

Een veer laten

Bij het opstaan voelde ik spierpijn. Zowel in mijn benen en mijn armen. Nu is pijn altijd een signaal, dat er iets niet goed is. Het zou een opkomende griep kunnen zijn, of het gevolg van te zware arbeid. Dat laatste leek me onwaarschijnlijk. Ik heb wel aardig wat kratten met boeken gesjouwd de afgelopen 3 dagen, maar niet overdreven veel.
Hoe dan ook, ik besloot derhalve om vandaag in de Leidse IJshal rustiger te schaatsen dan gewoonlijk. Niks forceren. Op de fiets hoefde dat al niet. Door de harde zuidwestenwind werd ik naar de Vondellaan toe geblazen.
Je kon merken, dat het schaatsseizoen op zijn eind loopt. Vanmorgen reden we met een peloton van 14 "Krasse knarren" rond met nog een vijftal losse schaatsers. Het peloton liet ik gaan zodra het me iets te snel ging. Dan reed ik gemiddeld 23 kilometer per uur. Vrijwel iedere serie werd ik een keer gelapt. Wat dat aangaat moest ik een veer laten, maar daar zat ik niet mee.
De spierpijn werd in ieder geval niet erger. Ik nam dus gewoon de kop bij de 25 rondjes. Ik had besloten om alleen op techniek te schaatsen. Tot mijn stomme verbazing ging de 5 kilometer in een vlak schema van 25 kilometer per uur. Goede techniek is bij het schaatsen heel belangrijk.
Dat ondervond René Strelzyn aan den lijve. Er was een veer van een klapschaats gebroken. Na de training liet hij dit in de winkel van Ooms Sport repareren. Hij kwam 5 euro bij me lenen, omdat hij niet genoeg geld bij zich had.
Mijn conclusie was dan ook duidelijk: hij moest een veer laten....

Geen opmerkingen: