zondag 2 september 2012

Mergellandroute

We ontbeten wat vroeger dan afgesproken, dus het vertrek vanaf "onze" Hoeve was ook wat eerder dan gepland. Het was een zonovergoten morgen. Was het uitzicht gisteren al mooi, nu was het nog veel mooier. In het noorden zagen we de heuvels liggen, die we al snel na de start om kwart voor 10 zouden gaan beklimmen.
Want na van Wittem naar Eys te zijn gefietst, wachtte ons meteen een van de zwaarste beklimmingen van de dag. Nauwelijks warm gedraaid kregen we de Eyserbosweg voorgeschoteld.

Het is al een zware beklimming, zeker als je zonder triple rijdt. Maar ik had nog een extra probleem: spontaan schakelde mijn achtercassette een paar keer een tandje bij, zodat ik bij aankomst op het afgevlakte deel zag, dat ik in de vierde versnelling stond. Desondanks was ik fietsend boven gekomen.
Via Trintelen vervolgden we de Mergellandroute. Dit was een hoekje extra, maar daardoor hadden we een veel gelijkmatigere afdaling richting Fromberg, de volgende klim. We daalden vanaf deze heuveltop af naar Schin op Geul voor de volgende beproeving: de Keutenberg.

Het ging aan de voet van de Keutenberg al meteen fout. Ik reed in de groep van 8 IJVL-ers mee, toen we de Keutenberg opdraaiden en zat aan de rechterkant van de weg. We hoorden meteen: "Tegen!" Er kwam een wielrenster afgedaald. Iedereen reed naar rechts, waardoor ik helemaal aan de rand van de weg klem kwam te zitten.
Mijn tactiek om zigzaggend omhoog te klimmen op dit stuk van 22% lag in duigen. Ik stond geparkeerd en stapte af. Na 10 meter lopen klom ik weer op de fiets en tot mijn stomme verbazing kon ik vanuit stilstand de zwaarste helling van Nederland beklimmen. Zoiets geeft moraal.
Bij Scheulder wachtten de snelle fietsers op de langzamen. Gezamenlijk daalden we af via de Sibbegrubbe om na de slinger via Klimmen en Hulsberg bij station Hulsberg uit te komen. Hier dronken we wat en namen de onvermijdelijke vlaaien. Voor Robert, die debuteerde op de Mergellandroute, was het een pijnlijke ervaring. De enige wesp, die Valkenburg nog rijk was, prikte hem in zijn hand.
"Dan heb je meteen een geldig excuus als je het niet haalt" kreeg de debutant te horen. En dat was dichter bij de waarheid, dan we toen konden bevroeden, want nadat het achttal was verdeeld in 2 kwartetten, viel de snelle groep ook al snel in 2 duo's uiteen. Paul en Robert moesten een gaatje laten vallen en reden toen op het zeer bochtige parcours verkeerd. En dan is het zeer lastig, om de Mergellandroute weer op te pakken. Zeker als je deze kaart niet bij je hebt!

De langzame groep had hier geen weet van. Wij reden met zijn viertjes in een heerlijk tempo naar het meest noordelijke puntje, Geulle aan de Maas. Robin, die net als ik met twee voorbladen reed, deed het langst over de beklimmingen, ik was met afstand de langzaamste daler. Daar we telkens op cruciale punten op elkaar wachtten, bleven.
Bij de klim naar Berg begon ik op stoom te komen. We moesten achter elkaar rijden, daar aardig grote groepen deelnemers aan Cylcle for hope naar beneden kwamen denderen. Samen met Andrea leidde ik de dans omhoog. Bij de klim op de Bemelerberg had ik vleugels.

Deze klim ligt me goed. Mogelijk komt dat ook, omdat ik hem diverse keren met Ada heb beklommen. Tijdens diverse fietsvakanties heb ik de Bemelerberg met bepakking beklommen. Als dat je lukt, is fietsen zonder ballast een stuk eenvoudiger.
Vanaf camping "Mooi Bemelen" was het, op een paar kleine, maar felle klimmen na vooral afdalen naar het Maasdal.
Gezeten op een zonnig terras aan de Maas in Eysden hoorden we het verhaal over het uiteenvallen van de kopgroep en de zwerftocht van Paul Verkerk en Robert Nozeman door Zuid-Limburg naar ons appartement.
Met zijn zessen begonnen we aan het laatste deel van de Mergellandroute. Het zuidelijke deel is ook nog eens het mooiste. We hadden het beste dus voor het laatst bewaard.
Dat had ik ook, want na de beklimmingen bij Noorbeek, Hoogcruts en Heijenrath was ik op de Camerig behoorlijk snel op het steilste deel. Ook hier speelde parcourskennis een grote rol. Ik had, toen de kinderen nog klein waren, 3 weken in een stacaravan gebivakkeerd op camping "De Rozenhof" en had deze prachtige omgeving toen uitgebreid verkend.
De Camerig is een lange klim, maar doordat je een drietal afzinken hebt, kun je tempo maken voor de volgende etage, die je beklimt. Met Andrea Landman reed ik door naar het meest oostelijke punt, Vaalsbroek. Hier stond Wil Verbeij, de beste klimmer van de dag, op ons te wachten. Met zijn drieën namen we de laatste echte klim van de dag, de Vijlenerberg, waarna we via Mechelen naar Partij reden.
Na 138 km fietsen met een gemiddelde van 23 km kon ik zeer voldaan terugkijken op de eerste Mergellandroute, die ik helemaal heb uitgereden.
Voordat we vertrokken naar een restaurant om bij te tanken en de lachspieren flink te trainen, konden we kijken naar de spannende ontknoping van de bergetappe in de Vuelta. De Mergellandroute is best zwaar, maar de bergen van Cantabrië is toch nog een heel ander verhaal....

Geen opmerkingen: