zaterdag 15 mei 2021

"Daar zit een fitis!"

Nadat ik gisteren in totaal 80 kilometer had gefietst, stond er vandaag weer een looptraining op het programma. Het was vanmorgen grauw weer. Het begin van een wisselvallige dag.


Mijn vrouw vertrok om 9 uur naar de volkstuin. Een half uur later stapte ik op de fiets om bij "De Helianth" in de Herenstraat boodschappen te gaan doen.
Het was met enige vertraging, want er kwam een appje binnen van de droogtrainingsgroep van de IJVL. Degene, die maandagavond de droogtraining zou verzorgen, was gisteren met het skeeleren gevallen en had een hersenschudding. Wie kon hem vervangen?
"Ik", zei de gek.

Zodoende zat ik op de fiets de oefeningen voor de training te bedenken. Ik heb oefenstof genoeg, maar het weer speelt een doorslaggevende rol. Het ziet er nog wisselvallig uit de komende week, dus ik heb een tweetal trainingen in gedachte. Bij droog weer wordt het "De Bult" met schaatsplanken als speerpunt, bij regenachtig weer kun je deze door Eric Heiden bedachte trainingsvorm niet gebruiken.

Dan wordt het een combinatie van lopen en schaatsstappen en -sprongen en statisch zitten.
Na hun brood bij mijn schoonouders gebracht te hebben, fietste ik door naar de volkstuin, waarvandaan ik vertrok voor een duurloop van 10 kilometer. 
Via deels onverharde paden liep ik naar het Valkenburgse meer, waar ik een maand geleden aan een zeer kleinschalige wedstrijdloop over 4 kilometer heb meegedaan.

Ik moest er nog een paar kilometer bij smokkelen om van de 8 kilometer 10 kilometer te maken. Eerst liep ik van de finish van 11 april langs het smalspoor naar het strandje, waar ik tussen de nieuwe houten fietsenstalling, die nu leeg was, een viertal keer heen en weer te slalommen. Altijd een prima intervaltraining.
Ik liep terug en nam het schelpenpad vlak langs het water en de rietkragen aan de zuidzijde van het Valkenburgse meer. Een meisje, dat ik een paar jaar schaatsles heb gegeven in de Leidse IJshal, wandelde daar met haar vader. Met verrekijkers om de nek waren ze vogels aan het spotten.
"Daar zit een fitis!", kreeg ik te horen.
En inderdaad, in de top van een boom aan de rand van het water zag ik de fitis zitten.
Ik liep daarna door en nam het doodlopende stuk tot de zandafgraving en weer terug. In de verte zag ik het betrekken. Ik liep weer terug naar de volkstuin, waar ik een paar spettertjes voelde.
In ons schuurtje lunchte ik samen met Ada. Daar zaten we droog, terwijl de eerste bui van de middag overtrok.
Toen het droog werd, fietste ik met een kleine omweg naar huis. Met 27 kilometers op de teller kon ik het zweet van mijn lijf spoelen onder de warme douche.

Geen opmerkingen: