Valt het jullie ook op, dat je tegenwoordig nog maar weinig muntjes op straat vindt? De laatste jaren was de trend al ingezet, doordat er steeds meer gepind wordt, maar sinds het uitbreken van de coronacrisis is het een en al pin wat de klok slaat.
En dat is jammer. Zelf verzamel ik het straatgeld in een potje, dat ik eenmaal per jaar inzet voor een goed doel. Diverse jaren was in de Leidse IJshal het goede doel van de 1000 rondjes van Leiden.
In 2011 was dat voor Serious Request, drie jaar later schaatsten we voor het Willem Alexander Kinderziekenhuis, waarvoor we in oktober hard gaan lopen bij de Leiden Marathon.
In het Engels hebben ze een mooie uitdrukking voor munten, die je op straat vindt: a penny from heaven.
Nu heb ik de afgelopen 3 weken vrij onverwachts 3 stuivers gevonden, keurig verdeeld bij het wandelen, het hardlopen en het fietsen. Meteen schoot die Dreigroschenoper van Berthold Brecht en Kurt Weill me te binnen, in het Nederlands vertaald als de Driestuiversopera.
Men moet niet de vergissing maken om de Driestuiversroman te verwarren met een driestuiversroman, want dat is een heel andere tak van sport.
Nu is die Dreigroschenoper gebaseerd op The Beggar's Opera van John Gay , een satirisch toneelstuk uit 1728.
De componist Christopher Pepusch zette het deels op muziek.
Een Schotse popgroep tooide zich in de jaren '70 met de naam "Beggar's Opera".
In 1931 werd die Dreigroschenoper verfilmd door Georg Wilhelm Pabst. Het bekendste nummer uit deze opera is ongetwijfeld "Mack the Knife".
"The Doors" hadden er hun eigen versie van.
Een ander bekend lied is de "Kanonen Song".
En zo kwam ik er door het vinden van 3 stuivers bij met te verdiepen in die Dreigroschenoper in dit tijdperk, dat wordt gekenmerkt door heel veel pinnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten