zondag 7 februari 2016

Echte winters


Gisterenmiddag spraken Hans Boers en ik af om vanmiddag naar de tentoonstelling "Echte winters" in het Teylers museum in Haarlem te gaan. Afzonderlijk van elkaar reisden we naar de Spaarnestad, waar we om 2 uur bij het museum afgesproken hadden.
We konden meteen doorlopen naar de grote zaal, waar een lezing werd gehouden over "Nederland Schaatsland" over de cultuurgeografische geschiedenis van het schaatsen in Nederland. Schaatsen was meer dan alleen maar vermaak of sport.

Cees Eysberg, oud-universitair docent Geografie aan de Universiteit van Utrecht en zelf verwoed schaatser die zelf onder andere vier Elfstedentochten heeft gereden, waaronder in 1982 op eigen houtje, vertelde over de geografische omstandigheden, het waternetwerk, de, ijsclubs, winterschilders, de Tachtigjarige oorlog, het ijs als vrijplaats, Hollands imago, de Elfstedentocht en de toekomst van het schaatsen.
Zo vertelde hij over de herkomst van de uitdrukking "voor spek en bonen", maar ook over hoe de Watergeuzen in de Tachtigjarige Oorlog op de schaats een guerilla-oorlog voerden tegen de Spanjaarden. Alva wilde de Hollanders met eigen wapens verslaan en bestelde 7000 paar schaatsen voor zijn Napolitaanse regiment. Helaas voor de ijzeren hertog werd het een miskoop: je kunt wel schaatsen hebben, maar dat betekent nog niet, dat je er meteen op kunt schaatsen....

Verder kregen we een prachtig verhaal te horen over een Italiaanse zakenman, die op de dag van de Elfstedentocht van 1986 een afspraak had in Nederland. Bij een benzinestation werd hij niet geholpen. Iedereen zat in het kantoortje naar de Tocht der Tochten te kijken. Uiteindelijk werd de jongste bediende gestuurd.
Nu we het daar toch over hebben: precies een kwart eeuw geleden slaagde ik voor mijn rijexamen. In een zware sneeuwbui. Dat was nog eens een echte winter. Maar dit terzijde.
De Italiaan kwam zijn altijd stipte handelspartners niet tegen op de afgesproken plek en tijd. Indertijd had je nog geen mobieltjes.
Tenslotte kwam hij in Fryslân bij een door de politie afgezette weg terecht. Schaatsers gaan voor!
Een voor mij totaal nieuwe tocht uit de Kleine IJstijd was er eentje van de kop van Noord-Holland naar Texel, Vlieland, het voormalige Waddeneiland Wieringen en vandaar weer terug naar Noord-Holland. Over de Waddenzee!

Daar ik vermoedde, dat de spreker ook geïnteresseerd was in de hedendaagse schaatscultuur, kon ik Cees Eysberg blij maken met een tweetal boeken van mijn hand, waaronder die van de op eigen houtje gereden Tocht der Tochten uit 2012.


Aansluitend bekeken Hans en ik de tentoonstelling. We genoten met volle teugen.

Tal van meesterwerken deden je als schaatsliefhebber watertanden.

Hendrick Avercamp, de grootmeester uit de Gouden Eeuw, ontbrak uiteraard niet.

Zijn evenknie uit de Negentiende eeuw was Andreas Schelfhout.

Onvoorstelbaar hoe levensecht hij zwart ijs op het doek wist weer te geven!

Voor mij zijn dit absolute hoogtepunten uit de schilderkunst!

Na een warme chocolademelk, gehaald bij de koek en zopie in de kantine, waar we beelden zagen van de Elfstedentocht van 1929.

Hierna wandelden Hans en ik door de mooie binnenstad van Haarlem, waar we de trein naar de Sleutelstad namen. Samen fietsten we door tot station De Vink, waar we afscheid van elkaar namen na een gezellige middag in het Teylers Museum. De tentoonstelling "Echte winters" is nog te bezichtigen tot en met 6 maart. Mis hem niet!!!!

Geen opmerkingen: