donderdag 27 januari 2022

Een fysiologisch talent

Het goede nieuws was, dat we het grauwe winterweer eindelijk kwijt waren.
Het slechte was, dat we niet zozeer de zon te zien kregen, maar juist wat regen.
Vanmorgen fietste ik samen met mijn vrouw naar de Vondellaan, waar we in de Leidse IJshal zouden gaan schaatsen. Ada reed op de inrijbaan een klein uur rond, ik deed met 20 "Krasse knarren" de gebruikelijke piramide van 125 rondjes.

Terwijl "And I love her" van "The Beatles" uit de geluidsboxen klonk, begonnen we aan de eerste kilometer. De eerste ronde ging in 26 kilometer per uur. De toon was gezet. 
De eerste 5 rondjes moest ik er nog even inkomen, maar daarna was ik voldoende warmgedraaid en kon ik gewoon blijven gaan. Wat zich dinsdag al openbaarde, daarvan kreeg ik nu de bevestiging: ik ben in vorm. Helaas het natuurijs nog niet.

Na de coronabesmetting had ik me voorgenomen om in januari weer in vorm te zijn. Welnu, dat is redelijk goed gelukt. Die Planung hat gestimmt!
Dat bleek vooral bij de 5 kilometer, die ik op kop reed in vrijwel steeds 25 kilometer per uur, maar nog meer bij de 20 rondjes daarna. De eerste ronde ging al in 27 in het uur. De eerste 4 schaatsers hadden al snel een gat met de rest van het peloton. Daar kwam ik wederom op kop te rijden, maar het gat met de koplopers bleef de rest van de 4 kilometer stabiel op een halve ronde. Ik reed harder dan eerder dit seizoen en het gekke was: ik was na deze serie nog niet eens moe!

En dan ben ik in tegenstelling tot Tijmen Snel niet bepaald een fysiologisch talent. Deze rake typering van toptrainer Jac Orie kan ik als eerste trainer van deze IJVL-er wel beamen. Tijmen pakte de oefenstof razendsnel en op de juiste wijze op.

Ik moest het, net als de meeste "Krasse knarren" gewoon van werken en eindeloos oefenen hebben. Maar als je dat lang genoeg doet, kom je er ook wel. Al heb je daar soms wel wat hulp van boven bij nodig.
Nu zijn Gods wegen duister, maar altijd precies op tijd. Dat merkte Aad van Tol, toen hij aan zijn 5 rondjes op kop begon en wel wat geestelijke ondersteuning kon gebruiken. Na zijn eerste schreden weerklonken Andrea Bocelli en Katherine Jenkins met "I believe".

De vreugde om deze ingetogen muziek ging terstond met een siddering door het hele peloton heen. Gedeelde vreugde is immers dubbele vreugde. Het schaatsen op het ritme van de muziek, dat beter tot zijn recht komt in de Muzikale Fruitmand, was onmogelijk, maar je kunt niet alles hebben in het leven.

Geen opmerkingen: