We schrijven de zomer van 1975. Het was een warme zomer met de eerste hittegolf in een kwart eeuw! Ik was die zomer aan mijn kaken geopereerd en zodoende goeddeels lopend patiënt. Ik was veroordeeld tot 6 weken vloeibaar voedsel.
Terwijl mijn vrienden Bas Warnink, Joep Kapiteyn en Tim de Beer de grootste lol hadden op Terschelling, vermaakte ik me thuis met lezen. De boeken van "Adriaan en Olivier" van Leonhard Huizinga deden me regelmatig schuddebuiken van het lachen.
De eerste maand was er absoluut geen sprake van, dat ik weg zou mogen van huis, maar toen ik bij een controlebezoek aan de kaakchirurgen Roorda en Hovinga vroeg, of ik eventueel zou mogen kamperen, kreeg ik zowaar toestemming.
Thuis gekomen wachtte me een verrassing. Er was een kaart verzonden vanaf camping "Appelhof" op Terschelling. De heren hadden leterlijk hun geld verbrast en kwamen eerder naar huis....
Nee, hoe mooi het weer ook was, het was niet bepaald mijn zomer. Maar nu heeft elk nadeel zijn voordeel. De vrienden brachten me in aanraking met de lp "Argus" van Wishbone Ash. Een klassieker!
En ik zou kennis maken met de ouders van Tim. Via de Equipe Liturgique van Pedagogische Academie "De la Salle" waren we bevriend geraakt. Zodoende reed ik mee met de oude VW Kever van de oudste broer van Joep met Tim aan het stuur.
De chauffeur voorspelde me, dat de eerste vraag, die zijn moeder zou stellen, deze was: "Wat willen jullie drinken?"
Bas en Joep konden dat beamen. Hen was bij aankomst in de Trompstraat in IJmuiden dezelfde vraag gesteld! En inderdaad, zo geschiedde op de zoveelste warme middag van die zomer.
Nu leer je bij allerlei management- of marketingcursussen altijd deze wijsheid: "De eerste indruk kun je maar één keer maken!"
De eerste indruk van Tims moeder was bijzonder goed: hartelijk, gastvrij en gezellig.
Hoe anders moet de eerste indruk geweest zijn, die ik gemaakt heb. Haar tot over de schouders, een rasterwerk van ijzerdraad in mijn mond, zodat mijn boven- en onderkaak aan elkaar vastgespalkt bleven en terwijl mijn vrienden om een biertje vroegen, mompelde ik, dat ik wel een glas melk wilde.
Ik hield me maar aan het advies van de kaakchirurgen, die me het drinken van alcohol ontraden hadden, zolang de spalken nog in mijn mond zaten.
Gezeten in de tuin werd ik ingewijd in de beginselen van het edele kaartspel Canasta.
Met melk en ander vloeibaar voedsel kwam ik de dag wel door, mede dankzij de gezelligheid, die Tims moeder altijd meebracht. Ik weet wel, waar de term "Beregezellig" vandaan komt.
Na de toch wel bijzondere eerste ontmoeting ben ik mevrouw De Beer gelukkig nog vaak tegengekomen. Deze week is ze op 95-jarige leeftijd overleden. Het zal daarboven een stuk gezelliger worden. En wie weet vraagt iemand daar nu: "Wat willen jullie drinken?"
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten