woensdag 20 mei 2020

"Gaat 't, meneer?"

Na de hele dag in filiaal Hoornes/Rijnsoever gewerkt te hebben, fietste ik om kwart over 5 naar huis toe. Daar mijn vrouw op haar werk at, at ik in mijn eentje boerenkoolstamppot. Daarna zou ik gaan skeeleren. Ik twijfelde lang, of ik naar Leiderdorp zou fietsen om op de skeelerbaan mijn eerste rondjes van 2020 te rijden, of dat ik vanuit huis een stukje zou gaan skeeleren.
Als je maar lang genoeg twijfelt, dan komt er een moment, dat je niet meer hoeft te twijfelen. Om kwart over 7 had het geen zin meer om naar Leiderdorp te rijden, dus de keuze was simpel: ik zou op deze warme avond in mei vanaf huis een rondje rijden.
Het eerste stuk was weer wennen. Dat is het altijd als je weer voor het eerst op de wieltjes staat. Het drukpunt is net anders dan bij het schaatsen. Na een kilometer skeeleren, net op het moment, dat ik de slag een beetje te pakken kreeg op het fietspad aan de rand van de Stevenshof, raakte ik een vrij hoge witte streep op het fietspad net verkeerd. Ik verloor mijn evenwicht en viel op het asfalt.
Een vrouw, die aan het wandelen was, kwam meteen naar mij toe en vroeg: "Gaat 't, meneer?"
Ik kon haar geruststellen. Ik mankeerde niets. Door de vele valoefeningen bij de schaatslessen voor kinderen in de Leidse IJshal, had ik me bij de val slap gehouden. Dan kom je in het algemeen goed terecht. De knie- en polsbeschermers deden de rest.
Met de schrik vrij komen heet dat. Wel skeeler je het eerste stuk stukken voorzichtiger. Maar gaandeweg kom je toch weer in je slag. Op het fietspad bij de bananenflat kwam een man naast me fietsen: "Je rijdt niet slecht: 16 kilometer per uur!"
Via de Velostrada rolde ik naar de Papelaan en vandaar naar de Via 44. Via dit snelfietspad skeelerde ik terug naar huis, waar ik na een uur rijden op wieltjes de skeelers uit kon trekken. Hoewel niet bepaald vlekkeloos was het eerste skeelertochtje van 2020 me niet tegengevallen.
Met deze meneer gaat 't goed.

Geen opmerkingen: