zondag 3 april 2016

Beloken Pasen


De term Beloken Pasen zal bij de meeste Nederlanders onbekend zijn. Het is de eerste zondag na Pasen. Beloken is het voltooid deelwoord van beluiken, het tegengestelde van ontluiken. Het betekent dus afgesloten.
Voor mij was er sprake van het beluiken van het schaatsseizoen en het ontluiken van het marathonseizoen. Daarvoor moest ik wel vroeg uit de veren, want om 10 over 8 zat ik op de fiets om langs de toch nog flinke ijsberg bij de Leidse IJshal naar de Zijl te trappen en vandaar via Oud-Ade en Rijpwetering naar Roelofarendsveen.
Ik schreef me om half 10 voor € 8,- in voor de halve marathon van de Braassemloop, waarvoor ik startnummer 2300 kreeg overhandigd. Voorafgaand aan de 21 kilometer ging ik 10 minuten later in mijn eentje 9 kilometer lopen. Onder een bewolkte hemel liep ik langs de Wetering naar de Ringvaart. Voor het eerst dit jaar liep ik in een korte broek. Het was ondanks de bewolking al aardig warm. Dat is wel eens anders geweest....
In 50 minuten had ik mijn opwarmronde volbracht. Bij de sporthal aangekomen kwam ik Kobus Turk en Hans Boers tegen. Met Hans zou ik de halve marathon gaan lopen. Om 11 uur vertrokken we in het midden van het peloton.

Hans had er zin in. Hij liep erg makkelijk. Dat deed ik ook wel, maar het was net even minder. Langzaam maar zeker kwamen we zo iets verder naar voren. Tot 8 kilometer liepen we gelijk op, maar toen moest ik een gaatje laten vallen langs de Wijde Aa.

Toen ik in de gaten had, dat ik er niet meer bij zou komen zonder me te forceren, hetgeen mij vorig jaar duur is komen te staan, riep ik mijn trainingsmaat toe: "Ga maar, Hans!"

Op de Aderweg hadden we tegenwind. Meestal stond aan het einde van deze lange rechte polderweg een drinkpost. Nu dus niet, terwijl ik daar wel op gerekend had. Pas in Rijpwetering, 2 kilometer verder, kon ik een Squeezy-gel, 2 bekers water en een stukje banaan naar binnen werken. Tot de drinkpost, die ik bereikte na in totaal 21 kilometer lopen, ging het lekker, daarna zakte ik lichtjes in.

Dit uitte zich vooral uit het feit, dat ik alleen maar werd ingehaald. Gingen de eerste 12 kilometer in een tempo van 5 minuten per kilometer, daarna deed ik een halve minuut langer over de zelfde afstand. Het verval was dus niet zo groot als vorig jaar. Bij Nieuwe Wetering, 3 kilometer voor de finish, kwam ik fotograaf Teun de Reede tegen.

Zo kwam ik als 134e binnen in 1.50.41. Hans was toen al 6 minuten binnen. Hij was 107e geworden in 1.44.50, een keurige tijd voor de eerste halve marathon van dit ontluikende hardloopseizoen.
In het zonnetje fietste ik richting Leiden. Na 2 kilometer kwam ik bij restaurant "Tussen Kaag & Braassem".

Ik stapte af om "Krasse knar" Wim Klerks gedag te zeggen, die de scepter zwaait in dit gezellige restaurant. We raakten aan de praat, terwijl ik als vochtcompensatie een Hertog Jan tot me nam. Arbeid adelt. En de eerste 30 kilometer van het seizoen lopen is stevige arbeid. We kwamen te praten over de Molentocht. Ik kwam er achter, dat Wim "Molen- en Merentocht" nog niet had. Dat probleem was snel opgelost, want de schrijver had een exemplaar bij zich.

Met gesloten beurzen werd deze transactie verrekend. Ik nam afscheid van Wim en fietste via Hoogmade, waar ik mijn neef Leo van der Post en zijn vrouw op de veranda zag zitten op deze eerste warme dag van 2016. Ik at een boterham mee en praatte even bij over onze familie.
Buurman Willem van der Laan, die ik goed ken van de Leidse IJshal, kwam ook nog even gedag zeggen. Om half 4 werd het langzamerhand tijd om naar Leiden te fietsen, waar ik na 30 kilometer hardlopen en 46 kilometer fietsen nog net kon zien, hoe Peter Sagan de 100e editie van de Ronde van Vlaanderen op indrukwekkende wijze won.

Daarna had ik op Beloken Pasen eindelijk tijd om mezelf te gaan douchen.

Geen opmerkingen: