Ada had gisterenavond in hotel "Aysgarth Falls" "Wat ik nog weet" van Annie M.G. Schmidt uitgelezen.
Ik probeerde vanmorgen hetzelfde te doen met "Verdere belevenissen van een veearts" van James Herriot, toen ik om 6 uur wakker werd en Ada in dromenland was tot kwart voor 8. Het lukte niet helemaal.
Om 8 uur ontbeten we voor de tent onder een licht bewolkte hemel, doch in de verte zag ik de eerste benevelde bergen van deze vakantie. Wolken kropen over de bergen heen en bedekten de top met een grauwsluier.
Na het ontbijt wandelden we richting Aysgarth Falls. Het bezoekerscentrum ging pas om 10 uur open. Wij wandelden daarom maar door naar the Middle Falls en the Lower Falls. Vooral de middelste watervallen waren imposant. The Upper Falls waren veel breder.
Na de watervallen gingen we klimmen naar Bolton Castle. Dit deden we over public footpaths, die vooral door weilanden voerden. Het leuke hiervan is, dat je iedere keer andere uitzichten hebt, doordat in bergachtige gebieden vrijwel niets recht loopt.
We liepen tussen stenen muren, door een klein bosje, over boerenerven en een kleine kilometer over een weg.
Over een vrij steile weg liepen we het laatste stukje van de 4 mijl naar Bolton Castle.
In de tearoom bestelden we white coffee, hot chocolat en 2 prima cheesecake.
Daarna bekeken we het halfbewaarde kasteel.
Zelfs in deze staat kon je je een voorstelling maken van het leven op zo'n kasteel en dan besef je maar al te goed, hoeveel luxe wij hebben.
We bekeken diverse zalen, waaronder the solar room, the grand chamber en the bedroom. In de Middeleeuwen sliepen mensen niet graag alleen. In een grote zaal werden matrassen op de vloer gelegd of sliep men op de grond met een deken over zich. Alleen de kasteelheer en zijn Lady sliepen in een bed op poten met gordijnen aan 4 kanten voor een beetje privacy.
De bekendste persoon, die op Bolton Castle verbleven heeft was Mary, Queen of the Scots, die rond 1568 hier een soort huisarrest had. In totaal zou ze in diverse kastelen 19 jaar in een soort gevangenschap doorbrengen met een eigen huishouding van een man of 30 personeel.
In 1587 werd Mary Stuart in opdracht van haar nicht Elisabeth I, the Virgin Queen, onthoofd in Fotheringay.
Na de zuidtoren met een prachtig uitzicht te hebben beklommen, begaven we ons op deze licht wisselvallige en vrij koele zomerdag naar de tearoom, waar we een kop tomatensoep nuttigden.
Na de soep wandelden we door de kasteeltuin. De doolhof lieten we maar achterwege, want het fietsen in Engeland heeft soms veel weg van een doolhof. Wij komen toch wel aan onze trekken.
Terwijl het licht begon te regenen en wij blij waren, dat we onze regenjassen hadden meegenomen, begonnen we aan de terugtocht naar Aysgarth. Dit deden we via een andere route als op de heenweg.
Dit keer wandelden via Carperby, een leuk plaatsje. Hier postten we de ansichtkaarten, die we in het kasteel geschreven hadden. Na door het dorpscentrum langs de weg gelopen, volgde een afdaling van 1 mijl tussen de stenen muren ober een serie aaneengesloten weilanden.
We kwamen uit uit bij het bezoekerscentrum van the Yorkshire Dales. Hier zochten we vergeefs naar kaarten van the Yorkshire Moors.
Een medewerkster hielp ons bij het zoeken naar campings aan de oostkant van the Moors. Dat viel nog niet mee. De enige twee lagen op de top van een forse klim. Niet iets waar je naar uitkijkt als je bepakte fietsen omhoog moet krijgen op steep hills.
Op het terras namen we cappuccino en een aardbeienijsje, voordat we de laatste kilometer naar de tent liepen. Op de camping aangekomen zagen we, dat de meeste gasten vertrokken waren.
Wij vertrokken ook. Op de fiets. We reden naar the Village shop bij het benzinestation, waar we voedsel kochten voor het avondeten. We reden de kleine kilometer niet linea recta terug, maar kozen voor een omweg via Thoralby en West Burton.
Naar Thoralby ging het erg gemakkelijk, daar het over slingerwegen vooral afdalen was. Dat betekende na een vrij vlakke trip door dit deel van het dal, dat er op een gegeven moment geklommen moest gaan worden. Vlak voor Aysgarth Falls gebeurde dat met een schamele 16%. Hijgend bereikten we de camping na een fietstocht van ruim 7 kilometer.
Ada kookte de aardappels met courgette en uien. Samen met de plakjes kalkoen smaakte het aardig, maar gisteren was het lekkerder.
Na de vaat gingen we naar onze stampub, waar het mobieltje werd opgeladen, het dagboek bijgewerkt en wat werd gelezen.
Ada begon aan "De geschiedenis van een liefde" van Nicole Krauss, terwijl ik "De verdere belevenissen van een veearts" van James Herriot uitlas en achterliet in the library van hotel "Aysgarth Falls".
Bij het weggaan vroeg ik, hoe laat we aan de ontbijttafel aan konden schuiven.
"It's not possible. It's only for residents."
Ondanks dat we hier kampeerden en bereid waren er de volle mep voor te betalen, werden we daar niet toe gerekend, zodat we een oplossing moesten vinden voor het ontbijt zonder brood. Maar daar had ik buiten Ada gerekend, die alweer een oplossing had bedacht voor de volgende morgen.
Terwijl de regendruppels op het tentdoek vielen, vielen wij in slaap.
dinsdag 6 september 2016
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten