dinsdag 22 november 2022

Op de bodem van ieder geluk ligt een offer

In mijn jeugdjaren las ik ooit deze spreuk: "Op de bodem van ieder geluk ligt een offer."
Toendertijd kon ik me daar niet zoveel bij voorstellen, maar met het klimmen der jaren begon ik het steeds beter te begrijpen.

Wil je ergens iets in bereiken of volbrengen, dan moet je daar vaak veel tijd in stoppen. Toen ik 43 jaar geleden als kersverse Leidenaar door een collega werd meegenomen naar de Ton Menken IJsbaan was ik niet meer dan een veredelde krabbelaar. 

Na oneindig veel trainingsuren gebeurde iets, dat ik voordien voor onmogelijk had gehouden. Ik won een wedstrijd over 200 kilometer. En daar gedeeld geluk dubbel geluk is, zorgde ik ervoor, dat het een gedeelde overwinning werd.

Tijd om arrogant te worden, was me niet gegund. Binnen een maand tijd was ik driemaal tegen de boarding geknald en had mijn zelfvertrouwen op de smalle ijzers een flinke knauw gekregen.
Mentaal moest ik weer op het nulpunt beginnen. Maar ja, een Breed houdt niet van opgeven. Voor het echte keerpunt moest ik echter nog bijna een jaar wachten. Een lichte kuitblessure zorgde ervoor, dat ik de 1000 rondjes van Leiden reed zonder ook maar één keer pootje over te doen. In 8.40 reed ik de 200 kilometer uit.

Die kuitblessure was "A blessing in disguise". Zonder pootje over kon je dus ook een heel eind komen. En weer kwam een oude spreuk bij mij naar boven drijven.

Deze is van de Chinese filosoof Lao Tse: "Wat nodig is zijn niet steeds weer nieuwe bergen, maar steeds weer nieuwe ogen."

Zo kent iedere Elfstedenschaatser de frustratie van het lange, lange wachten op "It giet oan!"

Margreeth Pennekamp, een oud-klasgenote van "Porta Vitae" stelde me eens de vraag: "En, wat hebben al die trainingen je gebracht?"

"Een goede conditie en goede gezondheid", luidde mijn antwoord.
Op dat moment zag ik het geluk, dat rustte op een offer op de bodem.

De afgelopen dagen werden we geconfronteerd met twee spraakmakende zaken.

Allereerst het wereldkampioenschap Voetbal in Qatar, waarvoor je toch plaatsvervangend schaamte voelt als je er naar kijkt.

En daar kwam De Wereld Draait Door afgelopen weekeinde nog eens overheen.

De overeenkomst van beide is, dat op de bodem van dit geluk, of kan ik misschien beter zeggen op de bodem van dit succes een slachtoffer ligt. In meervoud wel te verstaan!
Bij de Leidse IJshal schaatste ik vanmorgen met de "Krasse knarren" de gebruikelijke piramide van 125 rondjes. Als we het over slachtoffers op de bodem hebben: de wereldberoemde piramides van Egypte konden er ook wat van!


Wat dat aangaat gaat het er bij onze piramide een stuk gemoedelijker aan toe. Hoewel?

Toen één van de "Krasse knarren" op kop het tempo van 24 kilometer per uur verhoogde naar 28 viel het peloton in drie brokken uiteen.
Eén van de achterblijvers zei: "Zou hij een hekel aan ons hebben?"
Hij herhaalde dat na afloop van de serie tegen de snelle schaatser, waaraan ik de waarschuwing toevoegde: "Pas maar op. Voor je het weet gaan we je Matthijs van Nieuwkerk noemen...."
Hoewel ik ook bij de achterblijvers hoorde, was ik tevreden over het schaatsen vandaag. Op het harde ijs ging de 5 kilometer vlak in rondjes van 24 kilometer. Kijk naar wat je hebt, niet naar wat je mist!
Na de koffie en thee ging ik kijken naar wat we gaan krijgen.
Als je het hebt over "Op de bodem van ieder geluk ligt een offer", dan is IJshal "De Vliet" hier een schoolvoorbeeld van. In december 2016 zag het er hopeloos uit.
Maar de protestgeneratie liet het er niet bij zitten. 


Heel veel acties later kwam niet de gehoopte 333-meterbaan, maar krijgen we wel een prachtige 250-meterbaan.

Het geheim hierachter is prachtig bezongen.

We gingen onverzettelijk op ons doel af!

Geen opmerkingen: