Aan de stok schaatsen

Het hulpmiddel, dat ik voor de schaatsles van de IJVL in de Leidse IJshal bedacht had, was een tweetal stokken van ruim anderhalve meter. Tegenwoordig worden ze eigenlijk alleen bij schaatslessen gebruikt, maar in de tijd van de glissen waren ze min of meer noodzakelijk.

Toen de ijzeren schaatsen in zwang kwamen, werden prikstokken nog veelvuldig gebruikt.

Heden ten dage ziet men het aan de stok schaatsen vrijwel uitsluitend bij het schoonschaatsen.

Ondanks dat we een hardrijvereniging zijn, gebruikte ik de stokken toch. Door met zijn tweeën met een stok tussen elkaar rustig te schaatsen, moesten de overige kinderen veel langer diep zitten om onder de stok door te schaatsen. Ze moeten veel langer echt diep zitten dan ze van nature gedaan zouden hebben. Op deze basisoefening zijn nog wat varianten te bedenken.

Een tweede vorm van aan de stok rijden is het zogenaamde opleggen. Als je het goed doet, dan rij je samen sneller dan ieder afzonderlijk. In kleine groepjes en met een groep van 9 kinderen oefenden we dit. In onderstaand filmpje kun je de variant met 2 personen zien.

Met de lange stokken als estafettestokjes, die al schaatsend werden doorgegeven en het oefenen van de start met 2 tegen elkaar slaande stokken als startschot, hadden we met 2 bezemstelen een behoorlijk gevarieerde training.