Deze week stond op de site van de NOS te lezen, dat goksyndicaten schaatswedstrijden willen gaan organiseren tussen shorttrackers en langebaanschaatsers. Deze matches met 4 schaatsers in de baan volgens de shorttrack-formule zouden moeten plaatsvinden op een 220-meterbaan. Zeg maar een baan ter grootte van de Leidse IJshal.
Het internationaal opererende bedrijf Icederby zal in mei van dit jaar in Dubai een testwedstrijd organiseren. Naast het Wereldkampioenschap voetbal in Katar krijgt een ander Arabisch oliestaatje topsport binnen de deuren.
Wellicht ontdekken veel schaatsers dan het geheim van de Leidse IJshal als kweekvijver voor veel schaatstalent.
Op een 200-meterring leer je op een natuurlijker wijze bochten lopen dan bij shorttrack. Mijn stelling is en blijft, dat langebaanschaatsers hier meer profijt van kunnen hebben dan van de shorttracktrainingen.
Op zich is dat een uitstekende aanvulling, maar bij het rijden op een 200-meterbaan oefen je niet alleen de scherpere bochten met meer druk, maar ook de ontspanning op het rechte eind.
Het zal ongetwijfeld veel spektakel opleveren, deze wedstrijden tussen twee verschillende schaatsdisciplines. Icederby wil tijdelijke, demontabele banen overal op de wereld neer kunnen zetten. Waarom zou men dat doen, als er alleen al in Nederland diverse 200-meterbanen liggen, die deze wed-strijden prima kunnen organiseren?
Want als goksyndicaten zoiets organiseren, kun je letterlijk spreken van wed-strijden.
Daarbij wil ik de heren uitdagen om het niet alleen te houden bij de spectaculaire sprintafstanden, maar ook een heel ander specialisme aan te boren: een wedstrijd over 1000 rondjes!
donderdag 9 januari 2014
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten