vrijdag 20 september 2019

Schaatsen is de enige bezigheid, waar men met de handen op de rug tot grote prestaties kan komen

Het was vandaag heerlijk fietsweer.
De nacht was koud geweest met her en der in het land vorst aan de grond.
Wat dat aangaat is het weer toch anders dan vorig jaar, toen we na een extreem warme zomer ook nog een warme oktober beleefden.
Deze 31-daagse temperatuuranomalie laat zowaar een keer temperaturen onder het gemiddelde zien. Het lijkt niet veel, maar het is een prestatie van formaat. De hittegolf van eind augustus moest daarvoor immers worden "weggewerkt".
Om half 10 trok ik de deur van ons huis achter me dicht en fietste naar Leiderdorp, waar ik over het nieuwe fietspad bij de Ruigekade om Hoogmade heen naar Ofwegen fietste. Langs de Wijde Aa trapte ik naar Woubrugge.
Langs de Braassemermeer reed ik naar Rijnsaterswoude en vandaar naar Langeraar, vanwaar ik over een fietspad door de Langeraarse plassen naar Papenveer fietste.
Vandaar was het nog maar een klein stukje langs het kanaal naar Jan van der Hoorn Schaatssport. Ik werd geholpen door Ben van Haastrecht, die mij 2 jaar geleden een zeer effectieve manier van slijpen heeft geleerd. Ik kan iedereen deze cursus slijpen van harte aanbevelen.
Ik kwam daar niet voor, maar om 2 slijpstenen weer "open" te maken en om de ronding van 2 paar schaatsen te controleren. Terwijl Ben daar mee bezig was, keek ik rond in de winkel. In het midden was een klein schaatsmuseum. Naast veel schitterende schaatsfoto's waren een aantal vitrines. In een ervan was deze zeer rake uitspraak van Gustaaf Witsen Elias, de toenmalige secretaris  van "De Friesche Elf Steden": "Schaatsen is de enige bezigheid, waar men met de handen op de rug tot grote prestaties kan komen."
Ben gebruikte zijn handen wel. Zodoende kwam er een goede ronding in mijn hoge kluunschaatsen en in de Vikings van mijn vrouw. Hierop heb ik in 1991 mijn eerste 200 kilometer geschaatst en in 1997 de Elfstedentocht uitgereden.
In de schaatswinkel stuitte ik op het mij totaal onbekende boek "Elfstedenroute in beeld" van Max van den Bout.
Dat kon deze bibliothecaris natuurlijk niet laten liggen.
Ook het boek "Door vriendschap verbonden" over 125 jaar Ter Aarse IJsclub kocht ik ook maar meteen.
Bepakt en bezakt verliet ik Jan van den Hoorn, om op en bank bij het bruggetje tussen de Noorder- en de Zuiderplas in het zonnetje mijn brood op te eten.
Via Bilderdam en Leimuiden reed ik naar Nieuw-Vennep, waar ik bij mijn zus Riet langsging. Aansluitend fietste ik naar Hillegom, waar ik met Joep Kapiteijn op het zonovergoten terras van "Klein Duimpje" bijkletste onder het genot van "Heer van Six".
Doordat ik de slijpstenen in de zon te drogen had gelegd, raakten we in gesprek met een man van de tafel naast ons. Hij had ook diverse Molentochten geschaatst.
Via de Keukenhof en Voorhout fietste ik naar Leiden, waar ik na 85 kilometer fietsen weer thuis was.

Geen opmerkingen: