Hoe diep je gegaan bent bij een sportprestatie, is vaak af te meten aan je bovenbenen. Hoe lang duurt het, dat je je bovenbenen nog voelt bij het traplopen en dan vooral bij het afdalen. Welnu, vanmorgen voelde ik het nog, dus ik ben zondag bij de Zevenheuvelenloop veel dieper gegaan dan gewoonlijk. Maar ja, ik loop niet zomaar een tijd onder de 1.10 op de 15 km.
Het was heerlijk fris weer, toen ik om half 9 naar de Leidse IJshal fietste. Het was vrij rustig, toen ik met mijn kluunschaatsen aan het spiegelgladde, keiharde ijs betrad, maar toen we om 9 uur aan de piramide van 125 rondjes begonnen, was de groep al weer aangegroeid tot ruim 20 man.
Het ging behoorlijk snel. Zo snel had het peloton "Krasse knarren" dit jaar nog niet gereden. Maar ja, het ijs gleed dan ook super! Hoe snel het ging bleek bij de 25 rondjes. De snelle groep lukte het pas na 10 rondjes om aansluiting te vinden bij het peloton. Gezien de snelheid hiervan besloten ze om geen rondje extra te pakken. Desondanks waren er geen uitvallers, die het peloton niet bij konden houden.
Kortom, we hebben heerlijk gereden. En als het goed is, krijgen we volgende week een nieuwe "Krasse knar" erbij: Douwe Kinkel.
Een gezellige man, met wie ik zeer veel kilometers op natuurijs heb gereden.
Na de training kwam Willem van Vliet posters uitdelen van de 1000 rondjes van Leiden met het verzoek, of ik hier reclame voor wil maken. Welnu, dat doe ik volgaarne! En daarbij wil ik er nadrukkelijk op wijzen, dat het ook mogelijk is om individueel 250, 500 of 750 rondjes te schaatsen. Als je 250 rondjes schaatst, dan rijd je de afstand van een Molen- en Merentocht.
Voor wie 200 kilometer te hoog gegrepen is, is hier een uitstekende mogelijkheid om toch mee te doen aan het leukste schaatsevenement van de gezellige Sleutelstad.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten