Vrijdag sprak ik op het feest van Bas Warnink mijn oude schoolvriend Gert Dol. Ik had van Bas al gehoord, dat hij een paar weken geleden onverwachts de "Hobo String Band" had op zien treden.
Gert begon hier ook meteen over.
Nu is dat niet zo heel gek. In onze jeugdjaren hebben we deze bluegrassgroep uit Aalsmeer diverse keren op zien treden met de Deense dog "Fiedel" als mascotte.
In die jaren trad de "Hobo String Band" diverse keren op in "De Hobbit" in Nieuw-Vennep, onze "stamkroeg", en haar voorloper "Lambiek". Als het kwintet elders in de omgeving optrad, dan gingen we er ook graag naar toe.
Af en toe kwamen enkele leden van de "Hobo String Band" een afzakkertje halen in "De Hobbit".
Soms volgde dan een kleine sessie. Bij een ervan zong ik "Down by the old green tree" met violist Leen Mulder en gitarist Jan van Rhenen.
Bij de Hobbitreünie, die een paar keer gehouden is, trad de band ook een paar keer op. Jarenlang volgde een droogte wat dat aangaat. Alleen de cd "Dedicated to Fiedel" klinkt nog regelmatig bij mij thuis.
Voor de muziekliefhebbers is er goed nieuws. Violist Leen Mulder en gitarist en zanger Dick Kuin treden weer op met wat andere muzikanten als "Hobo String Band". Wie hen wil volgen kan dat doen op hun Facebook-pagina.
Hoewel het na het mislukken van de aanbesteding van de gecombineerde IJshal en Zwembad "De Vliet" geen verrassing zal zijn, ziet het er toch naar uit, dat we een jaar langer in de voormalige "Ton Menken IJsbaan" aan de Vondellaan zullen blijven schaatsen.
Ook het "Vijf Meibad" blijft een jaar langer open. Dit valt op te maken uit de brief, die wethouder Paul Dirkse van Sport aan de gemeenteraad van Leiden heeft gestuurd en waarover op de site het Leidsch Dagblad is te lezen.
Door de vertraging komt de opening van "De Vliet" pas in 2022. Dan heeft de oude Leidse IJshal 46 jaar dienst gedaan. Mijn inschatting is, dat ijsmeester Jan van Rijn met zijn technische vernuft de baan aan de Vondellaan nog wel 3 jaar in de lucht kan houden. Het grootste knelpunt kon de milieuvergunning wel eens worden. Maar daarover valt nu natuurlijk niets te zeggen.
Het is wat dat aangaat met IJshal "De Vliet" hetzelfde als met de Elfstedentocht. Je weet dat ooit "It giet oan!" zal klinken. Je weet alleen nooit wanneer en telkens schuift het een jaartje op.
Het was vandaag in Zuid-Holland een kletsnatte dag.
Dat had ik vanmorgen aan den lijve ondervonden, toen ik naar "De Helianth" fietste voor de wekelijkse voorraad zoutarm brood. Aansluitend reed ik vanaf huis door naar de volkstuin, waar mijn vrouw al druk in de weer was.
Desondanks lijkt het er op uit te draaien, dat juli een te droge maand gaat worden. Gezien de weersverwachtingen gaat er in de laatste decade van juli niet veel regen meer vallen. De uitschieter van vorige week vrijdag kan daar niet veel meer aan veranderen.
Wat nog wel spannend wordt is de vraag, of de komende bloedhete week voldoende is om te voorkomen, dat de tot nu toe te koude maand inderdaad als zodanig in de boeken komt. Vooralsnog is het 30-dagen gemiddelde aardig in de min.
Gisteren leek het wel een soort feestdag. Symbolisch begon de dag met het pakken van de confettifiets in Rotterdam, waarmee ik naar het huis van mijn dochter reed.
Mijn kleinzoon was nog in diepe rust, toen ik daar aankwam. Hij sliep uit. Hij werd pas om half 10 wakker. Mijn plan om vroeg naar Blijdorp te gaan viel in duigen. Pas om 11 uur verlieten we het huis. De wandelwagen duwend gingen we via een bakker en een groentewinkel op weg naar de dierentuin.
In "Blijdorp" gingen we op bezoek in Oceanië. Het eerst waren de zeehonden aan de beurt.
Daarna was het enorme aquarium aan de beurt. Dit liep zelfs door tot boven je hoofd. We liepen door een glazen tunnel.
De kleine man keek zijn ogen uit en wees met "Die, die" naar de vissen naast en boven ons. Hij mocht uit de wandelwagen en klom naar het glas. Een haai zwom een paar decimeter van hem vandaan.
We lieten de vissen voor wat ze waren en wandelden naar het poolgebied, waar een ijsbeer druk bezig was met uit het water klimmen, zich achterover in het water laten vallen en dan een stuk op zijn rug drijven.
We gingen op de tribune in het gebouw van het ijsberenzwembad, waar we mueslibollen en aardbeien aten. Als afsluiting gingen we naar de giraffen en kwamen zodoende ook langs de wevervogels, die volop floten.
Op de terugweg naar huis viel mijn kleinzoon in de wandelwagen in slaap, zodat het middagdutje van opa de mist in ging. Maar dat mocht de pret niet drukken. Het was weer een leuke dag met de kleine klauteraar. Dat kon Wout van Aert niet zeggen.
Om 5 uur reed ik op de confettifiets naar Rotterdam Centraal, vanwaar ik met een korte tussenstop in Leiden doorreisde naar Hoofddorp, waar Bas en Nel Warnink een feest gaven. Het thema was Caféest. Het was grotendeels een tuinfeest, want op een klein buitje na bleef het tot een uur of 11 droog. De temperatuur op deze juliavond was heerlijk.
Dat gold ook voor de heerlijke muziek, die werd gedraaid. Om kwart over 11 verlieten we het openluchtcafé, zodat we om 12 uur de trein naar Leiden konden pakken na een soort feestdag, waarop we het glas konden heffen met aardig wat vrienden.
Vanmorgen liep ik een rondje om en in de Stevenshof. Het was zonnig met een prima temperatuur om te sporten.
Nu we het toch over het weer hebbende eerste helft van juli is duidelijk koeler dan het over 30 jaar berekende gemiddelde.
Toch durf ik mijn hand niet in het vuur te steken, dat juli als totaal als koude maand in de boeken komt. Voor volgende week wordt warmer weer voorspeld met in Limburg mogelijk een hittegolf. Mijn ervaring met laatste decennium is dusdanig, dat het mij niet zou verbazen dat in de laatste week van juli de koele periode vakkundig wordt weggepoetst.
Maar dit terzijde. Tijdens mijn loop van ruim 8 kilometer kwam ik ook door de straat met de mooiste naam van Leiden: IJsbaan. In de tijd, dat het grondgebied, waar de Stevenshof op gebouwd is, nog nagenoeg onbebouwd was, behoorde dit tot de gemeente Voorschoten en lag op de plek waar nu IJsbaan ligt daadwerkelijk de landijsbaan van Rijndijk.
Nu is de Stevenshof een prima wijk om in te wonen. Er is behoorlijk wat groen in de wijk, en wie wil, kan genoeg oefenen om de befaamde Leidse Rrrr onder de knie te krijgen. Een prachtig woord om op te oefenen is Rembrandt van Rijn.
Nu we het over deze beroemdste Nederlandse schilder hebben: afgelopen weekeinde waren de Rembrandtdagen. De halve binnenstad was afgezet voor dit spektakel, waarin de tijd van Rembrandt van Rijn herleefde. Rob Pijpers, nog zo'n naam die zich goed leent voor de Leidse Rrrr, heeft deze foto's gemaakt, die een goed sfeerbeeld geven.
Er werd zelfs een heuse excecutie nagespeeld.
De Leidse groep "The Shoes" heeft hierover een prachtig nummer gemaakt.
IJsbaan mag dan de mooiste straatnaam van Leiden zijn, voor de mooiste straten van Leiden moet je toch echt in het centrum van Leiden zijn.
Met het Rapenburg, nog zo'n naam die als oefenstof kan dienen voor de Leidse Rrrr, als absoluut kroonjuweel.
De dag liep ietwat anders dan gepland. Nadat ik naar filiaal Hoornes/Rijnsoever was gefietst, las ik een mailtje van de conciërge met de vraag, of ik langs de filialen wilde rijden. Ik fietste naar de Hoofdbibliotheek, haalde de biebauto op en draaide mijn ochtenddienst alvorens de rest van het rondje filialen te doen.
Met het prachtige zomerweer was dat geen straf. Helemaal niet, toen ik op het terras van "Het Dorpshuis" in Valkenburg afscheid nam van een vrijwilligster. Om half 4 leverde ik 7 kratten met boeken af bij de Hoofdbibliotheek, waarna ik naar fietsenmaker Van Vliet trapte. De nieuwe standaard zat los en werd vastgezet.
Thuis gekomen keek ik naar de finale van de voorlopig laatste sprintetappe in de Tour de France, waarbij Caleb Ewan op de eindstreep Dylan Groenewegen klopte.
Heel opvallend in deze Ronde van Frankrijk is, dat 5 massasprints 5 verschillende winnaars opleverde. Eerlijk zullen we alles delen....
Na de stamppot stapte ik weer op de fiets om naar de skeelerbaan van Leiderdorp te rijden. Daar aangekomen sprak ik met Jos Drabbels, die de G-schaatsers training gaf. Hij wilde met Kevin en Daisy de polder in en vroeg mij, of ik zin had om als begeleider mee te gaan. Dat was niet tegen dovemansoren gezegd.
Zo kwamen we bij het rondje over het het nieuwe fietspad langs de Does ter hoogte van het Alrijne ziekenhuis. Zo skeelerde ik langs de boerensloten, waarop ik anderhalf jaar geleden geschaatst had.
We reden 3 keer het rondje van 1,8 kilometer, waarbij het grootste obstakel het bruggetje bij de molen langs de Does was.
Dit is het echte skeeleren. Heerlijk rijden in de natuur.
Na de training praatte ik een klein half uur met Jan Verlind, waarna ik met een eind met Andrea Landman op fietste. Om 10 uur was ik weer thuis op deze heerlijke zomeravond. De kilometerteller van vandaag stond op 52 kilometer.
Je hebt genoeg mensen, die na een dag op kantoor 's avonds naar de sportschool gaan om met halters aan krachttraining te doen. Ik val niet in die categorie.
Wat dat aangaat heb ik het beter voor elkaar. Iedere dinsdagmiddag rij ik met de biebauto langs een twintigtal scholen in de gemeente Katwijk om kratten met boeken te wisselen. Waar anderen de sportschool moeten betalen om aan krachttraining te doen, heb ik een keer per week betaalde krachttraining.
In deze laatste schoolweek kwam er gisteren een extra uur sjouwen bij. De openbare basisschool in Rijnsburg houdt na dit schooljaar op te bestaan. Samen met een collega haalde ik 32 dozen met boeken op om deze op te slaan. Bij 2 andere scholen in Rijnsburg haalden we nog 5 dozen en 2 volle kratten op.
Vanmiddag deed ik het met de biebauto nog eens dunnetjes over. Met 15 volle kratten en 4 dozen vol boeken had ik ruim het dubbele van wat ik normaal gesproken ophaal.
Maar in het middagzonnetje met heerlijke temperaturen was het sjouwen niet bepaald een straf. Nu we het toch over weer hebben: halverwege juli ligt de 31-daagse temperatuuranamolie een aardig stukje onder het gemiddelde. En dan te bedenken, dat we de warmste juni ooit beleefden. Deze zit nog voor de helft in deze temperatuuranomalie.
Leiden heeft diverse beroemdheden voortgebracht. De bekendste is zonder enige twijfel Rembrandt van Rijn, die beter bekend is onder zijn voornaam Rembrandt.
Een andere bekende Leidenaar is beduidend minder populair: Jantje van Leyden.
Hij is de naamgever van de uitdrukking "Zich er met een Jantje van Leiden van af maken." Hoewel ik mijn best doe om net zo schilderachtig te zijn als Rembrandt, is de praktijk, dat ik soms niet mijn uiterste best doe. Zo ook vanavond met de wekelijkse droogtraining van de IJVL.
Dat laatste laat zich goed verklaren middels de Bijbelse spreuk "De geest is gewillig, maar het vlees is zwak."
Ik geef het grif toe. Tijdens de droogtraining onder leiding van Jos Drabbels ging ik niet voluit. De oorzaak hiervan was, dat ik dat vorige week wel gedaan had bij de oefeningen in de elastieken. Een paar dagen later kreeg ik last van een bilspier. Het begint nu op te knappen en ik kan nu precies voelen welke plek het meest gevoelig is: een aanhechtingspees op de grens van mijn rug en mijn linkerbil.
Zo liet ik vanavond diverse oefeningen schieten, simpelweg omdat ik inschatte, dat deze op dit moment niet goed waren voor de aanhechtingspees. Dan deed ik bij diverse sprongoefeningen alternatieve oefeningen, die veel minder belastend waren.
Aan het eind van dit jaar woon ik 40 jaar in Leiden. Vanavond werd de geest van Jantje van Leyden vaardig over mij aan het eind van de droogtraining. Bij de buikspieroefeningen zat een serie, waarbij de bilspier te veel werd belast. Deze liet ik schieten.
Geheel in de geest van "De anatomische les" van Rembrandt lag ik plat om mijn rug naar de bewolkte hemel te kijken. Gelukkig zat er meer leven in mij. De gevoelige pees getuigde daarvan.
Het weer van vandaag was vergelijkbaar met dat van gisteren. We begonnen met regen, terwijl het 's middags prima weer werd.
Om een uur of 10 vertrok mijn vrouw naar de volkstuin, terwijl ik thuis nog wat klussen te doen had. Een uur of 2 later fietste ik ook die kant op, zodat we samen konden lunchen. De bewolking begon te breken, dus we hadden het juiste moment er voor uit gekozen.
Ada had net een zaailing van een hazelaar tussen de planten vandaan getrokken. Toen ik naar Leiden terugfietste, zag ik op weg naar het Valkenburgse meer een prima plek om de hazelaar te planten. Met een onderweg gevonden takje maakte ik in een molshoop een gaatje, dat breed genoeg was om de wortel ongeschonden in de grond te kunnen zetten op de grens van gras en een bomenrij. En nu maar hopen, dat de hazelaar gaat groeien.
Bij het Valkenburgse meer gekomen kwam ik Klaas van den Broek tegen, met wie ik heel wat kilometers geschaatst heb, zowel in de Leidse IJshal als op natuurijs. Uiteraard stopte ik om een praatje met hem te maken.
Op een gegeven moment vroeg hij, hoe lang ik nog zou werken. Toen ik dat vertelde, sprak hij de hopelijk profetische woorden: "Als jij met pensioen gaat, komt er ijs!"
Daarna reed ik door naar het centrum van Leiden, waar ik nog een paar boodschappen moest doen. De halve binnenstad was afgesloten voor fietsers vanwege de Leidse Rembrandt dagen.
Bij Bever kwam ik Jos van Teijlingen tegen, met wie ik ook talloze kilometers heb geschaatst aan de Vondellaan en op de Vogelplas. Ook met hem praatte ik een tijdje bij,waarna ik de winkel binnenstapte voor een klein dingetje, maar tevens met een mooie bloes van ecokatoen naar buiten ging.
Met deze aankoop fietste ik naar huis, waar ik naar de etappe van de Tour de France keek. Met een kopgroep van 15 man met 10 minuten voorsprong op het peloton, was het uitsluitend een steekspel om de etappewinst. Maar wel een prachtig schouwspel met snel wisselende kansen.
Uiteindelijk wist de Zuid-Afrikaan Daryl Impey in de slotkilometer het Belgische talent Tiesj Benoot te verschalken. Het blijft een mooie Tour dit jaar.
Het was vanmorgen buiig weer, toen mijn vrouw en ik bij "De Helianth" onze wekelijkse boodschappen deden. Na de lunch ging mijn vrouw naar de volkstuin, terwijl ik naar het station van Voorschoten fietste, waar ik met Hans Boers had afgesproken om te gaan lopen. Het was ideaal sportweer: half bewolkt en een heerlijke temperatuur.
We begonnen zoals gebruikelijk over de Velostrada naar de Horstlaan, waar we de artiesteningang van het koninklijk landgoed namen. We werden al snel geconfronteerd met rood-witte linten met een waarschuwing voor de eikenprocessierups.
We liepen door naar de Col des Lilas, zoals de Seringenberg ten tijde van de Tour de France genoemd wordt. Voor de bolletjestrui sprintten Hans en ik naar boven. Hans was de beste klimmer.
Boven gekomen genoten we van het prachtige uitzicht, terwijl we wat water dronken. Daarna daalden we de Col des Lilas af.
Via de hoofdingang aan de Papelaan verlieten we "De Horsten" en liepen naar Voorschoten terug over de ventweg. Het was een lekkere loop van ruim 8 kilometer.
Thuis gekomen douchte ik me en keek naar het spannende slot van de Touretappe. Thomas de Gendt, de Belgische aanvaller pur sang, won de heuveletappe nadat hij vanaf het startschot met onder andere Nikki Terpstra, was ontsnapt uit het peloton.
De andere 3 vluchters werden teruggepakt, De Gendt niet. Daarnaast pakte Julian Alaphilippe het geel terug door op de slotklim samen met Thibaut Pinot weg te springen uit de groep met Tourfavorieten. Het is tot nu toe een mooie Ronde van Frankrijk, ook voor mijn Tourploeg.
In Frankrijk greep de Amsterdammer Dylan Groenewegen, die zaterdag nog keihard op het asfalt was gestuiterd, in de zevende etappe van de Tour de France de zege.
In Rotterdam kregen we tussen de middag alle zegen van boven. Er werd rijkelijk met de wijwaterkwast gesprenkeld.
Nadat er 's ochtends diverse buitjes waren overgetrokken, leek het om 11 uur op te klaren. Met onze kleinzoon in de wandelwagen liepen we naar het winkelcentrum in de buurt. Toen we uit de supermarkt kwamen, begon het hard te regenen. Een paar deuren verderop was een bakker, waar we cappuccino, warme chocolademelk en 2 mueslibollen namen, terwijl het buiten onweerde.
De bui hield een half uur aan.In die tijd kwam er behoorlijk veel regen naar beneden zetten. Maar vergeleken met wat elders in het midden van het land aan neerslag omlaag kwam, viel het erg mee.
Geboren en getogen in Nieuw-Vennep in een gezin met 12 kinderen en sinds 1979 woonachtig in Leiden. Mijn vader was de oprichter van het transportbedrijf B.Breed & Zonen in Nieuw-Vennep, dat nog steeds bestaat.
Ik ben in 1983 getrouwd en vader van 4 kinderen.
Ik train al sinds mijn verhuizing naar Leiden voor de Elfstedentocht en ben uiteraard een groot liefhebber van schaatsen op natuurijs.