Om een uur of 10 vertrok mijn vrouw naar de volkstuin, terwijl ik thuis nog wat klussen te doen had. Een uur of 2 later fietste ik ook die kant op, zodat we samen konden lunchen. De bewolking begon te breken, dus we hadden het juiste moment er voor uit gekozen.
Ada had net een zaailing van een hazelaar tussen de planten vandaan getrokken. Toen ik naar Leiden terugfietste, zag ik op weg naar het Valkenburgse meer een prima plek om de hazelaar te planten. Met een onderweg gevonden takje maakte ik in een molshoop een gaatje, dat breed genoeg was om de wortel ongeschonden in de grond te kunnen zetten op de grens van gras en een bomenrij. En nu maar hopen, dat de hazelaar gaat groeien.
Bij het Valkenburgse meer gekomen kwam ik Klaas van den Broek tegen, met wie ik heel wat kilometers geschaatst heb, zowel in de Leidse IJshal als op natuurijs. Uiteraard stopte ik om een praatje met hem te maken.
Op een gegeven moment vroeg hij, hoe lang ik nog zou werken. Toen ik dat vertelde, sprak hij de hopelijk profetische woorden: "Als jij met pensioen gaat, komt er ijs!"
Daarna reed ik door naar het centrum van Leiden, waar ik nog een paar boodschappen moest doen. De halve binnenstad was afgesloten voor fietsers vanwege de Leidse Rembrandt dagen.
Bij Bever kwam ik Jos van Teijlingen tegen, met wie ik ook talloze kilometers heb geschaatst aan de Vondellaan en op de Vogelplas. Ook met hem praatte ik een tijdje bij,waarna ik de winkel binnenstapte voor een klein dingetje, maar tevens met een mooie bloes van ecokatoen naar buiten ging.Met deze aankoop fietste ik naar huis, waar ik naar de etappe van de Tour de France keek. Met een kopgroep van 15 man met 10 minuten voorsprong op het peloton, was het uitsluitend een steekspel om de etappewinst. Maar wel een prachtig schouwspel met snel wisselende kansen.
Uiteindelijk wist de Zuid-Afrikaan Daryl Impey in de slotkilometer het Belgische talent Tiesj Benoot te verschalken. Het blijft een mooie Tour dit jaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten