Waar de opkomst van de "Krasse knarren" tot gisteren nog niet zo geweldig was, daar gold dat tot nu toe ook voor het vrijdagmiddaguur van de IJVL. Doch gisterenavond kwam de kentering. Ik kreeg een drietal mailtjes, waarin maar liefst 6 kinderen weden aangemeld voor een proefles. Daar wordt een schaatstrainer blij van!
Goed geluimd fietste ik dan ook om kwart voor 4 naar de Vondellaan, waar ik om kwart over 4 op de binnenbaan aan een tiental kinderen van de buitenschoolse sport schaatsles gaf. Het was een gezellige, doch ietwat rommelige les, mede omdat een paar kinderen naar het toilet moesten en ik uit moest leggen, waar het was.
Om half 6 begon in de Leidse IJshal de schaatsles van de IJVL. Met Andrea Landman had ik vooraf even overlegd, hoe we het aan zouden pakken. We besloten om gezamenlijk te beginnen en de groep daarna een aantal rondjes te laten schaatsen. Andrea nam de gevorderden, een groepje van 8 kinderen, inclusief een enkele proeflesser, die al behoorlijk goed schaatste.
Zelf had ik een elftal kinderen onder mijn hoede, op 1 na allemaal nieuwkomers. De opkomst was boven verwachting. De door Walter Boon georganiseerde schaatsclinic wierp dus zijn vruchten af!
Ik koos ervoor om net als vorige week een modelles af te draaien vlak voor de ouders, die nieuwsgierig waren naar de verrichtingen van hun kinderen. Via wandelen en de clownsstappen kwamen we uit op druk zetten achter op de schaatsen, de zijwaartse afzet werd gedaan na een stukje puur achterwaarts afzetten en natuurlijk werd het vallen niet overgeslagen.
Na de aaphouding geoefend te hebben gingen we tweelingtikkertje doen, waarna deze leuke les er weer op zat. Ik heb goede hoop, dat een flink deel van deze kinderen de smaak te pakken heeft gekregen, zodat de opkomst boven verwachting blijft.
vrijdag 30 oktober 2015
donderdag 29 oktober 2015
"De opkomst is karig!"
Voordat ik vanmorgen naar de Leidse IJshal aan de Vondellaan vertrok, las ik op de site van de NOS een alarmerend bericht over het hard dalende ledental van de schaatsverenigingen in Nederland. Als trainer bij de IJVL heb ik dit al jaren kunnen constateren. Het duurt steeds langer, voor er een redelijk aantal kinderen op vrijdagmiddag komt schaatsen.
"Het grootste probleem is volgens de verenigingen het gebrek aan natuurijs. Door de zachte winters in Nederland heeft er al twee jaar geen goed ijs in de sloten en plassen gelegen. Daardoor wordt het "schaatsvuur" bij kinderen niet aangewakkerd. Er komen dus weinig jonge schaatsers bij, maar tegelijkertijd haken ook vooral twintigers af op de schaatsbaan."
Dat mag dan gelden voor de jongere leeftijdscategorie, doch daarvan is geen sprake bij de "Krasse knarren". Met 60 levensjaren ben ik een jonkie. Desondanks is er bij ons tot nu toe ook sprake van een behoorlijke daling van "ons" peloton. Of zoals Henk Distelvelt het uitdrukte: "De opkomst is karig!"
Hij heeft volkomen gelijk. Het opkomstpercentage kan wedijveren met het opkomstpercentage van de Europese verkiezingen.
Het is volkomen onterecht, want het ijs in de Leidse IJshal is nog beter dan de afgelopen seizoenen, toen het ook al goed was. Keihard en superglad.
Het tempo lag vandaag dan ook behoorlijk hoog. Maar zolang er niemand afhaakt en iedereen het bij kan houden, zie ik geen enkele reden om het tempo te matigen. Vandaag was er slechts 1 schaatser, die het tempo niet bij kon benen. Dat was ik. En de reden lag niet in de conditie en ook niet in de techniek. Ik ben namelijk behoorlijk verkouden.
Ik had gewoon minder adem dan gebruikelijk en als het tempo werd opgeschroefd aan het eind van een serie, moest ik een gaatje van een meter of 20 laten vallen.
De Engelsen zeggen dan: "So what?"
Zo denk ik er ook over. De verkoudheid gaat wel weer over. Wat mij meer zorgen baart is de karige opkomst.
"Het grootste probleem is volgens de verenigingen het gebrek aan natuurijs. Door de zachte winters in Nederland heeft er al twee jaar geen goed ijs in de sloten en plassen gelegen. Daardoor wordt het "schaatsvuur" bij kinderen niet aangewakkerd. Er komen dus weinig jonge schaatsers bij, maar tegelijkertijd haken ook vooral twintigers af op de schaatsbaan."
Dat mag dan gelden voor de jongere leeftijdscategorie, doch daarvan is geen sprake bij de "Krasse knarren". Met 60 levensjaren ben ik een jonkie. Desondanks is er bij ons tot nu toe ook sprake van een behoorlijke daling van "ons" peloton. Of zoals Henk Distelvelt het uitdrukte: "De opkomst is karig!"
Hij heeft volkomen gelijk. Het opkomstpercentage kan wedijveren met het opkomstpercentage van de Europese verkiezingen.
Het is volkomen onterecht, want het ijs in de Leidse IJshal is nog beter dan de afgelopen seizoenen, toen het ook al goed was. Keihard en superglad.
Het tempo lag vandaag dan ook behoorlijk hoog. Maar zolang er niemand afhaakt en iedereen het bij kan houden, zie ik geen enkele reden om het tempo te matigen. Vandaag was er slechts 1 schaatser, die het tempo niet bij kon benen. Dat was ik. En de reden lag niet in de conditie en ook niet in de techniek. Ik ben namelijk behoorlijk verkouden.
Ik had gewoon minder adem dan gebruikelijk en als het tempo werd opgeschroefd aan het eind van een serie, moest ik een gaatje van een meter of 20 laten vallen.
De Engelsen zeggen dan: "So what?"
Zo denk ik er ook over. De verkoudheid gaat wel weer over. Wat mij meer zorgen baart is de karige opkomst.
dinsdag 27 oktober 2015
Kattuks kwartet
De eerste training van de "Krasse knarren" na de Herfstvakantie was niet overdreven druk bezocht. Met een peloton van veertien man, waar Johan Cruijff trots op zou zijn geweest, reden we weer de gebruikelijke piramide van in totaal 125 rondjes.
Ondanks een flinke verkoudheid ging het schaatsen erg lekker. Technisch liep het behoorlijk goed.
Het was ook leuk, omdat er een nieuwkomer bij gekomen was. Naast Hans van der Plas en Edwin Minnee, de Katwijkse kampioenen synchroonzwemmen, was er met Karin nog een derde Katwijker. Ik had al gepland, dat de 15 rondjes door dit Katwijkse trio op kop gereden zou gaan worden, toen Neeltje Messemaker het spiegelgladde ijs van de Leidse IJshal betrad. Dat ging dus een Kattuks kwartet worden.
Het ligt helemaal in de lijn van mijn werk. Als bibliothecaris in deze kustplaats is het onder andere mijn taak om de Katwijkse cultuur uit te dragen. Ik moet zeggen: "Het Kattuks kwartet reed een goed tempo." Dat is dus voor herhaling vatbaar.
Wat al heel lang voor herhaling vatbaar is, zijn de 25 rondjes, die ik voor mijn rekening nam. In een strak tempo volbracht ik de 5 kilometer, waarna we terug gingen tellen.
Doordat er 3 vrouwen aanwezig waren, hadden we bij de 15 rondjes een primeur. Een vrouwentrio op kop. Nu konden de mannen een keer achter de vrouwen aan....
Daar er verder om kwart over 10 geen andere schaatsers meer op de buitenbaan waren, besloten we met de intervaltraining van 5, 4, 3, 2 en 1 rondjes met 1 rondje rust tussendoor. Naarmate de afstand korter wordt, gaat het tempo omhoog. En het moet gezegd: het Kattuks kwartet deed volop mee....
Ondanks een flinke verkoudheid ging het schaatsen erg lekker. Technisch liep het behoorlijk goed.
Het was ook leuk, omdat er een nieuwkomer bij gekomen was. Naast Hans van der Plas en Edwin Minnee, de Katwijkse kampioenen synchroonzwemmen, was er met Karin nog een derde Katwijker. Ik had al gepland, dat de 15 rondjes door dit Katwijkse trio op kop gereden zou gaan worden, toen Neeltje Messemaker het spiegelgladde ijs van de Leidse IJshal betrad. Dat ging dus een Kattuks kwartet worden.
Het ligt helemaal in de lijn van mijn werk. Als bibliothecaris in deze kustplaats is het onder andere mijn taak om de Katwijkse cultuur uit te dragen. Ik moet zeggen: "Het Kattuks kwartet reed een goed tempo." Dat is dus voor herhaling vatbaar.
Wat al heel lang voor herhaling vatbaar is, zijn de 25 rondjes, die ik voor mijn rekening nam. In een strak tempo volbracht ik de 5 kilometer, waarna we terug gingen tellen.
Doordat er 3 vrouwen aanwezig waren, hadden we bij de 15 rondjes een primeur. Een vrouwentrio op kop. Nu konden de mannen een keer achter de vrouwen aan....
Daar er verder om kwart over 10 geen andere schaatsers meer op de buitenbaan waren, besloten we met de intervaltraining van 5, 4, 3, 2 en 1 rondjes met 1 rondje rust tussendoor. Naarmate de afstand korter wordt, gaat het tempo omhoog. En het moet gezegd: het Kattuks kwartet deed volop mee....
maandag 26 oktober 2015
Wivenhoe
Om een uur of half 7 werden we wakker. De zon ging nog schuil achter een grote eik en weldra zou de tent kurkdroog gestoomd worden. We deden rustig aan, zodat we de Eureka Susten 3XP schoon en droog op konden ruimen. Nadat dit was geschied, gingen we ontbijten op veld 34 met een handvol bramen, die we achter onze tent geplukt hadden.
Rond kwart over 10 reden we van "Strangers Home Inn" af. We waren inderdaad nogal wat vreemde types tegen gekomen. Engeland koestert zijn excentriekelingen. Daar kunnen we in ons land wel een voorbeeld aan nemen.
Via Bradfield Heath reden we over de drukke B-weg naar Tendring Heath, waar we de route naar Wivenhoe oppikten. Zowel het boek "Fietsen rond Het Kanaal" als route 51 liepen hier parallel. De eerste 20 kilometer van de dag zaten er op. We waren zo langzamerhand toe aan een koffiestop. Aan de kade met een terras langs de scheepjes op het droge bestelden we cappuccino en jus d'orange met warme appeltaart en een bolletje vanille-ijs. Verrukkelijk.
We lieten de fietsen bij tafel 23 staan en gingen wandelen over het public footpath richting Arlesford. We liepen op een dijkje van 2 meter hoog langs de Coine. We hadden gezien, dat daar goed te fietsen viel, dus toen na een kilometer een zijpad door de weilanden zich aandiende, grepen wij deze kans met beide handen aan.
We klommen de heuvel op om te ontdekken, dat het pad uitkwam op de weg naar Wivenhoe, waar we net gefietst hadden. Daar we daar geen zin in hadden, keerden we terug op onze schreden. In het hobbelige weiland deed zich een nieuwe kans voor.
We liepen over een veel belopen pad, maar zagen niet, waar we door de rietkraag onder aan de dijk konden komen. Ada zag een paar paaltjes tussen het riet. En inderdaad, je kon daar aan vasthouden als je over de houten balk, die niet zo breed was, de overkant wilde bereiken. Met de plaatselijke kermis zou je dit sprietlopen noemen.
Terug op de dijk wandelden we langs de Coine, die door het opkomend tij steeds breder werd. Je zag de kwelders vollopen.
In Wivenhoe aangekomen kuierden we door dit leuke plaatsje vol verrassende hoekjes in de smalle straatjes. Aan het eind van de wandeling streken we weer neer bij tafel 23 van "The Rose and the Crown", waar we 2 maaltijdsalades bestelden: eentje met avocado en eentje met lamsvlees. Het smaakte prima.
De wespen vonden de appelsap overheerlijk. Eentje was zo gulzig, dat hij zwemles nam in het halfvolle glas.
Het opkomend tij zorgde ervoor, dat er water over de rand van het terras liep, zodat wij aan de andere kant van de achtpersoonstafel moesten gaan zitten om geen natte poten op te lopen.
Om 3 uur fietsten we naar het public footpath vanuit het feministische Wivenhoe.
Voor de vrouwelijke evenknie van Ivanhoe hebben wij Hasse Simonsdochter en uiteraard Kenau.
Het eerste stuk ging gemakkelijk, maar gaandeweg werd het pad smaller en smaller en had je de keuze langs welke planten je wilde rijden: de bramen met zijn takken vol doorns of de ouderwetse brandnetels. De tocht van vrijdagmiddag kwam bij mij naar boven, net als het nummer van "The Golden Earrings".
Bij Arlesford moesten we flink gaan klimmen. Langs de rand van het dorp staken we door en na de drukke B-weg naar Clacton on the Sea te zijn overgestoken, reden we een lange oprijlaan op.
Een jonge vrouw in een dure BMW was net bezig een hek te openen. Zij vertelde, dat het pad niet doorliep voor fietsers. Zo trapten we op de voornoemde B-weg naar Thorrington, waar we de afslag naar Great Bentley vonden.
Dit plaatsje was in 2000 uitgeroepen tot het mooiste dorp en dat klopte wel. Het centrum van Great Bentley werd gedomineerd door een enorme "green". Ik schat het door wegen doorkruiste grasveld op 700 bij 800 meter!
De route van Great Bentley naar Little Bentley had nog 1 groot obstakel voor ons. We moesten een drukke A-weg oversteken. Minutenlang stonden we te wachten, tot er een gaatje viel, dat groot genoeg was om met de fiets aan de hand naar het midden van de weg te lopen. Toen dat lukte konden we vreemd genoeg in één run de hele A-weg oversteken.
In Little Bentley hadden we op hetzelfde veld als tijdens de eerste stop van deze vakantie een eetpauze. De banaan ging er wel in. In "The Bricklayers" haalde ik nog een paar San Miguel voor als we op de kamer van onze Bed & Breakfast zouden zijn aanbeland.
We besloten vandaag de 51 te volgen, die vanaf Stone's Green behoorlijk anders liep dan het boek van Kees Swart. Via Great Oakley pedaleerden we met uitzicht op zee naar Dovercourt, waar we op een bankje pal achter het zand- en grindstrand om 6 uur lunchten. We aten brood met cheddar, tsatsiki en hazelnootpasta.
Slingerend door de straten van Harwich koersten we af op de laatste pleisterplaats van deze vakantie: Bed & Breakfast Poston Lodge aan de Una Road. De fietsen werden veilig in de garage gezet na 59 kilometer fietsplezier. De totaalstand stond al op bijna 1530 kilometer.
We douchten om beurten in Room 2, waarna we een rustige avond hadden met dagboek schrijven en lezen. We hadden alles uit de vakantie in Engeland gehaald wat er in zat.
Rond kwart over 10 reden we van "Strangers Home Inn" af. We waren inderdaad nogal wat vreemde types tegen gekomen. Engeland koestert zijn excentriekelingen. Daar kunnen we in ons land wel een voorbeeld aan nemen.
Via Bradfield Heath reden we over de drukke B-weg naar Tendring Heath, waar we de route naar Wivenhoe oppikten. Zowel het boek "Fietsen rond Het Kanaal" als route 51 liepen hier parallel. De eerste 20 kilometer van de dag zaten er op. We waren zo langzamerhand toe aan een koffiestop. Aan de kade met een terras langs de scheepjes op het droge bestelden we cappuccino en jus d'orange met warme appeltaart en een bolletje vanille-ijs. Verrukkelijk.
We lieten de fietsen bij tafel 23 staan en gingen wandelen over het public footpath richting Arlesford. We liepen op een dijkje van 2 meter hoog langs de Coine. We hadden gezien, dat daar goed te fietsen viel, dus toen na een kilometer een zijpad door de weilanden zich aandiende, grepen wij deze kans met beide handen aan.
We klommen de heuvel op om te ontdekken, dat het pad uitkwam op de weg naar Wivenhoe, waar we net gefietst hadden. Daar we daar geen zin in hadden, keerden we terug op onze schreden. In het hobbelige weiland deed zich een nieuwe kans voor.
We liepen over een veel belopen pad, maar zagen niet, waar we door de rietkraag onder aan de dijk konden komen. Ada zag een paar paaltjes tussen het riet. En inderdaad, je kon daar aan vasthouden als je over de houten balk, die niet zo breed was, de overkant wilde bereiken. Met de plaatselijke kermis zou je dit sprietlopen noemen.
Terug op de dijk wandelden we langs de Coine, die door het opkomend tij steeds breder werd. Je zag de kwelders vollopen.
In Wivenhoe aangekomen kuierden we door dit leuke plaatsje vol verrassende hoekjes in de smalle straatjes. Aan het eind van de wandeling streken we weer neer bij tafel 23 van "The Rose and the Crown", waar we 2 maaltijdsalades bestelden: eentje met avocado en eentje met lamsvlees. Het smaakte prima.
De wespen vonden de appelsap overheerlijk. Eentje was zo gulzig, dat hij zwemles nam in het halfvolle glas.
Het opkomend tij zorgde ervoor, dat er water over de rand van het terras liep, zodat wij aan de andere kant van de achtpersoonstafel moesten gaan zitten om geen natte poten op te lopen.
Om 3 uur fietsten we naar het public footpath vanuit het feministische Wivenhoe.
Voor de vrouwelijke evenknie van Ivanhoe hebben wij Hasse Simonsdochter en uiteraard Kenau.
Het eerste stuk ging gemakkelijk, maar gaandeweg werd het pad smaller en smaller en had je de keuze langs welke planten je wilde rijden: de bramen met zijn takken vol doorns of de ouderwetse brandnetels. De tocht van vrijdagmiddag kwam bij mij naar boven, net als het nummer van "The Golden Earrings".
Bij Arlesford moesten we flink gaan klimmen. Langs de rand van het dorp staken we door en na de drukke B-weg naar Clacton on the Sea te zijn overgestoken, reden we een lange oprijlaan op.
Een jonge vrouw in een dure BMW was net bezig een hek te openen. Zij vertelde, dat het pad niet doorliep voor fietsers. Zo trapten we op de voornoemde B-weg naar Thorrington, waar we de afslag naar Great Bentley vonden.
Dit plaatsje was in 2000 uitgeroepen tot het mooiste dorp en dat klopte wel. Het centrum van Great Bentley werd gedomineerd door een enorme "green". Ik schat het door wegen doorkruiste grasveld op 700 bij 800 meter!
De route van Great Bentley naar Little Bentley had nog 1 groot obstakel voor ons. We moesten een drukke A-weg oversteken. Minutenlang stonden we te wachten, tot er een gaatje viel, dat groot genoeg was om met de fiets aan de hand naar het midden van de weg te lopen. Toen dat lukte konden we vreemd genoeg in één run de hele A-weg oversteken.
In Little Bentley hadden we op hetzelfde veld als tijdens de eerste stop van deze vakantie een eetpauze. De banaan ging er wel in. In "The Bricklayers" haalde ik nog een paar San Miguel voor als we op de kamer van onze Bed & Breakfast zouden zijn aanbeland.
We besloten vandaag de 51 te volgen, die vanaf Stone's Green behoorlijk anders liep dan het boek van Kees Swart. Via Great Oakley pedaleerden we met uitzicht op zee naar Dovercourt, waar we op een bankje pal achter het zand- en grindstrand om 6 uur lunchten. We aten brood met cheddar, tsatsiki en hazelnootpasta.
Slingerend door de straten van Harwich koersten we af op de laatste pleisterplaats van deze vakantie: Bed & Breakfast Poston Lodge aan de Una Road. De fietsen werden veilig in de garage gezet na 59 kilometer fietsplezier. De totaalstand stond al op bijna 1530 kilometer.
We douchten om beurten in Room 2, waarna we een rustige avond hadden met dagboek schrijven en lezen. We hadden alles uit de vakantie in Engeland gehaald wat er in zat.
Labels:
Bergwandelen,
Boeken,
Essex,
Fietsen,
Fietsvakanties,
Mountainbiken,
Wandelen
zondag 25 oktober 2015
Suffolk
De dag begon vrij vroeg, doordat de camper, die naast ons stond, vertrok. Vermoedelijk om de boot naar Hoek van Holland te halen. De neiging bestond om na een gebroken nacht natuurlijk om te proberen nog in slaap te vallen, maar wij hadden andere plannen.
We ontbeten bij de tent, pakten de spullen voor een dagtocht bij elkaar en om 9 uur zaten we op de fiets naar Old Harwich. We hadden de wind een beetje in de rug en over grotendeels de groute van gisterenochtend schoten we lekker op. Binnen het uur hadden we de 18 kilometer heuvelland overbrugd.
Bij de pier moesten we nog een kwartier wachten op de veerpont naar Felixstowe. Op de pier dronken we cappuccino en chocomel voordat we op de boot over de Orwell konden stappen.
Een kwartier later stonden we met onze fietsen op het keienstrand van Felixstowe. Door een klein natuurgebied reden we Felixstowe binnen. Deze kuststad werd flink opgeknapt. Na een steile klim reden we het winkelhart binnen. Hier deden we wat boodschappen voor we door het drukker Felixstowe naar Trimley St. Martin te trappen. Daar verlieten we de drukke B-weg en reden het landelijke Suffolk binnen. Net als gisteren was het volop genieten.
Hoe de Engelsen wisten, dat ik zou komenis mij een compleet raadsel, maar voorbij Kirton troffen we een waarschuwingsbord aan, dat de Britten waarschuwde voor kikkers!
Een paar kilometer verderop kwamen we langs "The Fox Inn", een prachtige pub, waar aan de tafels buiten diverse fietsers in het zonnetje zaten. Daar het inmiddels 12 uur was, voegden wij ons bij hen. We namen cappuccino, jus d'orange en een panna cotta met aardbeien erbij. Heerlijk!
We vervolgden de Suffolk Coastal Path over "quiet roads". Op de glooiende wegen door de graanschuur van Engeland kwam je bijna niemand tegen. Dat was anders in Waldringfield, waar we afdaalden naar de Deben. Langs en op het stijgende water was het een drukte van belang.
Terwijl we lunchten konden we van nabij zien, hoe men de schepen bereikt, die bij eb op het droge liggen. Men zoekt zijn eigen roeibootje uit de tientallen, die langs de vloedlijn aan een boei liggen. Daarmee roeit men naar zijn zeilboot of jacht toe, die in het diepere deel van de baai aan een andere boei is vastgemaakt.
Met het sterk stijgende water kregen wij te maken, toen we na 20 minuten na onze aankomst onze bank verlieten. Op sommige stukken was het strand helemaal verdwenen. Wij trokken onze sandalen uit en waadden een stukje door het water, voor we bij de fietsen waren.
Door een gebied met grote landgoederen reden we via Martlesham en Little Bealings naar Tuddenham, het zoveelste leuke dorp van deze vakantie. Westerfield was de laatste plaats voor de de buitenwijken van Ipswich binnen reden. Middels veel draaien en keren kwamen we in Bramford uit.
We kwamen weer in het mooie boerenland met veel heggen uit om via Elmsett naar Hadleigh te pedaleren. In de leuke, kleurrijke winkelstraat van dit stadje deed Ada wat boodschappen. Met wat proviand voor zondag begaven we ons naar het fietspad naar Raydon Great Wood. Het was een oude spoordijk, waardoor je beide kanten uit een prachtig uitzicht had.
Hier verlieten we de fietsroute om via Capel St. Mary naar East Bergholt door te steken. Dat was gemakkelijker gezegd dan gedaan. Onze route werd gedwarsboomd door de A12, een weg zoals de A44, dus met een vangrail in het midden. Oversteken was uitgesloten. Over een aan de overhangende struiken te zien nauwelijks gebruikt smal fietspad langs de snelweg reden we tot een viaduct over de drukke B1070. Hier konden we half lopend, half fietsend naar af dalen.
Zo kwamen we in East Bergholt, waar de bevolking blijkens de vele protestborden langs de kant van de weg massaal in verzet kwam tegen de grootschalige woningbouw, die gepland was: "East Bergholt is not a town".
Vanuit dit dorp reden we via Flatford en Brantham naar Manningtree, waar we £ 100,- pinden voor de laatste 2 dagen. Over de route van donderdag trapten we naar "Strangers Home Inn", waar we met precies 103 kilometer ons rondje Suffolk Coastal Cycle Route volbracht hadden.
Het stelletje campinghooligans was van de camping af gezet, zodat de kans op nachtrust sterk werd vergroot. Ik kreeg de £ 20,- kampeergeld van de afgelopen nacht terug. Het was niet bepaald slapend rijk worden.
We aten na de verkwikkende douche gevulde macaroni met een groentemix, met yoghurt toe. Om half 9 liepen we naar "The Village Maid". Ik was op mijn best, want ik dad een loopneus....
Ada las verder in "De gelukkige klas" van Theo Thijssen, terwijl ik de annalen van deze dag vastlegde. Ik probeerde 3 biertjes uit, waaronder 1 met de letter F.
"It's an Australian beer", zei de barkeeper: "It comes from down under."
"And the way to drink it is down up", vulde ik hem aan om de daad bij het woord te voegen.
Om het plaatje compleet te maken: op het moment, dat ik mijn eerste slok nam, klonk uit de geluidsboxen van een band down under: "Crowded House".....
We ontbeten bij de tent, pakten de spullen voor een dagtocht bij elkaar en om 9 uur zaten we op de fiets naar Old Harwich. We hadden de wind een beetje in de rug en over grotendeels de groute van gisterenochtend schoten we lekker op. Binnen het uur hadden we de 18 kilometer heuvelland overbrugd.
Bij de pier moesten we nog een kwartier wachten op de veerpont naar Felixstowe. Op de pier dronken we cappuccino en chocomel voordat we op de boot over de Orwell konden stappen.
Een kwartier later stonden we met onze fietsen op het keienstrand van Felixstowe. Door een klein natuurgebied reden we Felixstowe binnen. Deze kuststad werd flink opgeknapt. Na een steile klim reden we het winkelhart binnen. Hier deden we wat boodschappen voor we door het drukker Felixstowe naar Trimley St. Martin te trappen. Daar verlieten we de drukke B-weg en reden het landelijke Suffolk binnen. Net als gisteren was het volop genieten.
Hoe de Engelsen wisten, dat ik zou komenis mij een compleet raadsel, maar voorbij Kirton troffen we een waarschuwingsbord aan, dat de Britten waarschuwde voor kikkers!
Een paar kilometer verderop kwamen we langs "The Fox Inn", een prachtige pub, waar aan de tafels buiten diverse fietsers in het zonnetje zaten. Daar het inmiddels 12 uur was, voegden wij ons bij hen. We namen cappuccino, jus d'orange en een panna cotta met aardbeien erbij. Heerlijk!
We vervolgden de Suffolk Coastal Path over "quiet roads". Op de glooiende wegen door de graanschuur van Engeland kwam je bijna niemand tegen. Dat was anders in Waldringfield, waar we afdaalden naar de Deben. Langs en op het stijgende water was het een drukte van belang.
Terwijl we lunchten konden we van nabij zien, hoe men de schepen bereikt, die bij eb op het droge liggen. Men zoekt zijn eigen roeibootje uit de tientallen, die langs de vloedlijn aan een boei liggen. Daarmee roeit men naar zijn zeilboot of jacht toe, die in het diepere deel van de baai aan een andere boei is vastgemaakt.
Met het sterk stijgende water kregen wij te maken, toen we na 20 minuten na onze aankomst onze bank verlieten. Op sommige stukken was het strand helemaal verdwenen. Wij trokken onze sandalen uit en waadden een stukje door het water, voor we bij de fietsen waren.
Door een gebied met grote landgoederen reden we via Martlesham en Little Bealings naar Tuddenham, het zoveelste leuke dorp van deze vakantie. Westerfield was de laatste plaats voor de de buitenwijken van Ipswich binnen reden. Middels veel draaien en keren kwamen we in Bramford uit.
We kwamen weer in het mooie boerenland met veel heggen uit om via Elmsett naar Hadleigh te pedaleren. In de leuke, kleurrijke winkelstraat van dit stadje deed Ada wat boodschappen. Met wat proviand voor zondag begaven we ons naar het fietspad naar Raydon Great Wood. Het was een oude spoordijk, waardoor je beide kanten uit een prachtig uitzicht had.
Hier verlieten we de fietsroute om via Capel St. Mary naar East Bergholt door te steken. Dat was gemakkelijker gezegd dan gedaan. Onze route werd gedwarsboomd door de A12, een weg zoals de A44, dus met een vangrail in het midden. Oversteken was uitgesloten. Over een aan de overhangende struiken te zien nauwelijks gebruikt smal fietspad langs de snelweg reden we tot een viaduct over de drukke B1070. Hier konden we half lopend, half fietsend naar af dalen.
Zo kwamen we in East Bergholt, waar de bevolking blijkens de vele protestborden langs de kant van de weg massaal in verzet kwam tegen de grootschalige woningbouw, die gepland was: "East Bergholt is not a town".
Vanuit dit dorp reden we via Flatford en Brantham naar Manningtree, waar we £ 100,- pinden voor de laatste 2 dagen. Over de route van donderdag trapten we naar "Strangers Home Inn", waar we met precies 103 kilometer ons rondje Suffolk Coastal Cycle Route volbracht hadden.
Het stelletje campinghooligans was van de camping af gezet, zodat de kans op nachtrust sterk werd vergroot. Ik kreeg de £ 20,- kampeergeld van de afgelopen nacht terug. Het was niet bepaald slapend rijk worden.
We aten na de verkwikkende douche gevulde macaroni met een groentemix, met yoghurt toe. Om half 9 liepen we naar "The Village Maid". Ik was op mijn best, want ik dad een loopneus....
Ada las verder in "De gelukkige klas" van Theo Thijssen, terwijl ik de annalen van deze dag vastlegde. Ik probeerde 3 biertjes uit, waaronder 1 met de letter F.
"It's an Australian beer", zei de barkeeper: "It comes from down under."
"And the way to drink it is down up", vulde ik hem aan om de daad bij het woord te voegen.
Om het plaatje compleet te maken: op het moment, dat ik mijn eerste slok nam, klonk uit de geluidsboxen van een band down under: "Crowded House".....
Labels:
Essex,
Fietsen,
Fietsvakanties,
Suffolk,
Wandelen
Wintertijd
Gisterenavond mocht ik in het staartje van de zomertijd naar de Vondellaan fietsen om voor het eerst dit seizoen in de Leidse IJshal training te geven aan de G-schaatsers. Het was een vrij makkelijke training, want door de Herfstvakantie ontbraken er een aantal schaatsers, zodat mijn groep slechts een kwartet IJVL-schaatsers betrof. Op zich geen probleem. Zo kon ik hen meer individuele aandacht geven.
Waar het IJVL-smaldeel klein was, daar was de groep Katwijkse G-schaatsers vergeleken met vorig jaar behoorlijk gegroeid. Zodoende was het toch nog gezellig druk op de buitenbaan.
De lesvoorbereiding was gestoeld op technische oefeningen. Aan het begin van het seizoen is het van belang, dat je meteen de goede druk achterop de schaatsen oppikt, de afzet zijwaarts gericht houdt en voldoende diep zit. Zo'n drie kwartier besteedde ik aan deze technieken, voordat ik de les afsloot met een vijftal glijstarts om met een korte duurtraining af te sluiten: minimaal 10 rondjes schaatsen. Het leuke hiervan is, dat je dan ziet, dat ook bij de G-schaatsers er sprinters zijn en stayers. De laatsten komen meestal wat minder aan bod, doordat de oefeningen bij de G-schaatsers veelal het korte werk omvatten. Een gegeven, dat ik meeneem naar de eerstvolgende training in de wintertijd.
Waar het IJVL-smaldeel klein was, daar was de groep Katwijkse G-schaatsers vergeleken met vorig jaar behoorlijk gegroeid. Zodoende was het toch nog gezellig druk op de buitenbaan.
De lesvoorbereiding was gestoeld op technische oefeningen. Aan het begin van het seizoen is het van belang, dat je meteen de goede druk achterop de schaatsen oppikt, de afzet zijwaarts gericht houdt en voldoende diep zit. Zo'n drie kwartier besteedde ik aan deze technieken, voordat ik de les afsloot met een vijftal glijstarts om met een korte duurtraining af te sluiten: minimaal 10 rondjes schaatsen. Het leuke hiervan is, dat je dan ziet, dat ook bij de G-schaatsers er sprinters zijn en stayers. De laatsten komen meestal wat minder aan bod, doordat de oefeningen bij de G-schaatsers veelal het korte werk omvatten. Een gegeven, dat ik meeneem naar de eerstvolgende training in de wintertijd.
zaterdag 24 oktober 2015
Spinazieloop
Vanmiddag fietste ik met Ada naar de volkstuin toe, waar we met de kruiwagen de boomstam op een plek in de tuin legden, waar het langzaam maar zeker helemaal kan vermolmen. De meest duurzame vorm van CO2-opslag.
Terwijl ik de planten in de kas water gaf, plukte Ada de Nieuw-Zeelandse spinazie, die ik naar mijn schoonouders zou brengen. Dat zou ik hardlopend doen. Vanaf de volkstuin was het 5 kilometer, dus volgens Bartjens was de totale afstand derhalve 10 kilometer. Niet alleen volgens Bartjens trouwens, maar ook volgens Bertje.
Het eerste stuk van de loop ging lekker soepel. Dat gold niet voor de laatste 500 meter voor het huis van mijn schoonouders. Ik voelde mijn linkerkuit. Het was net, alsof ik tegen de kramp aan zat. Teneinde geen enkel risico te nemen, wandelde ik deze laatste halve kilometer.
Na de Nieuw-Zeelandse spinazie te hebben afgegeven, begon ik voorzichtig weer te rennen. Dat ging gelukkig weer probleemloos. Het is een compleet raadsel voor me, dat ik na nog geen 5 kilometer het gevoel had, dat ik tegen de kramp aan zat. Ik heb niet bepaald overdreven hard gelopen en mijn conditie is op een dusdanig hoog peil, dat ik na ruim 4 kilometer nergens last van zou mogen hebben.
Gelukkig is het vanzelf weg getrokken. Nu het grauwe wolkendek, dat er al dagenlang hangt nog....
Terwijl ik de planten in de kas water gaf, plukte Ada de Nieuw-Zeelandse spinazie, die ik naar mijn schoonouders zou brengen. Dat zou ik hardlopend doen. Vanaf de volkstuin was het 5 kilometer, dus volgens Bartjens was de totale afstand derhalve 10 kilometer. Niet alleen volgens Bartjens trouwens, maar ook volgens Bertje.
Het eerste stuk van de loop ging lekker soepel. Dat gold niet voor de laatste 500 meter voor het huis van mijn schoonouders. Ik voelde mijn linkerkuit. Het was net, alsof ik tegen de kramp aan zat. Teneinde geen enkel risico te nemen, wandelde ik deze laatste halve kilometer.
Na de Nieuw-Zeelandse spinazie te hebben afgegeven, begon ik voorzichtig weer te rennen. Dat ging gelukkig weer probleemloos. Het is een compleet raadsel voor me, dat ik na nog geen 5 kilometer het gevoel had, dat ik tegen de kramp aan zat. Ik heb niet bepaald overdreven hard gelopen en mijn conditie is op een dusdanig hoog peil, dat ik na ruim 4 kilometer nergens last van zou mogen hebben.
Gelukkig is het vanzelf weg getrokken. Nu het grauwe wolkendek, dat er al dagenlang hangt nog....
vrijdag 23 oktober 2015
Modelles
Binnenkort begint op de middelbare scholen het hele circus weer met open dagen, waarbij gepoogd wordt om zo veel mogelijk kinderen naar de desbetreffende school te lokken. Als vader van 4 kinderen heb ik zo menig modelles van nabij mogen aanschouwen.
Vanmiddag was het mijn beurt om zo'n les te mogen geven in de Leidse IJshal. Officieel hebben zich op het uur van de IJVL nog maar 9 kinderen opgegeven, maar door de Herfstvakantie waren er maar 2 van hen opgekomen. Gelukkig waren er 3 kinderen, die een proefles kwamen volgen.
Margreet Hetebrij en ik waren het er al snel over eens, dat we dit kleine groepje niet in tweeën zouden splitsen. Er stonden 2 vaders onder aan de trap, dus het leek me een prima idee om een openbare modelles te geven.
Mijn eerste zorg was om twee van de nieuwkomers, die bij het inrijden achter een rekje reden, van dit hulpmiddel af te helpen. Het enige probate middel is valoefeningen doen. Een meter of 5 van de ouders af maakte ik me klein. Met de handen 20 centimeter boven het ijs liet ik me vallen.
"Is dit eng?", vroeg ik.
"Nee", kreeg ik te horen.
Zo breidde ik de afstand tot het ijs in kleine stapjes uit. Binnen een paar minuten leek het of de vallende ziekte was uitgebroken, maar de kinderen waren wel van hun valangst af.
Ik klikte de ijzers van mijn kluunschaatsen eraf en liet de kinderen en de vaders zien, wat er met een ronding bedoeld werd. De clownsstappen werden nu gemaakt met de opdracht om vooral op het standbeen te letten. De druk achter op de schaatsen, het zogenaamde "achterop zitten", konden de kinderen, ook degenen, die al een jaar op schaatsles zaten, nu beter plaatsen.
Zo gaven Margreet en ik een training, waarbij we ook de zijwaartse afzet goed uit konden leggen na de kinderen de puur achterwaartse afzet te hebben laten doen. Je zag tijdens de modelles alle kinderen beter schaatsen. Je kon je niet voorstellen, dat 40 % van de kinderen aan het begin van de training achter een rekje reden.
Maar ja, een modelles kun je wel aan een modelkind overlaten....
De papyrus van Caesar
Het was al een tijdje geleden aangekondigd: het verschijnen van de nieuwe Asterix en Obelix. Gisteren kwam het mij niet uit om een exemplaar van deze kwaliteitsstrip te bemachtigen, zodat ik vanmiddag vanaf mijn werk naar Boekhandel Van den Berg fietste, waar ik "De papyrus van Caesar" kocht.
Drie keer raden, wat ik het eerste deed, toen ik vanmiddag thuis kwam.
Goed zo.
Jammer.
Jammer.
Na lezing kan deze bibliothecaris niet anders, dan u adviseren om deze ouderwets goede Asterix en Obelix te lezen, die inspeelt op de actualiteit van onze internetmaatschappij.
Europees kampioenschap
Als je het sportnieuws van de afgelopen maand tot je neemt en dat afmeet aan het aantal krantenartikelen en talkshows op radio en televisie, dan is er slechts een nieuwsfeit, dat alles overheerst: de uitschakeling van het Nederlands elftal. Oranje gaat niet naar het Europees kampioenschap.
Ongeveer tegelijk met de teloorgang van onze voetballers in de kwalificatiereeks was er een heus Europees kampioenschap, waar Oranje juist boven verwachting presteerde: het baanwielrennen.
"We" tellen na een aantal dorre jaren weer mee bij deze tak van wielersport. Maar denk niet, dat er veel aandacht was voor deze Nederlandse sporters, die wel wisten te presteren. De klaagzang over het Nederlands elftal kreeg veel meer media-aandacht dan het pieken op het juiste moment van onze baanwielrenners. Oranje kwam in aantal medailles op gelijke hoogte met grootmacht Groot-Brittannië, maar doordat de Engelse wielrenners een gouden plak meer veroverden, kwam Nederland op de tweede plaats uit in de medaillespiegel.
Ongeveer tegelijk met de teloorgang van onze voetballers in de kwalificatiereeks was er een heus Europees kampioenschap, waar Oranje juist boven verwachting presteerde: het baanwielrennen.
"We" tellen na een aantal dorre jaren weer mee bij deze tak van wielersport. Maar denk niet, dat er veel aandacht was voor deze Nederlandse sporters, die wel wisten te presteren. De klaagzang over het Nederlands elftal kreeg veel meer media-aandacht dan het pieken op het juiste moment van onze baanwielrenners. Oranje kwam in aantal medailles op gelijke hoogte met grootmacht Groot-Brittannië, maar doordat de Engelse wielrenners een gouden plak meer veroverden, kwam Nederland op de tweede plaats uit in de medaillespiegel.
donderdag 22 oktober 2015
De dierentuin
In regenpak gehuld fietste ik naar de Vondellaan om aan kinderen les te geven in de Leidse IJshal. Net als maandag en dinsdag waren er ongeveer 75 kinderen komen schaatsen. Gisteren, toevallig de dag, dat ik er niet was, was het met 85 kinderen wat drukker.
Ik stond weer op de binnenbaan, waar ik met Jacob een groep van 9 kinderen onder mijn hoede had. Daar een bezoek aan de dierentuin populair is in de Herfstvakantie, besloot ik dit als thema van de schaatsles te nemen.
Teneinde andere schaatstrainers op ideeën te brengen, volgt hier een opsomming per dier en de bijbehorende oefeningen.
Olifant
De befaamde olifantenoren, waarbij je met beide ijzers op het ijs zijwaarts af leert zetten en terug leert sturen. Een variant hierop is om dit met 1 been te doen, waarbij je wel beide ijzers op het ijs houdt. Hierdoor lijkt het al wat meer op het gewone afzetten en terugsturen bij het schaatsen.
De slurf van de olifant kwam ook aan bod. De kinderen moesten 1 arm voor hun neus houden en daarmee slingeren. Doordat ze zich daarbij een beetje uit balans gooiden, was het een goede balansoefening. Deze bouwde ik uit door het vanuit de schouder te laten doen. Daarbij kregen ze een tweetal varianten. De eerste was om de "slurf" met veel kracht voorlangs te laten slingeren. Na deze foute armzwaai liet ik hen vanuit de armzwaai naar het puntje van de neus wijzen. Zo leerden de kinderen de juiste armzwaai: naar voren gericht.
Flamingo
Het neefje van de ooievaar als het aankomt op het zo lang mogelijk doorglijden op het standbeen. Tevens een prima oefening om het laten "hangen" van het andere been te oefenen.
Giraf
Bij de giraf begon ik met de lange nek van de giraf. Met de armen recht omhoog een prima balansoefening, daar je je met een kleine beweging al lichtjes uit balans kunt gooien.
Maar de hoofdmoot vormde natuurlijk de lange poten van de giraf: zo lang mogelijk afzetten. Ik liet de kinderen zien, dat je de poten nog "langer" kon maken door dieper te gaan zitten. De afzet wordt zo langer.
Ik sloot het bezoek aan de giraf af met een van de meest bekende liedjes van Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink: "Dikkertje Dap".
Dit klassieke kinderliedje was een mooie opstap naar de valoefeningen. Je zakte steeds verder naar beneden met je billen, tot je zachtjes op je billen landde. Daar de meeste kinderen de valoefeningen altijd leuk vinden, werd deze diverse keren herhaald, net als de val voorover.
Aalscholver
De buikschuiver in een andere verpakking. Een aalscholver duikt het water in, bij een buikschuiver duik je op het gladde ijs.
Leeuw
De koning der dieren sluipt op zijn prooi af. Tot halverwege de baan rijden de kinderen heel zachtjes om dan ineens weg te sprinten. Zonder dat ze het door hadden, oefenden ze de glijstart een stuk of 10 keer.
Pinguïn
Om even rustig op adem te komen een goede oefening. Op deze manier leren de kinderen om de schaatsen schuin naar voren te plaatsen.
IJsbeer
Dezelfde oefening, maar nu een stuk krachtiger.
Slang
Hierbij trekt de trainer de aanwezige kinderen in polonaisevorm voort. Uiteraard kronkelt de slang alle kanten op. Je kunt op deze manier met een vrij grote groep kinderen netjes tussen de pilonnen door slalommen.
Aap
De klassieker. Een aap zit in de juiste schaatshouding. Daarbij kun je een paar leuke accenten aanbrengen, door als een gorilla op de borst te slaan, of door te gaan aap vlooien. Door over het hele lijf te gaan "krabben", is het tevens een balansoefening. Tijdens de les kreeg ik een ingeving, die ik meteen uit liet voeren: de brulaap. Je moest eens weten, hoe goed dit doorklinkt in een 100 meter lange hoge hal....
Muis
De tegenhanger. Hierbij moesten de kinderen zo stil mogelijk schaatsen.
Kangaroo
Hierbij springen de kinderen van de ene kant van de binnenbaan naar de andere kant. Een vrij zware oefening. Deze hoef je dus niet te herhalen.
Stokstaartje
Het meest onbekende dier. De mikadostokken fungeerden als staart. Hierdoor waren de kinderen gedwongen om met de handen op de rug te schaatsen, doordat ze de stok vast moesten houden. Dit was voor mij de laatste oefening van de Herfstvakantie. De drie schaatslessen vlogen voorbij.
Uit welingelichte kringen heb ik vernomen, dat mij naar aanleiding van dit thema een verkiesbare plaats is aangeboden bij de eerstkomende Tweede Kamerverkiezingen op de lijst van de Partij voor de Dieren. Zij weten tenminste, hoe je een trainingsbeest in moet palmen.
Ik stond weer op de binnenbaan, waar ik met Jacob een groep van 9 kinderen onder mijn hoede had. Daar een bezoek aan de dierentuin populair is in de Herfstvakantie, besloot ik dit als thema van de schaatsles te nemen.
Teneinde andere schaatstrainers op ideeën te brengen, volgt hier een opsomming per dier en de bijbehorende oefeningen.
Olifant
De befaamde olifantenoren, waarbij je met beide ijzers op het ijs zijwaarts af leert zetten en terug leert sturen. Een variant hierop is om dit met 1 been te doen, waarbij je wel beide ijzers op het ijs houdt. Hierdoor lijkt het al wat meer op het gewone afzetten en terugsturen bij het schaatsen.
De slurf van de olifant kwam ook aan bod. De kinderen moesten 1 arm voor hun neus houden en daarmee slingeren. Doordat ze zich daarbij een beetje uit balans gooiden, was het een goede balansoefening. Deze bouwde ik uit door het vanuit de schouder te laten doen. Daarbij kregen ze een tweetal varianten. De eerste was om de "slurf" met veel kracht voorlangs te laten slingeren. Na deze foute armzwaai liet ik hen vanuit de armzwaai naar het puntje van de neus wijzen. Zo leerden de kinderen de juiste armzwaai: naar voren gericht.
Flamingo
Het neefje van de ooievaar als het aankomt op het zo lang mogelijk doorglijden op het standbeen. Tevens een prima oefening om het laten "hangen" van het andere been te oefenen.
Giraf
Bij de giraf begon ik met de lange nek van de giraf. Met de armen recht omhoog een prima balansoefening, daar je je met een kleine beweging al lichtjes uit balans kunt gooien.
Maar de hoofdmoot vormde natuurlijk de lange poten van de giraf: zo lang mogelijk afzetten. Ik liet de kinderen zien, dat je de poten nog "langer" kon maken door dieper te gaan zitten. De afzet wordt zo langer.
Ik sloot het bezoek aan de giraf af met een van de meest bekende liedjes van Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink: "Dikkertje Dap".
Dit klassieke kinderliedje was een mooie opstap naar de valoefeningen. Je zakte steeds verder naar beneden met je billen, tot je zachtjes op je billen landde. Daar de meeste kinderen de valoefeningen altijd leuk vinden, werd deze diverse keren herhaald, net als de val voorover.
Aalscholver
De buikschuiver in een andere verpakking. Een aalscholver duikt het water in, bij een buikschuiver duik je op het gladde ijs.
Leeuw
De koning der dieren sluipt op zijn prooi af. Tot halverwege de baan rijden de kinderen heel zachtjes om dan ineens weg te sprinten. Zonder dat ze het door hadden, oefenden ze de glijstart een stuk of 10 keer.
Pinguïn
Om even rustig op adem te komen een goede oefening. Op deze manier leren de kinderen om de schaatsen schuin naar voren te plaatsen.
IJsbeer
Dezelfde oefening, maar nu een stuk krachtiger.
Slang
Hierbij trekt de trainer de aanwezige kinderen in polonaisevorm voort. Uiteraard kronkelt de slang alle kanten op. Je kunt op deze manier met een vrij grote groep kinderen netjes tussen de pilonnen door slalommen.
Aap
De klassieker. Een aap zit in de juiste schaatshouding. Daarbij kun je een paar leuke accenten aanbrengen, door als een gorilla op de borst te slaan, of door te gaan aap vlooien. Door over het hele lijf te gaan "krabben", is het tevens een balansoefening. Tijdens de les kreeg ik een ingeving, die ik meteen uit liet voeren: de brulaap. Je moest eens weten, hoe goed dit doorklinkt in een 100 meter lange hoge hal....
Muis
De tegenhanger. Hierbij moesten de kinderen zo stil mogelijk schaatsen.
Kangaroo
Hierbij springen de kinderen van de ene kant van de binnenbaan naar de andere kant. Een vrij zware oefening. Deze hoef je dus niet te herhalen.
Stokstaartje
Het meest onbekende dier. De mikadostokken fungeerden als staart. Hierdoor waren de kinderen gedwongen om met de handen op de rug te schaatsen, doordat ze de stok vast moesten houden. Dit was voor mij de laatste oefening van de Herfstvakantie. De drie schaatslessen vlogen voorbij.
Uit welingelichte kringen heb ik vernomen, dat mij naar aanleiding van dit thema een verkiesbare plaats is aangeboden bij de eerstkomende Tweede Kamerverkiezingen op de lijst van de Partij voor de Dieren. Zij weten tenminste, hoe je een trainingsbeest in moet palmen.
woensdag 21 oktober 2015
Boomstamwerpen
Ada had gisterenavond gezien, dat er een boomstam, die al aan het vermolmen was, bij het snoei- en houtafval bij de ingang van het volkstuinencomplex lag. Deze wilde ze graag op de volkstuin hebben.
Nu ging Ada vandaag met een vriendin in de duinen wandelen. Ik bood aan, om mee te fietsen naar de volkstuin, zodat we met een kruiwagen de boomstam konden transporteren. Zo gezegd, zo gedaan.
Met zijn drieën reden we naar de volkstuin toe, waar we de boomstam in de kruiwagen hesen. Transportbedrijf B. Breed mocht het zware transport voor zijn rekening nemen.
Het was een pittige krachttraining. Ik ben geen Obelix, die in de toverdrank is gevallen en zo'n boomstam in één keer ver weg werpt. Ook ben ik geen Schot, die zich in deze tak van sport heeft bekwaamd.
Boomstamwerpen is aan mij niet besteed.
Nu ging Ada vandaag met een vriendin in de duinen wandelen. Ik bood aan, om mee te fietsen naar de volkstuin, zodat we met een kruiwagen de boomstam konden transporteren. Zo gezegd, zo gedaan.
Met zijn drieën reden we naar de volkstuin toe, waar we de boomstam in de kruiwagen hesen. Transportbedrijf B. Breed mocht het zware transport voor zijn rekening nemen.
Het was een pittige krachttraining. Ik ben geen Obelix, die in de toverdrank is gevallen en zo'n boomstam in één keer ver weg werpt. Ook ben ik geen Schot, die zich in deze tak van sport heeft bekwaamd.
Boomstamwerpen is aan mij niet besteed.
"Ik doe nog 2 rondjes. Dan heb ik precies 150!"
Voor de tweede keer dit seizoen schaatste ik op dinsdagavond in de Leidse IJshal. Voor de eerste keer dit seizoen was het een dubbelslag. 's Ochtends had ik al les gegeven aan de kinderen, nu ging ik "voor mezelf" schaatsen.
Het was een redelijk drukke avond met een man of 40 op de buitenbaan en op de binnenbaan ruim 20 schaatsers. Anders dan met de "Krasse knarren" ligt de nadruk op de avonden op duurwerk. Geen piramide, maar gewoon een uur of meer achter elkaar doorschaatsen. Wie mij een beetje kent weet, dat het wat meer werd.
Als een der eersten stapte ik het gladde ijs op. Langzaam maar zeker vormde zich 2 pelotons, waarbij ik op kop van de snelste kwam te rijden.
Eigenlijk heb ik dat 5 kwartier gedaan, ook al kwam er af en toe iemand voor me rijden als mijn tempo iets inzakte. Het was dan even knokken om dat hogere tempo bij te houden, maar daar wordt niemand slechter van.
Af en toe ging er een groepje weg met meestal Ruud Vermeulen, Gé van Goozen en Hans van der Plas erbij. Maar meer dan zo'n 5 rondjes hebben ze in die 5 kwartier niet op me gepakt. Kortom: conditioneel zit het wel snor.
Dat geldt ook voor de techniek. Bij het uitrijden complimenteerde ik van Vincent Schenkeleers me, dat mijn techniek veen beter was dan een paar jaar geleden. Vooral de bochtentechniek vond hij verbeterd.
Dat uitrijden was trouwens 2 ronden uitgesteld op verzoek van Hans van der Plas. We waren net van plan om te stoppen, toen deze Katwijkse schaatser meldde: "Ik doe nog 2 rondjes. Dan heb ik precies 150!" Waar heb ik zoiets eerder gehoord?
Ik zei tegen dit prima voorstel natuurlijk geen "Nee". Net zo min als ik "Nee" zei tegen de Palm, die me werd aangeboden in de kantine van de IJshal, waar we in klein gezelschap de schaatstraining van 30 kilometer evalueerden.
Het was een redelijk drukke avond met een man of 40 op de buitenbaan en op de binnenbaan ruim 20 schaatsers. Anders dan met de "Krasse knarren" ligt de nadruk op de avonden op duurwerk. Geen piramide, maar gewoon een uur of meer achter elkaar doorschaatsen. Wie mij een beetje kent weet, dat het wat meer werd.
Als een der eersten stapte ik het gladde ijs op. Langzaam maar zeker vormde zich 2 pelotons, waarbij ik op kop van de snelste kwam te rijden.
Eigenlijk heb ik dat 5 kwartier gedaan, ook al kwam er af en toe iemand voor me rijden als mijn tempo iets inzakte. Het was dan even knokken om dat hogere tempo bij te houden, maar daar wordt niemand slechter van.
Af en toe ging er een groepje weg met meestal Ruud Vermeulen, Gé van Goozen en Hans van der Plas erbij. Maar meer dan zo'n 5 rondjes hebben ze in die 5 kwartier niet op me gepakt. Kortom: conditioneel zit het wel snor.
Dat geldt ook voor de techniek. Bij het uitrijden complimenteerde ik van Vincent Schenkeleers me, dat mijn techniek veen beter was dan een paar jaar geleden. Vooral de bochtentechniek vond hij verbeterd.
Dat uitrijden was trouwens 2 ronden uitgesteld op verzoek van Hans van der Plas. We waren net van plan om te stoppen, toen deze Katwijkse schaatser meldde: "Ik doe nog 2 rondjes. Dan heb ik precies 150!" Waar heb ik zoiets eerder gehoord?
Ik zei tegen dit prima voorstel natuurlijk geen "Nee". Net zo min als ik "Nee" zei tegen de Palm, die me werd aangeboden in de kantine van de IJshal, waar we in klein gezelschap de schaatstraining van 30 kilometer evalueerden.
dinsdag 20 oktober 2015
Mees
Vorige week zat ik in de bibliotheek te pauzeren met mijn collega Vera. We hadden het over de schaatslessen, die ik in de Herfstvakantie gaf in de Leidse IJshal.
"Dat is misschien wel iets voor mijn kleinzoon", kreeg ik te horen.
En dat bleek te kloppen. Vanmorgen kwam opa Willem met Mees naar de Vondellaan. Bij het inrijden reed ik een aantal rondjes op de buitenbaan met Mees mee. Ondanks dat het pas de eerste keer was, dat hij op op schaatsen reed, reed hij met een vaste slag. Voor een beginneling schaatste hij opvallend goed.
"Hij skeelert", kreeg ik als verklaring te horen.
Desondanks heeft hij absoluut aanleg voor schaatsen.
Ik gaf de schaatsles samen met Joost schaatsles op de binnenbaan aan een groep van 9 kinderen. Daar er geen kinderen bij waren, die gisteren in mijn groep zaten, was de les voor een flink deel hetzelfde als gisteren. Alleen "Witte zwanen, zwarte zwanen" en een aantal starts waren toegevoegd, waarbij ook starts waarbij de kinderen op het ijs zaten en tegen de boarding leunden en die, waarbij de kinderen op hun buik of hun rug op het ijs lagen. Met "Schipper mag ik overvaren" sloten we deze leuke les af.
Na afloop schaatste ik met Mees, die helaas niet in mijn groepje zat, nog een vijftal rondjes op de buitenbaan.
Ondanks dat hij best moe was, zette hij toch door. Ik mag die karaktertrek wel.
En als oude rot in het vak durf ik wel te stellen, dat Mees een echte ijsvogel is!
"Dat is misschien wel iets voor mijn kleinzoon", kreeg ik te horen.
En dat bleek te kloppen. Vanmorgen kwam opa Willem met Mees naar de Vondellaan. Bij het inrijden reed ik een aantal rondjes op de buitenbaan met Mees mee. Ondanks dat het pas de eerste keer was, dat hij op op schaatsen reed, reed hij met een vaste slag. Voor een beginneling schaatste hij opvallend goed.
"Hij skeelert", kreeg ik als verklaring te horen.
Desondanks heeft hij absoluut aanleg voor schaatsen.
Ik gaf de schaatsles samen met Joost schaatsles op de binnenbaan aan een groep van 9 kinderen. Daar er geen kinderen bij waren, die gisteren in mijn groep zaten, was de les voor een flink deel hetzelfde als gisteren. Alleen "Witte zwanen, zwarte zwanen" en een aantal starts waren toegevoegd, waarbij ook starts waarbij de kinderen op het ijs zaten en tegen de boarding leunden en die, waarbij de kinderen op hun buik of hun rug op het ijs lagen. Met "Schipper mag ik overvaren" sloten we deze leuke les af.
Mees zijn eerste schaats oefeningen samen met Bert Breed in de Schaatshal Leiden.
Posted by Wim van Duijn on dinsdag 20 oktober 2015
Ondanks dat hij best moe was, zette hij toch door. Ik mag die karaktertrek wel.
En als oude rot in het vak durf ik wel te stellen, dat Mees een echte ijsvogel is!
maandag 19 oktober 2015
Holland, Natuur in de Delta
Als natuurliefhebbers togen Ada en ik 35 jaar geleden naar Dodewaard om de kerncentrale gesloten te krijgen. Uiteindelijk is dat toch gelukt, al ging dat niet in een keer.
Vandaag had ik een vrije dag genomen om dat te kunnen vieren met Ada. Zij is, zoals mijn moeder dat op onze bruiloft omschreef: "Puur natuur". Het is dan ook niet verwonderlijk, dat we vanmiddag samen naar Lido gingen om de film "Holland, Natuur in de Delta" te bekijken.
De film is trouwens van de makers van de film "De nieuwe wildernis" over de Oostvaardersplassen.
Maar voor het zo ver was, fietste ik vanmorgen om half 9 naar de Vondellaan om in de Leidse IJshal schaatsles te geven aan kinderen. Bij het verdelen van de 80 kinderen over de diverse trainers schortte er kennelijk wat aan mijn kledij, want mijn groepje behelsde slechts 1 kind....
Nu kan een privé-les natuurlijk nooit kwaad, maar het leek me voor deze jonge schaatser toch gezelliger om met wat leeftijdsgenoten te kunnen schaatsen. Anne-Marie, die de baan naast mij had met 4 kinderen, had er geen bezwaar tegen, dat we de groepen samenvoegden.
De les ging uiteraard speels met de clownsstappen, de vogelverschrikker, valoefeningen met de buikschuiver als uitschieter, slaloms, zowel solo als in polonaise en onder de mikadostokken door schaatsen.
Na me thuis omgekleed te hebben, lunchten we saampjes om vervolgens naar de Steenstraat te fietsen voor de film "Holland, Natuur in de Delta".
We vonden het een prachtige film, ondanks de wat minder positieve recensies. Nu eens geen "grootse" natuur, maar juist de alledaagse natuur, waar je vaak aan voorbij gaat of waarvan je zelfs helemaal niet wist. Als schaatser weet je, dat je wereldwijd gezien in een heel bijzonder land woont, hetgeen in "Holland, Natuur in de Delta" heel goed naar voren kwam.
Kortom, ik kan iedereen deze natuurfilm van harte aanbevelen.
Na in het centrum van Leiden nog een paar kleine boodschappen gedaan te hebben, gingen we op ziekenbezoek bij een door een herseninfarct getroffen vriend. De heenreis met de trein verliep probleemloos. Dat gold niet voor de terugreis. Bij aankomst bij het station lazen we de mededeling, dat de trein niet reed door een aanrijding met een persoon. Via diverse vormen van openbaar vervoer deden we er in plaats van een half uur twee uur over om weer in Leiden terecht te komen. Het hele treinverkeer was in de war. Voor ons was het lastig, maar niet meer dan dat. Er zijn echter mensen, die thuis een heel andere mededeling krijgen....
Vandaag had ik een vrije dag genomen om dat te kunnen vieren met Ada. Zij is, zoals mijn moeder dat op onze bruiloft omschreef: "Puur natuur". Het is dan ook niet verwonderlijk, dat we vanmiddag samen naar Lido gingen om de film "Holland, Natuur in de Delta" te bekijken.
De film is trouwens van de makers van de film "De nieuwe wildernis" over de Oostvaardersplassen.
Maar voor het zo ver was, fietste ik vanmorgen om half 9 naar de Vondellaan om in de Leidse IJshal schaatsles te geven aan kinderen. Bij het verdelen van de 80 kinderen over de diverse trainers schortte er kennelijk wat aan mijn kledij, want mijn groepje behelsde slechts 1 kind....
Nu kan een privé-les natuurlijk nooit kwaad, maar het leek me voor deze jonge schaatser toch gezelliger om met wat leeftijdsgenoten te kunnen schaatsen. Anne-Marie, die de baan naast mij had met 4 kinderen, had er geen bezwaar tegen, dat we de groepen samenvoegden.
De les ging uiteraard speels met de clownsstappen, de vogelverschrikker, valoefeningen met de buikschuiver als uitschieter, slaloms, zowel solo als in polonaise en onder de mikadostokken door schaatsen.
Na me thuis omgekleed te hebben, lunchten we saampjes om vervolgens naar de Steenstraat te fietsen voor de film "Holland, Natuur in de Delta".
We vonden het een prachtige film, ondanks de wat minder positieve recensies. Nu eens geen "grootse" natuur, maar juist de alledaagse natuur, waar je vaak aan voorbij gaat of waarvan je zelfs helemaal niet wist. Als schaatser weet je, dat je wereldwijd gezien in een heel bijzonder land woont, hetgeen in "Holland, Natuur in de Delta" heel goed naar voren kwam.
Kortom, ik kan iedereen deze natuurfilm van harte aanbevelen.
Na in het centrum van Leiden nog een paar kleine boodschappen gedaan te hebben, gingen we op ziekenbezoek bij een door een herseninfarct getroffen vriend. De heenreis met de trein verliep probleemloos. Dat gold niet voor de terugreis. Bij aankomst bij het station lazen we de mededeling, dat de trein niet reed door een aanrijding met een persoon. Via diverse vormen van openbaar vervoer deden we er in plaats van een half uur twee uur over om weer in Leiden terecht te komen. Het hele treinverkeer was in de war. Voor ons was het lastig, maar niet meer dan dat. Er zijn echter mensen, die thuis een heel andere mededeling krijgen....
Labels:
Fietsen,
Films,
IJshal Leiden,
Oostvaardersplassen,
Schaatsen,
Wandelen
zondag 18 oktober 2015
Nagenieten
Na een ietwat korte nacht werd ik om een uur of 7 wakker. We konden nagenieten van een zeer leuk feest. Wel hadden we graag wat meer mensen uitgebreid gesproken, maar dat is met 80 man visite onmogelijk.
Daar Siebe en Ana uit wilden slapen slopen we heel stilletjes uit bed. Terwijl Ada de vaat deed, ging ik een stukje hardlopen. Het was mistig weer, maar de zon verwarmde de mist dusdanig, dat deze veranderde in nevelflarden, terwijl ik 7 kilometer liep langs de weilanden aan de rand van de Stevenshof.
In de nevel zag ik geen koeien in de wei, maar wel diverse paarden. Ik wist alleen hun naam niet.
Thuis gekomen douchte ik me en schoof aan aan de ontbijttafel. Daar bleek, dat gisterenavond alles mee was genomen behalve een kabel'die de laptop en de beamer kon verbinden. Derhalve fietste ik onder licht gespetter naar het clubhuis van IJssport Leiderdorp. Hier kreeg ik van John de Lange het kabeltje terug, terwijl uit de geluidsboxen dit lied van "The Outsiders" klonk.
Daar Siebe en Ana uit wilden slapen slopen we heel stilletjes uit bed. Terwijl Ada de vaat deed, ging ik een stukje hardlopen. Het was mistig weer, maar de zon verwarmde de mist dusdanig, dat deze veranderde in nevelflarden, terwijl ik 7 kilometer liep langs de weilanden aan de rand van de Stevenshof.
In de nevel zag ik geen koeien in de wei, maar wel diverse paarden. Ik wist alleen hun naam niet.
Thuis gekomen douchte ik me en schoof aan aan de ontbijttafel. Daar bleek, dat gisterenavond alles mee was genomen behalve een kabel'die de laptop en de beamer kon verbinden. Derhalve fietste ik onder licht gespetter naar het clubhuis van IJssport Leiderdorp. Hier kreeg ik van John de Lange het kabeltje terug, terwijl uit de geluidsboxen dit lied van "The Outsiders" klonk.
Feestvarken
Morgen is het 35 jaar geleden, dat ik Ada heb leren kennen bij de blokkade van Dodewaard. Daar zowel mijn vrouw als ik dit jaar 60 jaar oud geworden zijn, was dit reden genoeg voor een feest.
Daar ons huurhuis niet groot genoeg is om 80 man te kunnen bergen, zochten we het buiten de deur. In ons geval viel de keuze op kantine van de ijsbaan van Leiderdorp, waar ik in de zomer bij droog weer iedere woensdagavond skeeler.
Overdag had Siebe nog 4 uur muziek van CD's, die ik had uitgezocht, in een MP3-bestand gezet. Daarbij zat veel muziek van "The Doors", "The Shoes" en "Creedence Clearwater Revival".
Vanaf 5 uur begon de feestzaal vol te lopen met familie en vrienden. Er kwamen zo'n 80 personen op het feest af. Als feestvarkens zijn Ada en ik flink verwend. Als je naar de hoeveelheid speciale biertjes keek, dan leek het wel de actie "Help Bert de winter door".
Maar ook op andere wijze werden we in het zonnetje gezet. Van hen kregen we een smartphone, nadat een van mijn dochters het culturele deel opende met een vioolsonate van Henry Purcell.
Mijn schaatsvrienden namen het estafettestokje over met een Fryslân-quiz.
Na geslaagd te zijn voor het examen Fries kwam er een soort petje op, petje af, waarbij de aanwezigen met Friese vlaggen vragen moesten beantwoorden als
Als cadeau kregen we een avondje uit aangeboden met de droogtrainingsgroep naar de folkgroep "Rapalje".
Ook de kinderen hadden een prachtige powerpointpresentatie gemaakt.
Wij hadden er niets van gemerkt, dat onze fotoalbums geplunderd waren voor deze presentatie.
Inmiddels was het eten aangekomen. Het buffet was verzorgd door Catootje.
Onder het eten sprak ik met deze en gene. Als feestvarken zou je met iedereen uitgebreider willen praten, maar dan doe je de andere gasten tekort.
Inmiddels was de ijskar van IJsboerderij De Jong gearriveerd. De gasten hadden de keuze uit 4 soorten Weiports ijs.
Onder de maaltijd speelde Doggy Dike de eerste van de twee sessies.
Daarna mochten Ada en ik weer plaatsnemen in de stoel voor een optreden van Schelvispekel Plus.
Bas Warnink had een zestal Beatles-nummers voorzien van een nog scherpere teksten dan die van het roemruchte duo Lennon en McCartney.
Ik zwierf als gastheer van het ene groepje naar het andere. Iedereen had het naar zijn zin. Dat bleek helemaal bij de tweede sessie van "Doggy Dike", waarbij zelfs ouderwets geswingd werd.
Maar het mooiste vond ik nog, dat na het optreden van "Doggy Dike" zij samen met Schelvispekel Plus nog een aantal liedjes samen gingen spelen, zoals "Hallelujah" van Jeff Buckley.
Ik stond op dat moment afscheid te nemen van enkele gasten, dus ik kon helaas niet meezingen. Maar hieruit blijkt overduidelijk, dat muziek verbroedert!
Om 11 uur klonk als slotakkoord dan ook "When the music's over".
Al met al kunnen we met een euforisch gevoel terugkijken op een geslaagd feest. Het valt reuze mee om feestvarken te zijn.
Labels:
Elfstedentocht,
Fryslân,
Muziek,
Schaatsen,
Skeeleren
Abonneren op:
Posts (Atom)