zondag 31 januari 2021

Natuurijs

Januari 2021 was een kletsnatte maand geworden.

Desondanks hadden we een mooie afsluiting van de eerste maand van dit jaar.

Op klomphoogte vroor het nog wat meer.

De sloot achter ons huis lag dicht, het was zonnig weer met temperaturen net onder het vriespunt, dus het was prima weer voor een fietsrit naar de Vogelplas. Daar aangekomen was het wel een tegenvaller, dat dit meertje nog bijna helemaal open lag.




















Alleen op luwe plekken, zoals langs de rietkragen, was een vliesje ijs te ontdekken.

Natuurlijk wist ik, dat dit slechts een winterprik was en dat de temperatuur de komende dagen flink omhoog gaat, maar het zou wel prettig zijn als het water in de Vogelplas alvast flink af zou koelen voor het geval de winter de komende week alsnog intreedt.

Het zal een dubbeltje op zijn kant worden.
Op de terugweg fietste ik langs de ijsbaan van Voorschoten. Deze lag wel helemaal dicht!

Dat kon ook gezegd worden van de ijsbaan aan de Rijndijk in de Stevenshof.

Maar wat in Fryslân nog net kon, kon hier absoluut niet.

Na de lunch fietste ik door naar de volkstuin, waar Ada al was. Onze kleinzoon werd voor een nachtje logeren daarheen gebracht door zijn ouders. Op de tuin mag je nog wel 2 gasten ontvangen, thuis niet.

In de vijver lag een stuk ijs, dat je om kon draaien. Daardoor kon je zien, dat de onderzijde van natuurijs niet bepaald glad te noemen is.

Thuisgekomen met onze kleinzoon bleek, dat ik vandaag 33 kilometer gefietst had en in januari in totaal 764 kilometer. Geen onaardig begin van het nieuwe jaar.

Vogelen en uitvogelen

Afgelopen week hebben we een webinar gevolgd als voorbereiding op de Nationale tuinvogeltelling.

Een van de cursusleidsters vertelde, dat vogelaar nog een tweede betekenis had. Het betekende ook, dat het iemand was, die het met de huwelijkse trouw niet zo nauw nam. In de Dikke Van Dale konden we deze tweede betekenis niet vinden, maar bij het woord vogelen vonden we wel een impliciete bevestiging, dat het klopte. Uitvogelen daarentegen heeft een heel andere betekenis.
Wij hadden vandaag bij de Tuinvogeltelling niet zoveel om uit te vogelen. We herkenden alle vogels.
10 huismussen
  4 vinken
  2 merels
  2 spreeuwen
  2 koolmezen
  2 Turkse tortels
  1 Ekster
  1 Kraai
  1 Roodborstje

Normaal gesproken hebben we nog wel eens watervogels, die onze tuin betreden, maar doordat het gevroren had en de sloot achter onze tuin met een centimeter ijs bedekt was, bleven zij achterwege. Dat gold ook voor de sperwer, die vorig jaar bij de tuinvogeltelling een huismus oppeuzelde.

We hoefden de "Nieuwe Zakgids Vogels" dus niet te raadplegen bij deze tuinvogeltelling.

zaterdag 30 januari 2021

Grenzwetterlage

De afgelopen dagen hebben we te maken met wat op Weerwoord een Grenzwetterlage genoemd wordt: een scherpe begrenzing van weersoorten. Gisteren konden we dit heel duidelijk zien.

In Noord-Brabant werd het 10 graden warmer dan in Oost-Groningen. Er was zelfs een verschil van bijna 6 graden tussen Oost-Groningen en Noord-Drenthe. Als je de windkaart erbij pakt, dan snap je hoe dat komt.

De warme westenwind botste op de koude oostenwind. Wat hier gebeurt is eigenlijk het verhaal van de winter van 2021. Alle mooie weerkaarten ten spijt zitten we telkens net aan de verkeerde kant van de Grenzwetterlage.

Op dit moment vriest het in het noorden van het land op klomphoogte al, terwijl de temperaturen in het midden en het zuiden van ons land nog boven nul is. 

We krijgen een paar koude dagen, daarna warmt het op. Daarna waaien deze pluimen alle kanten uit, zoals ook deze ijspluim.

Dat zie je ook terug in de discussies op Weerwoord. Om in het Duits te blijven: Himmelhoch jauchzend, Zum Tode betrübt. In het Nederlands spreken we dan van Jantje lacht en Jantje huilt.
Op 2 februari kan het in het midden van Nederland 1 graad worden, maar ook 12. Zoveel onzekerheid op korte termijn zie je inderdaad zelden. Dat heeft alles te maken met de Grenzwetterlage, die in onze buurt bivakkeert.
Na dramakaarten van vandaag verschijnen er ineens prachtige weerkaarten:

Als dit uitkomt, dan hebben we volgende week zaterdag matige vorst en lichte vorst overdag.

Dit ligt in lijn met hetgeen weerman Reinout van der Born voor februari verwachtte. Ook zijn Duitse collega Kai Zorn zit op die lijn.


Vooralsnog hou ik hoop, dat we deze winter wel op de Vogelplas kunnen schaatsen, ook al is alles nog niet in kannen en kruiken.

Rondje Vlietlanden

Het had vannacht licht gevroren.

Aan de grond een tikkeltje meer.

Na vanmorgen met mijn vrouw bij "De Helianth" boodschappen gedaan te hebben, fietste ik om 12 uur naar de Kniplaan. Hans Boers en ik kwamen er tegelijkertijd aan.
We liepen naar de Oostvlietweg en gezien de vrij stevige noordoostenwind kozen we ervoor om eerst tegen de wind in te lopen. Het mocht dan wel boven nul zijn, de gevoelstemperatuur lag er duidelijk onder.

Normaal gesproken kiezen we ervoor om in de Vlietlanden over onverharde paden en grasvelden te lopen. Gezien de vele regenbuien van de afgelopen week was dat niet zo'n geslaagd plan.

Tenzij je graag in de modder loopt natuurlijk.
We liepen dus voornamelijk over fietspaden een rondje van 9 kilometer. Halverwege kregen we de wind in de rug en dan voelt het toch warmer aan, doordat je geen last hebt van de windchill.
We liepen langs de volledig golvende Vogelplas naar ons vertrekpunt, waar we na een verkwikkende duurloop letterlijk warmgelopen waren.

Om het lichaam te harden voor een eventuele natuurijsperiode fietste ik nog een ruim rondje om de Vogelplas heen. Over de Oostvlietweg naar Leidschendam en via het fietspad aan de oostzijde van de Vogelplas weer terug. Thuisgekomen stond de kilometerteller op 30 kilometer, dezelfde afstand, die ik gisteren afgelegd had. Met het duurvermogen zit het wel goed.

vrijdag 29 januari 2021

Coen de Koning

In het Leidsch Dagblad stond vandaag een artikel over Coen de Koning, die 115 jaar geleden het werelduurrecord aanscherpte.

Nu is de palmares van De Koning er eentje om U tegen te zeggen. Hij werd in 1905 Wereldkampioen Allround, won in 1912 en 1917 de Elfstedentocht en verbeterde het werelduurrecord van de Engelsman Charles Edgington in 1906 en bracht het 32 kilometer en 370 meter.
Pas in 1949 wist Marius Strijbis deze toptijd te verbeteren. Dat had 2 jaar eerder kunnen zijn, want in februari 1947 wist De Koning de poging van Strijbis te torpederen door de baan op te lopen, waardoor Strijbis ternauwernood een botsing wist te voorkomen. Exit record.

Coen de Koning was een fantastische schaatser, maar zijn sportiviteit was wat minder ontwikkeld. Bij de Elfstedentocht van 1912 lag hij samen met Jetze Jan Keizer op kop, toen hij bij Workum een inzinking kreeg. Keizer wacht op hem. Op het Slotermeer zijn de rollen omgedraaid. Keizer heeft het zwaar en De Koning plaatst een vlammende demarrage en Keizer is op slag kansloos.

De nummer 2, Jan Ferwerda, dient een protest in. Hij beschuldigde De Koning ervan zich door zijn gids zou hebben laten trekken. Hij nam sportieve wraak bij de Elfstedentocht van 1917, toen hij voor de start aankondigde: "Coen de Koning wint deze Elfstedentocht, zo niet, dan kun jij voor De Koning een doodskist bestellen." In een recordtijd van 9 uur 53 verpletterde hij zijn concurrentie.  Nummer 2, Sjoerd Swierstra, werd op 28 minuten gereden.

Filmbeelden van deze Elfstedentocht kunt u zien door HIER TE KLIKKEN.

donderdag 28 januari 2021

Eerste schaatsles

Het was vandaag weer eens een kletsnatte dag.

Ik vond het dus niet zo erg, dat ik vanmiddag tuis werd opgehaald door Marnix en Walter Boon, met wie ik mee kon rijden naar De Uithof. De ruitenwissers deden hun werk voorbeeldig, terwijl wij droog naar de kunstijsbaan in Den Haag reden.
In de wachtrij voor de ingang van De Uithof kwam er een serie appjes binnen. In tijden van corona gaan er heel wat grappen en grollen rond. Deze Duitse afbeelding was toll.

Deze cartoon van Tom Janssen in Trouw was trouwens ook erg sterk.

Zelf voelde ik me op mijn kluunschaatsen ook wel aardig sterk, maar toen ik Marnix voor de eerste keer inhaalde hoorde ik een hoop gekras. Hij zette dus met zijn punten af. Ik kon 2 dingen doen. Ik kon voor mezelf kiezen en in 70 minuten 70 rondjes rijden, of ik kon deze ambitie opzij zetten en schaatsles gaan geven.
Ik koos voor het laatste. We begonnen bij de basisvaardigheden. De allereerste was druk op de hiel opbouwen, het zogenaamde achterop zitten. Dus deden we een rondje met de clownsstap. Druk achterop de schaats gegarandeerd.

Na een paar rondjes zo gereden te hebben kwam de zijwaartse afzet aan de orde. Dit lukte niet meteen. De afzet was en bleef te veel naar achteren. Daar was echter wel wat aan te doen. De olifantsoren.

Eerst een stukje met 2 benen tegelijk, daarna wel tweebenig glijden, maar om beurten met links en rechts terugsturen. Er komt een moment, dat je recht vooruit rijdt. Dit is het moment, dat je zijwaarts af moet zetten. Wat veel schaatsers dan fout doen, is dat ze dan de schaats wegtrappen. Van Wierd Wagenmakers leerde ik deze basisregel: "Je moet duwen, niet trappen!" Sinds ik dit doe, en dat is al een tijdje geleden, ben ik veel beter gaan schaatsen!

De volgende horde was het zoeken naar het juiste moment van de afzet. Daarvoor had ik een vreemde oefening, die echter wel goed werkt: de vogelverschrikker. Met gespreide armen en benen laat je je als een stijve hark van links naar rechts vallen. Daarna ga je steeds meer in de schaatshouding zitten en doe je hetzelfde. Je leert dan steeds beter wat de juiste timing voor de afzet is. Met de druk achterop kun je dan ook makkelijker sturen.

Gaandeweg ging Marnix steeds beter glijden. Het leuke bij schaatsen is, dat er een handig hulpmiddel is om te constateren, of iemand goed schaatst. Dan hoor je iemand namelijk niet!

In ruim een uur tijd had Marnix de basisvaardigheden aardig onder de knie gekregen. De eerste schaatsles van 2021, die ik normaliter in de Leidse IJshal geef, zat er op. Met een goed gevoel stapten de schaatser en zijn trainer van het ijs af.

woensdag 27 januari 2021

Schaatsgekkies


Afgelopen week stuitte ik toevallig op de site Schaatsgekkies.nl. Deze site wil ik graag onder jullie aandacht brengen onder het mom van soort zoekt soort. Als je mij een schaatsgekkie wil noemen, heb ik daar geen enkel bezwaar tegen.
Vanmorgen deed ik boodschappen op de boerenmarkt en bij "De Helianth", waarna ik de droogtraining voorbereidde, die ik vanmiddag zou gaan geven en de schaatsen sleep, die na de training van gisteren op De Uithof op sommige plekken bot waren geworden.

Vanmiddag fietste ik naar de Vondellaan, waar Walter Boon en ik op het lege parkeerterrein van de Leidse IJshal droogtraining gaf voor de kinderen van de IJVL. Er waren 7 kinderen op de training af gekomen. Na de gebruikelijke warming up met o.a. een Steigerung, kwamen de elastieken tevoorschijn.
Na deze krachtoefening deden we een estafette met halverwege een slalom tussen de betonnen palen. Deze deden we in verschillende samenstelling twee keer.
De elastieken kwamen nogmaals aan bod. Dit keer voor het oefenen van de bochtstappen en dan met name het hangen in de bocht. Daarna sloten we de training af met tikkertje. Een sprinttraining met wenden en keren tot slot.
Op weg naar huis fietste ik langs deze rij hagen, die driekleurig was: rood, geel en bruin. Een lied uit de jaren '80 kwam direct bij een schaatsgekkie naar boven borrelen.