dinsdag 30 september 2014

Isn't it time

Vanmorgen kwam ik gelijk met Edwin Minnee aan bij de Leidse IJshal aan de Vondellaan. Bij het vastzetten van de fietsen, vroeg hij me, hoe het gegaan was bij de Halve marathon van Katwijk. Ik vertelde eerlijk, dat de tweede helft matig was gegaan.

"Vergis je niet", vertelde de Katwijkse kapper me: "Het strand is behoorlijk mul dit jaar."
Dit werd bevestigd door Teun de Reede, die de kassa draaide: "Alleen de nummers 1 en 2 zijn sneller dan vorig jaar, voor de rest is er langzamer gelopen."
Kennelijk had het zand op het strand toch een remmende werking op de tijden. Nu we het toch over tijden hebben: het eerste nummer, dat gedraaid werd, toen ik het ijs opstapte, was "Isn't it time" van The Babys.
Dat vond ik ook: het werd hoog tijd, dat het seizoen van de "Krasse knarren" begon. Met een door het prachtige fietsweer kleine peloton van 6 man reden we een piramide van 5, 10, 15 en 20 rondjes en in omgekeerde volgorde weer terug. Marja van Vliet had de eer om de eerste kilometer van schaatsseizoen 2014-2014 op kop te rijden. Maar ja, we hebben het dan wel over de echte Marja!
In een over het algemeen vrij rustig tempo met af en toe een versnelling reden we zo de eerste 100 rondjes van het seizoen. In vroeger tijden zouden we na afloop gezegd hebben: "De kop is eraf."

Maar in dit tijdsgewricht zijn we ietwat voorzichtiger met dit soort uitspraken....

Leren bewegen

Gisterenavond was de derde avond van de Schaats Instructiecursus van de IJVL in het clubgebouw van IJssport Leiderdorp. Voorafgaand aan deze cursusavond haalde ik vanaf mijn werk 9 bestelde exemplaren van het "Het complete schaatsboek voor jong en oud" van Huub Snoep en Pieter Bult op bij Boekhandel Van den Berg in Katwijk aan den Rijn.

Zelf voegde ik thuis nog eenzelfde aantal exemplaren van "Molen- en Merentocht" er aan toe, zodat ik met een flink zware fietstas naar Leiderdorp trapte.

De cursisten kregen beide boeken aan het eind van de avond, die als thema het "Leren bewegen" had. Centraal hierbij staan de zintuigen, die bij het leren schaatsen van belang zijn en met name de centrale rol van de hersenen, die de spieren en dus de beweging aansturen. De cirkel van constante feedback naar de hersenen wordt de sensomotorische cirkel genoemd.

Na de pauze werden de 9 cursisten ingedeeld in groepen van 3. De een moest de oefening uitvoeren, de tweede moest aanwijzingen geven en de derde moest rapporteren. Zo gingen de trio's aan de slag met een voetbal hooghouden, jongleren met 3 ballen en bierviltjes omhoog slaan vanaf de bar en die dan in de lucht opvangen.
Op deze manier kregen ze te maken met twee verschillende manieren van het aanleren van een beweging: vanuit de hele beweging van grof naar steeds verder verfijnen en omgekeerd vanuit vrij eenvoudige deeloefeningen naar steeds moeilijker oefenstof.
Per beweging en per leerling kan de aanpak verschillen. Je moet dus als trainer altijd in overweging nemen, welke oefening je aanbiedt met welk doel. Kortom, niet alleen de schaatsers, maar ook de trainers moeten hun hersens goed gaan gebruiken!

zondag 28 september 2014

Herfstasters

Vanmorgen hoorden we in "Vroege vogels", dat asters echte vlinderbloemen zijn. Ada had al een tijd het plan om herfstasters te kopen en deze informatie op de radio tilde haar over de drempel. Na een bezoek aan de Leidse Studentenekklesia fietsten we vanaf het centrum van de Sleutelstad door naar de Bosrand, waar Ada de paarse asters kocht.

Ada reed door naar de volkstuin, ik ging naar huis, waar ik in de zonovergoten tuin at en daarna het oud papier, het glas en het plastic wegbracht. Onderweg naar de kringloopbakken zag ik een egel zeer rustig kuieren over het fietspad.

Hoewel het prima weer was om een stukje te skeeleren, liet ik dit achterwege. Mijn benen voelde ik bij het traplopen dusdanig, dat het me verstandiger leek een dag rust in te lassen. Dinsdagmorgen mag ik immers in de Leidse IJshal weer aantreden als coördinator van de "Krasse knarren".

zaterdag 27 september 2014

Spijkers op laag water


De Halve marathon van Katwijk stond al een paar maanden in mijn agenda genoteerd. Vorige week kreeg ik startnummer 149 toegestuurd. Het was meteen een mooie doelstelling: 1.49 lopen in de zwaarste halve marathon van Nederland. Tot ik gisteren las, dat ik vorig jaar 122e was geworden in 1.45.50.

Om kwart voor 11 fietste ik naar Katwijk toe. Het was prachtig weer: tegen de 20 graden, sluierbewolking en bijna geen wind. Bovendien was het op het moment, dat we het strand op zouden gaan laag water. Verder was ik met 67 kilo lichter dan ooit aan de start op de Boulevard. Kortom: ideale omstandigheden om te proberen onder de 1.45 te duiken.
Mijn fiets stalde ik in de fietsenstalling van de bibliotheek aan de Schelpendam, waarna ik naar de Boulevard wandelde.

Ik liep in het shirt van de Hartstichting, waarmee ik ruim een jaar geleden met Hans Boers samen als Bert en Ernie de marathon van Leiden had volbracht.

Dit vanwege het verzoek om zo veel mogelijk in rode kleding te komen lopen in het kader van de Red dress day van de Hartstichting.

Normaal is een dergelijk verzoek voor mij een uitnodiging om juist niet in het rood te verschijnen, maar gezien de goede herinneringen, die ik aan die marathon heb, was de keuze voor dit witte shirt met aardig wat rode details snel gemaakt. Om het geheel wat extra cachet te geven, zette ik de bolletjespet van de Tour de France op: wit met rode stippen.
In het startvak praatte ik met een Katwijker, die 3 keer in de week in de duinen en op het strand traint. Ideaal, zo'n prachtig trainingsgebied om de hoek. Hij vertelde me, dat het strand langs de vloedlijn veel schuiner was dan een paar jaar geleden vanwege de ophoging van het strand met de "zandmotor". Altijd handig om dit soort informatie vooraf te horen.
Om 12 uur klonk het startschot. Ik was vrij vooraan gestart en ik voelde me zeer fit. Met het oog op een tijd onder de 1.45 ging ik behoorlijk snel van start. Sneller dan ik normaal doe. Op het strand zou ik tijd verliezen ten opzichte van de streeftijd, dus mijn winst moest ik in de duinen pakken.
Het ging zo voortvarend, dat ik zelfs bij de splitsing met de 10 kilometer vrij voorin liep bij degenen, die de 10.000 meter liepen. In dit tempo liep ik door naar het Panbos. Met een snel groepje liepen we op de eerste drinkpost op 6 kilometer af.
Het ging goed tot het bordje van de 8 kilometer. Het snelle groepje moest ik laten gaan en ik werd door diverse lopers ingehaald, vooral met het klimmen. In de afdalingen kon ik vaak weer terugkomen door de van Hans Boers geleerde truc: de armen slap langs het lichaam houden en licht voorover gebogen je als het ware naar beneden laten vallen. Met een soort kleine zweefsprongen ga je dan echt harder!
Bij de drinkpost op 10 kilometer nam ik mijn Squeezy-energiegel en twee bekers water. Van beide bekers goot ik de bodem over mijn hoofd. Het was warmer dan ik had gedacht. Deze wijze van verkoeling heeft echter één nadeel: de voorkant van je hardloopshirt kan dan nat worden en bloedende tepels veroorzaken door het schuren. Dit gebeurde dan ook met mijn rechtertepel. Hier kleurde het bloed mijn shirt dan ook rood. Maar ja, het was dan ook red dress day....
De eerste 10 kilometer ging trouwens in 49 minuten. Niet supersnel, maar in dit tempo zat een tijd onder de 1.45 er nog steeds in. De tweede helft van de Halve marathon van Katwijk was ik in mijn witte shirt echter voor steeds meer lopers een doelwit.
Vlak voor het parkeerterrein van Wassenaarse slag wachtte ons een niet zo aangename verrassing.

De route was ten opzichte van de vorige jaargangen aangepast. Waar we anders vrij rechtstreeks over een schelpenpad op het parkeerterrein afstoven, kregen we nu de hoge klim richting hotel "Duinoord" voor onze kiezen met daarna een afdaling en wederom een flinke klim.
Bij de drinkpost op 15 kilometer dronk ik een beker sportdrank alvorens ik het strand op liep. Hier hoefde ik niet naar spijkers op laag water te zoeken. Dat was volstrekt overbodig, want deze spijkers zochten mij. Gespierde spijkers wel te verstaan.

Falko Zandstra had als bijnaam "De gespierde spijker". Welnu, op het brede strand van Wassenaar naar Katwijk liepen diverse gespierde spijkers, veelal van het vrouwelijke geslacht, mij voorbij met daarnaast nog meer. Daarnaast werd ik ook nog door diverse krachtlopers ingehaald. Daar ik zelf slechts 1 loper inhaalde op de laatste 6 kilometer kon de conclusie niet anders zijn, dan dat ik niet hard genoeg liep.
Een blik op mijn horloge bevestigde dit. Zelfs een tijd van onder de 1.50 zou waarschijnlijk onhaalbaar zijn, ook al liepen we niet helemaal door naar de niet meer zo Witte kerk. Over de betonnen platen aan de zuidzijde van de kustverdediging liepen we naar de Boulevard, waar ik in 1.52.30 brutotijd de zwaarste halve marathon van Nederland voltooide.

Meteen na de finish werd ik geïnterviewd door Teun de Reede, die mij vroeg naar mijn ervaringen na deze prachtige loop.
Na de medaille omgehangen te hebben gekregen wandelde ik door naar de haringkar. Katwijk heeft namelijk de alleraardigste traditie dat degenen, die de halve marathon hebben uitgelopen, een harinkje mogen happen.
Na mijn tas te hebben opgehaald uit de garderobetent zag ik, dat er bij de massagetafels geen wachtrij stond. Ik bleef 5 minuten wachten en kon toen mijn benen en mijn onderrug laten masseren. Het redelijk harde maar her en der toch wel scheve strand ga je na 5 kilometer strandloop niet alleen in je benen, maar toch ook een beetje in je rug voelen.

Met een voor € 2,50 gekocht pak verse stroopwafels wandelde ik terug naar de bibliotheek, waar ik mijn trainingsjack en afritsbroek aantrok en naar huis fietste. Thuis gekomen douchte ik me uitgebreid, waarna ik de uitslagen bekeek op de site van Atletiekvereniging Rijnsoever.
De nettotijd was uiteindelijk 1.52.06 geworden. Tot mijn stomme verbazing was deze tijd goed voor de 122e plaats, exact dezelfde klassering als vorig jaar, toen ik ruim 6 minuten sneller was.

's Avonds kon ik thuis nog even spijkers op laag water zoeken. De grootste fout, die ik gemaakt had, was de supersnelle start. Ondanks dat ik geen echte inzinking heb gehad, was de tweede helft niet goed: van ruim 12 kilometer per uur terug naar 11 kilometer is toch een te groot verval.
Een tweede fout was de overschatting van mijn eigen kunnen. Ik was kennelijk niet zo goed in vorm, als dat ik zelf dacht dat ik was.
Fout nummer 3 was, dat ik te weinig in de duinen en op het strand getraind had de laatste maanden en tenslotte had ik geen wedstrijden gelopen na de marathon van Leiden. Dat is inmiddels 4 maanden geleden. Ik miste simpelweg wedstrijdhardheid.

vrijdag 26 september 2014

"Ik wil de 100 rondjes volmaken!"

Rijkelijk laat ontvingen we het mailtje van de IJVL, dat er een trainersbijeenkomst was in de Leidse IJshal met aansluitend schaatsen op de spiegelgladde ijsvloer.
Daar ik een beetje laat was, stiefelde ik in de kantine meteen door naar de Districtszaal, maar de deur zat op slot. Ik liep terug en zag daar in de kantine 4 man aan een tafel zitten. Dat was de hele opkomst van het trainersgilde.

Nu heb elk nadeel zijn voordeel, dus we waren vrij snel klaar met vergaderen, zodat we om 10 voor 9 het ijs al konden betreden. Er reed een man of 20 op de buitenbaan en een tweetal kunstschaatsters op de binnenbaan.
Daar ik gisteren al genoten had van de primeur om als eerste in het schaatsseizoen 2014-2015 over 2 centimeter ijs te mogen schaatsen, hoefde ik niet meer te wennen aan het kunstijs.

Ik schaatste dus vlot weg, maar ik werd na een rondje of 10 gevraagd om een filmpje te maken van het kunstschaatsen. Ja, en als vader kun je natuurlijk een verzoek van je dochter niet zomaar naast je neerleggen.
Daarna was het haar beurt om mij te filmen, terwijl ik een rondje op de buitenbaan schaatste.

Na de filmtechnische hoogstandjes kon ik een rondje of 20 redelijk snel op techniek schaatsen. Met het oog op de Halve marathon van Katwijk van morgen rechtte ik mijn rug om mezelf te sparen, waarop Willem van der Laan, die achter me reed, tegengas gaf: "Ik wil de 100 rondjes volmaken! Ik moet er nog 8."
"Dan doe ik gewoon met je mee", zei ik tegen deze Hoogmadenaar.
Langzaam maar zeker liep de baan leeg. Na een uur geschaatst en gefilmde te hebben hield ik het ook voor gezien. Met Joost Wösten praatte ik in de kantine even bij, want bij schaatsen hoort ook een stukje gezelligheid. In de kantine had ik niet bepaald deze ambitie: "Ik wil de 100 rondjes volmaken!"

Wortel

In de jaren '70 hoorde ik dit raadsel voor de eerste keer bij een les Nederlands: "Een groenteboer, een boswachter, een wiskundige en een tandarts praten over hetzelfde woord, maar toch hebben ze het allemaal over iets anders. Waarover praten zij?"

Het woord bleek "wortel" te zijn.

Vanmorgen begon Ada ook over wortels.

Ze vroeg me, of ik wortels wilde steken op de volkstuin. Dat zou ik vanmiddag na mijn werk doen. Door de duinen fietste ik naar de tuin toe, hetgeen niet bepaald een straf was.

Daar stak ik de wortels uit met een speciaal smal schepje. Willie Wortel had het uit kunnen vinden....

donderdag 25 september 2014

Voorzichtig met rammen

Vanmorgen fietste ik weer naar de Vondellaan, waar ik in de Leidse IJshal weer met spuiten zou helpen.

Het duurde even voor we aan de slag konden, want de Zamboni kwam zonder gas te zitten en kwam stil te staan op de buitenbaan. De ijsmeester moest even een nieuwe gasfles halen.

Daar waren wij mooi klaar mee. Een Zamboni duw je niet zomaar weg, dus daar we moesten wachten voor we met de brandslangen aan de slag konden. In de tussentijd konden we de stalagmieten op het ijs met een bijl kapotslaan en met een sneeuwschuiver van het ijs af vegen, waarna de dweilmachine een laagje water aan kon brengen voor we konden pauzeren.
Na de pauze ging ik als eerste schaatser van dit seizoen het ijs op, gevolgd door Remco en Kees. Op natuurijs zou ik het niet in mijn hoofd halen om op 2 centimeter ijs te gaan schaatsen, maar hier durfde ik het wel. Het eerste rondje was wat onwennig, maar daarna ging het prima. Alleen op de plek, waar de Zamboni had stilgestaan, was het wat brokkelig. Ondanks dat het ijs verder spiegelglad en keihard was, was ik ietwat voorzichtig met rammen.

Er was nog iemand, die voorzichtig is met rammen. Willem had een huisje gehuurd bij een boer en terwijl hij daar naar toe wandelde, werd hij tot tweemaal toe van achteren aangevallen door een dolgedraaide ram.

Bont en blauw dacht hij nog na over de slogan van kamperen bij de boer.

In zijn geval was het meer "Krak dat is 't".....

woensdag 24 september 2014

Geen double-push

Normaal gesproken werk ik altijd op woensdagochtend en ben ik de dinsdagochtend vrij. Deze week was dat omgekeerd. Dat had te maken met een afspraak bij de tandarts, of liever gezegd bij de mondhygiëniste. Deze combineer ik graag. Ondanks dat ik 3 maanden van tevoren gebeld had, kon dit alleen aan het eind van de ochtend samen.
Zodoende ruilde ik een keer van werkochtend en was ik om kwart voor 9 bij de Leidse IJshal, waar ik de brandslangen weer ter hand nam. Tot kwart voor 11 kon ik helpen met een nieuw laagje water op de spiegelgladde ijsvloer te leggen. De meteorologische herfst was begonnen en dak was duidelijk hoorbaar. De regen kletterde keihard op de ijzeren platen op het dak.
"Je zou het dak open moeten kunnen zetten", zei ik tegen medespuiter Piet van de Harskamp: "Dan zouden we in een paar minuten de hele baan gedaan hebben!"
Gelukkig was het droog, toen ik naar de Oude Singel fietste, waar de mondhygiëniste het tandsteen van mijn gebit af bikte alvorens ze me overdroeg aan tandarts Van Winsen. Deze maakte een controlefoto van mijn gebit, waarna we het bij de halfjaarlijkse controle hadden over het wel of niet doorgaan van het skeeleren van vanavond en over de prachtige skeelertocht, die Arthur vorige week gemaakt had met Jaap de Gorter in Waterland en rond de Gouwzee.
Eerlijk gezegd vond ik de foto's van Jaap mooier dan mijn controlefoto's.




Als je dat zo ziet, dan krijg je meteen weer zin in een gezellig samen dagje schaatsen op de Gouwzee!

Na de flinke regenbuien van vanmiddag was het wel droog rond etenstijd, maar de straat was nog kletsnat. Daar er nog nieuwe buitjes in aantocht waren, had het geen zin om naar de skeelerbaan in Leiderdorp af te reizen.
Helaas, want Marieke van Hoek zou weer lesgeven en ons de beginselen van de double-push uitleggen. Nu ging het skeelerseizoen als een nachtkaars uit.

dinsdag 23 september 2014

Bochtentechniek

Gisterenavond was de tweede avond van de SIC-cursus. Op weg naar de skeelerbaan in Leiderdorp kwam ik Teun de Reede tegen. Teun is zaterdag weer speaker bij de Halve marathon van Katwijk, dus daar zien we elkaar weer.
Het thema van de avond was de bochtentechniek. Ook hierbij ging het erom, dat vanuit de natuurkundige principes je moest beredeneren, waarom wat gebeurde bij de bocht bij de verschillende technieken en snelheden.

Er volgde interessante discussies. Deze groep SIC-cursisten denkt heel erg mee en stelt soms ook heel interessante vragen, waarbij je als ervaren rot in het trainersvak ook diep over na moet denken. Een soortgelijke discussie is te vinden op Schaatsforum.

Op clubniveau, en daar praten we in verreweg de meeste gevallen over, is de meest voorkomende fout, dat zeker beginners te langzaam de bocht in gaan. Dit kan men veelal alleen compenseren door de befaamde "tussenstappen". Dat dit de snelheid niet bevorderd is logisch.
De deelnemers aan de Schaats Instructie Cursus krijgen trouwens het "Complete schaatsboek voor jong en oud" van Huub Snoep en Pieter Bult.

Hierin wordt de bochtentechniek uiteraard ook uit de doeken gedaan.
De interessante en gezellige avond werd afgesloten met bochten op clubniveau, waarbij je moest leren, wat fout ging en daaraan gekoppeld: "Welke aanwijzingen zou ik als trainer geven om dit te verbeteren?"




Probeer het zelf maar eens....

maandag 22 september 2014

Icedôem

De bouw van een nieuw ijsstadion in Almere, het Icedôme, gaat definitief niet door. Er is een gebrek aan investeerders voor de plannen van bouwbedrijven BAM en Van Wijnen.
"Het boek Icedôme is definitief dicht. Het was een brug te ver", vertelt Cees van Bemmel, directievoorzitter van Van Wijnen, aan Omroep Flevoland. Dit was te lezen op de site van de NOS.

Ondanks het voordringen vanuit Almere, dat Thialf van de troon wilde stoten als nationaal schaatscentrum, is het niet gelukt. Luchtkastelen zijn nu eenmaal duur in onderhoud. Dat realisme is nu doorgedrongen tot Flevoland.
Zodoende is het nu definitief: Icedôme heet vanaf heden Icedôem.

zondag 21 september 2014

Vredeswake

Vanmiddag stond de laatste looptraining voor de Halve marathon van Katwijk op het programma. Tegelijkertijd wilde ik graag naar het Stadhuisplein in Leiden voor de Vredeswake. Ik besloot beide activiteiten te combineren.

Het affiche is zeer uitnodigend. Deze wereld kan vandaag de dag wel weer wat Flower-power gebruiken.

Vanaf huis liep ik naar de binnenstad van Leiden, waar ik aansloot bij zo'n 200 andere deelnemers aan de Vredeswake. We vormden een kring op het Stadhuisplein.

De korte toespraken werden afgewisseld door stilte of serene muziek van een akoestische gitaar of een panfluit. We stonden tijdens de vredeswake in de zon. Op de terugweg naar huis liep ik in de regen. Je kunt het ook anders zien: het was de voorwas....

"Jij dondersteen!"

De afspraak was al heel lang geleden gemaakt, net na de reünie van Oktopus. Vrijdag kwam het moment, dat ik even Apeldoorn kon bellen.

Met Hélèn sprak ik de precieze tijd af, waarop Ada en ik zouden arriveren. We zouden vanaf Leiden reizen met een overstap op Schiphol. Maar dan ken je mijn vrouw niet. Ada vroeg bij thuiskomst of er geen rechtstreekse treinen vanaf Den Haag Centraal gingen. Deze gingen inderdaad, maar wel vroeger. Voor Ada geen probleem, dus om 8 uur zaten we op de fiets naar de Residentie.
Zodoende kwamen we een half uur eerder aan, waarbij ik door het verraste oud-koorlid ontvangen werd met de woorden: "Jij dondersteen!"
Gezeten in de tuin maakten we kennis met Frank en praatten we bij over de jaren na Oktopus. Na de boterkoek en de versgebakken cake vertrokken we naar de scouting. Hier was ik lang geleden geweest in de tijd, dat ik nog op Pedagogische Academie "De la Salle" zat. Als stagiaire ging ik in juni 1975 met de zesde klas van "De Schakel" uit Nieuw-Vennep mee met de afsluitende werkweek.

Het was mijn zwanenzang als aanstormend pedagoochelaar. Twee weken later ging ik onder het mes voor de kaakoperatie en verliet ik "De la Salle", de leukste school, waar ik op gezeten had. Door de dochter van Frank en Hélèn werden we rondgeleid over het prachtige terrein van de scouting.

De binnenkant van het houten gebouw kwam me bekend voor, vooral het kleine kamertje, dat met een trapje was te bereiken. Hier sliepen de leerkrachten. Maar net als de kinderen, die op werkweek gingen, waren onze nachten kort.
Na de rondleiding fietsten we weer terug naar het huis, waar we pompoensoep met stokbrood aten. De tafel was al gedekt in de tuin, maar een korte bui gooide roet in het eten. We verkasten naar binnen.
Na de lunch fietsten we door de prachtige bossen benoorden Apeldoorn naar Gortel toe. Dat ging voor een flink deel over onverharde paden. De Veluwe is behoorlijk glooiend en we reden regelmatig over vals plat. Het was half bewolkt.
Van Gortel trapten we naar Elspeet toe, waarna we over een onverhard pad met grind en over een soort mountainbikepad naar de Kathedraal fietsten.

Nu moet je bij deze kathedraal niet denken aan een grote Gothische kerk. Het betreft 40 bronzen boomstronken, die geplaatst zijn in de basisvorm van de kathedraal van Reims.


Het was een soort kathedraal van de natuur met stevig uit de kluiten gewassen oude bomen als pilaren. De harmonie van de natuur werd nog versterkt door het zonlicht, dat werd gefilterd door het gebladerte in de kronen van de bomen. Verder was het ver van de wegen zeer stil, maar deze dondersteen hoorde regelmatig het gedonder van het onweer in de verte.
Via Hoog Soeren reden we weer op Apeldoorn aan, waar we aan konden schuiven voor de rijst met gemengde groenten en noten. Er was eigengemaakte yoghurt toe.

Na Hélèn en Frank te hebben uitgenodigd voor een tegenbezoek volgde het afscheidsritueel, waarna we zonder verkeerd rijden naar het station reden, waar we vrijwel meteen in konden stappen in de trein naar Den Haag Centraal. De aansluitende sprinter bracht ons naar De Vink, waar we om 11 uur na 64 kilometer fietsen thuis kwamen na een gezellige dag op de Veluwe.

vrijdag 19 september 2014

Slangen

De afgelopen weken waren de slangen in het nieuws. Allereerst was er de ontsnapte cobra in Made.

Gisteren struikelde een boswachter in de buurt van Nijmegen bijna over een boa constrictor, een slang, die oude rocker Alice Cooper nog wel eens placht te gebruiken bij zijn spectaculaire optredens.


Nu ken ik verder geen andere popartiesten, die met een slang optreden. Maar de slangen komen wel terug in popnummers.



Daarnaast waren er ook diverse popgroepen, die zich met slangennamen tooiden.


En ja, dan kan ik natuurlijk niet achterblijven. Na al deze slangenbezweerders nam ik ook een slang ter hand.

Dat deed ik in de Leidse IJshal, waar ik vanmiddag vanaf mijn werk rechtstreeks naar toe fietste. Daar nam ik ook een slang in de hand. Wat heet, het waren er wel 3. Brandslangen wel te verstaan. Doordat ik er als bedrijfshulpverlener vaak mee geoefend had, had ik de volledige controle over deze brandslangen, zodat er op het ijs weer tweemaal een dun laagje water kwam te liggen, dat dan ondanks de hoge buitentemperaturen kan bevriezen.
Dat is hard nodig ook, want zaterdag 27 september opent de kunstijsbaan aan de Vondellaan haar poorten.

donderdag 18 september 2014

NBDBiblion

Vanmorgen moest ik voor mijn werk naar Zoetermeer. Er was een ochtend georganiseerd door NBDBiblion voor bibliothecarissen, die met collectievorming bezig zijn, maar dan wel met de achterliggende gedachte, veel collectievormers brodeloos te maken. Een groot deel van de ochtend ging namelijk over de Selectieservice.

De Nederlandse Bibliotheek Dienst neemt dan het grootste deel van de boekaanschaf voor haar rekening. Niet gratis uiteraard, maar zo op het eerste oog voordeliger dan dat bibliotheken het in eigen hand houden. Mijns inziens een riskante stap. Collectievorming is immers het hart van het bibliotheekwerk. En om dat zomaar over te hevelen naar een commerciële organisatie, zoals de NBD toch is? Men hulde zich in nevelen over de prijs van dat deel van de collectie, die de betreffende bibliotheek in eigen beheer aanschaft. Is dat tegen de hogere nabestellingsprijs? En wat als je vindt, dat je bibliotheek te veel winkeldochters krijgt toebedeeld?
Op papier klopt het wel, dat 80 % van de collectie in iedere bibliotheek hetzelfde is. Maar juist die 20%, daar gaat het om. Dat vraagt een finetuning, die je lokaal beter in kunt vullen dan dat het landelijk gebeurt. Zeker als de uitvoerder landelijk een monopolist is.
In ieder geval ben ik zeer nieuwsgierig naar de ervaringen en resultaten van bibliotheken, die wel overgestapt zijn op Selectieservice.
Reken trouwens het eerste jaar niet op tijdwinst. Het invullen van de gedetailleerde collectieprofielen is een tijdrovende klus.
Na nog een stukje over Plankklaar koppelen kregen we een rondleiding door de nieuwbouw van NBDBiblion.

De enorme hal, waar de bibliotheekboeken uitleenklaar gemaakt werden, was prachtig. Wat een enorme hoeveelheid techniek, die desondanks ook nog gepaard gaat met veel handwerk. Soms wordt een boek 1000 maal besteld door bibliotheken, tegen slechts enkele exemplaren van een ander boek.
Om half 1 kregen we een lunch aangeboden, waarbij ik met een collega uit Leiden en een drietal van de Zeeuwse bibliotheek praatte. Na de broodjes tonijnsalade vertrok ik naar de Sleutelstad via een andere route dan ' s ochtends, toen ik via de Vogelplas en Stompwijk langs de bedauwde weilanden naar Zoetermeer was gereden.
Voor de terugweg trapte ik via Bethuizen en Gelderswoude naar Zoeterwoude. In Leiden ging ik naar de Vondellaan, waar ik ijsmeester Jan van Rijn hielp met het spuiten van een nieuw laagje water op de prille ijsvloer. Met een glinstering in de ogen aanschouwde ik het glanzende ijs in de Leidse IJshal, de voorbode van een schitterend schaatsseizoen.
Buiten was het in de zomerzon een graad of 25, binnen kwam de termometer niet hoger dan 8 graden. Het scheelde meer dan een jas! Maar ja, ik ben dan ook gek op schaatsen.

Elftechniekentocht

Gisterenavond was de laatste avond voor de G-skeeleraars. Ik had samen met Jaap de Gorter dienst als trainer. We hadden een Elftechniekentocht bedacht, waarbij allerlei oefenstof van de afgelopen zomer terugkwamen in een elftal oefeningen, die zij uit moesten voeren.

Voor mij gold hetzelfde, want ik mocht alles voordoen. Zo passeerden balansoefeningen, diep zitten, zijwaarts afzetten, de start, de slalom en pootje over de revu. Maar algemeen werd de dronkemanspas als moeilijkste oefening ervaren.
Na elke uitgevoerde techniek kregen de G-schaatsers een stempel. Daarbij bleek, dat het niet handig is om een geopend stempelkussen vast te houden, terwijl je een stempel geeft. Het leverde me een blauwe duim op!

Met mijn blauwe vinger loop ik grote kans om benoemd te worden tot ereburger van Zwolle.
Een paar G-schaatsers kregen in plaats van een stempel een blauwe vingerafdruk op hun stempelkaart. Na 11 stempels kregen ze hun gesigneerde certificaat.

Om kwart voor 9 konden Jaap en ik nog even aanhaken bij de skeelertraining, die Marieke van Hoek gaf op de skeelerbaan van Leiderdorp. Arthur van Winsen had dit weer weten te regelen.
De twaalfde techniek was de lastigste van allemaal. We moesten zo lang mogelijk het linkerbeen achterlangs gekruist mee laten lopen na het pootje over. Mij lukte het in ieder geval niet echt. Maar er komt een herkansing. Volgende week woensdag is deze marathonschaatster weer van de partij.

dinsdag 16 september 2014

Nazomer en winter

Af en toe lijkt het, alsof de natuur wat van slag is. Terwijl we nog volop in de nazomer zitten, zijn er verschijnselen, die je normaal pas in het najaar verwacht.

Qua weer hebben we een zeer bijzonder jaar achter de rug. Vanaf december was het 8 maanden op rij te warm en niet zo een klein beetje ook. In de tussenstand van warmste jaren tot 15 september hoeft 2014 alleen 2007 boven zich te dulden.
Deze week was op de weersite van Jan Visser te lezen, dat de zomer van 2014 hetzelfde patroon volgde als die van 2006: een zeer warme juli, een koude en natte augustus en in september een prima nazomer: "In 2006 verliep juli Provençaals warm. Met in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 22,3C werd het met afstand de warmste vakantiemaand uit de meetreeks. Vervolgens werden in augustus de bakens verzet. Niet eerder viel er zoveel regen. Het landelijk gemiddelde bedroeg 194 mm. Daarna volgde de warmste nazomermaand ooit (septembergemiddelde 17,9 tegen normaal 14,5C) en bovendien was het zeer droog. In Kornwerderzand werd slechts 3 mm opgevangen.
Dit jaar lijken hoog- en nazomer klimatologisch een vergelijkbaar traject te volgen. Juli was zeer warm (6de plaats op het KNMI), augustus koel en zeer nat (Krommenie 241 mm) en september is thans hard op weg om een bijzonder droge en warme maand te gaan worden."
Laten we hopen, dat dit geen voorbode is van de komende winter, want die van 2007 stelde totaal niet voor en deze was zelfs nog iets warmer dan de afgelopen flutwinter.
Wat dat aangaat zijn de vooruitzichten niet bijster gunstig. Er is echter een ander gegeven, dat mij toch weer wat hoopvoller stemt: de oost- tot noordoostenwind, die de afgelopen zomer regelmatig voorkwamen en ook nu de kop weer opstaken.

Weerpatronen hebben namelijk de neiging om zichzelf nog wel eens te herhalen. Het is nog veel te vroeg om hierop vooruit te lopen, maar een paar weken wind uit die richting is in de wintermaanden soms voldoende voor een korte maar krachtige natuurijsperiode.
Wat dat aangaat is 2012 een uitmuntend voorbeeld. Het staat op de 19e plaats van de warmste winters van de 113 vanaf 1901, maar desondanks hebben toen veel mensen op eigen houtje een Elfstedentocht gereden.


Gezien deze tegenstrijdige gegevens hou ik het veiligheidshalve maar op een vrij warme winter met een korte natuurijsperiode. Zowel qua winter als qua temperatuur tot half september is 2007 goed vergelijkbaar met 2014. In december 2007 konden we een paar dagen schaatsen op de Vogelplas.

Toen was de koek op voor die winter. Vooralsnog lijkt me dit het meest reële scenario.

Nut en vermaak

In de buurt van Leiden heb je 2 ijsclubs, die zich tooien met de naam "Nut en vermaak". De eerste is die van Leimuiden. Landelijk is deze club bekend geworden als de schaatsvereniging van Bob de Jong, 's lands beste stayer ooit. Kijk eens naar de imposante erelijst van deze bescheiden schaatser.

Daarnaast zetelt in Stompwijk een ijsclub, die zich ook "Nut en vermaak" noemt. Behalve dat ik in de Leidse IJshal regelmatig met Stompwijkse schaatsers mijn rondjes rij, is deze club van groot belang voor het schaatsen op de Vogelplas. Als het gesneeuwd heeft, vegen zij vaak de baan. Zeer nuttig voor ons vermaak.
Vanmorgen had Ada voor mij een hele serie kleine klusjes bedacht: "Je hebt toch genoeg vrije tijd...."
Een ervan was het gieten van water in de kas. Van huis uit liep ik naar de volkstuin, waar de regentonnen na 2 weken droogte bijna geen water meer bevatten. Ik wandelde met de gieter op en neer naar de sloot, zodat de planten verder kunnen groeien.
Met een mooie omweg liep ik weer naar huis, zodat ik 9 kilometer getraind had. Als dat geen "Nut en vermaak" is?

Schaats Instructie Cursus

Gisterenavond was de eerste avond van de Schaats Instructie Cursus. Samen met Gerard Driessen en Bert Staal organiseer ik deze interne IJVL-cursus, die ook voor enkele buitenstaanders toegankelijk is.
Toen ik thuis kwam uit mijn werk, kwam Ada aangelopen met de telefoon in haar hand. Een van de cursisten meldde zich af voor de avond wegens een ouderavond op school. Bij het clubhuis van IJssport Leiderdorp aangekomen, waar op de skeelerbaan weer druk getraind werd door diverse groepen, meldde nog een laatkomer zich aan.
Door de diverse afgesloten wegen in Leiderdorp waren diverse mensen te laat, maar onder leiding van Gerard Driessen, die de natuurkundige achtergrond van het schaatsen uit de doeken deed, werd de spits afgebeten van deze zeer leerzame, maar ook gezellige cursus.
Op de beamer had Gerard een foto van spiegelglad zwart ijs op de Nieuwkoopse Plassen als achtergrond. De foto hield het midden van onderstaande foto's.


Jaloersmakend. Maar je weet meteen weer, waarom je zo verknocht bent aan schaatsen!
Gezeten naast Hans Post, met wie ik op vrijdagmiddag in de Leidse IJshal schaatsles geef aan kinderen, hadden we een prima startavond van de SIC-cursus. Er werd druk gediscussieerd over de stellingen, die Gerard bedacht had rond het thema: waardoor ga je harder schaatsen als je een bepaalde techniek gebruikt of waarom juist niet?
Indien er nog spijtoptanten zijn, die alsnog mee willen doen aan de Schaats Instructie Cursus, dan kunnen ze zich uiterlijk zondagavond nog bij mij aanmelden.

zondag 14 september 2014

Alles heeft zijn tijd

Een van de meest bekende teksten uit het Oude Testament is "Alles heeft zijn tijd" uit Prediker. Deze tekst is ook doorgedrongen tot de popmuziek, onder andere met dit nummer van "The Byrds".

Neil Young borduurde zeer creatief op dit thema voort.

Zelf kwam ik vandaag ook in aanraking met het gegeven, dat alles zijn tijd heeft. Ik had eigenlijk een rondje willen skeeleren, maar het kwam beter uit, dat ik Ada ging helpen op de volkstuin. Derhalve fietste ik met mijn vrouw mee, waar ik de planten water gaf in de kas, maar de grootste klus, die mijn echtgenote voor mij had bedacht, was het grond uit de PVC-buizen halen. Ja, en als er iemand is, die de schoonheid van buizen weet te waarderen....

Het was niet het meest verheven werk, dat mij werd toebedeeld, maar ja, in tegenstelling tot mijn echtgenote heb ik dan ook geen groene vingers. Na het schoonmaken van de buizen waren het trouwens bruine.

Desondanks deed ik het graag, want in hetzelfde Prediker is te lezen: "Geniet van het leven met de vrouw die je bemint."

Wat dat aangaat ben ik zeer Bijbelvast.

"Vroeger was ik Oostindisch doof...."

Afgelopen week was ik behoorlijk doof aan mijn rechteroor. Het was de nasleep van een verkoudheid. Op een of andere manier was het op mijn oren geslagen en kwamen mijn oren dicht te zitten door een stevige laag oorsmeer.
Nu heb ik dat ooit te lijf gegaan met wattenstaafjes, maar daar werd ik op een gegeven moment echt doof van. Dat ging gelukkig over, maar zoals de Friezen zeggen: "Op oud ijs vriest het licht." Een oude kwaal komt gauw terug.
Heel voorzichtig verwijderde ik de laag oorsmeer met wattenstaafjes.

Bij het linkeroor ging het goed, bij het rechteroor een tikkeltje minder. Ik was aan dat oor wel niet doof, maar zeer hardhorend.
Tegen mijn collega's zei ik: "Vroeger was ik Oostindisch doof...." Om er even later aan toe te voegen: "Nu ben ik het gewoon!"

In de uitlening moest ik zo gaan zitten of staan, dat ik mijn linkeroor naar de klant de richten. Zo kwam ik deze week door en kon onze bibliotheekbezoekers net zo goed helpen als anders.
Nu gebruik ik calendulabalsem om wondjes snel te laten genezen. Zelfs bij koortslippen werkt het prima.

Als bibliothecaris heb ik ook wel eens wat gelezen over de medische historie.

Diverse ontdekkers van geneesmiddelen probeerden hun vindingen uit op zichzelf. Zodoende waagde ik me ook aan een medisch "experiment" en probeerde ik uit, hoe calendula op mijn trommelvlies zou werken.
Het duurde niet lang, of ik voelde de werking al. De oren voelden warm aan en het begon te jeuken, hetgeen vaak een teken, dat de genezing aan de gang is. Aanvankelijk merkte ik niet, dat ik meer hoorde. Op mijn werk had ik mijn oplossing al gevonden, in het verkeer lag dat wat anders. Verkeer, dat van rechts kwam, hoorde ik op de fiets niet aankomen. De oplossing is echter simpel: iets zachter fietsen, zodat je meer tijd hebt om te reageren.
Maar langzaam maar zeker werd het beter. Het is nog niet 100% en het rechteroor suist een beetje, maar het gaat wel allemaal goed komen. Daar zal ik blij mee zijn.

Want uit eigen ervaring kan ik u vertellen, dat Oostindische doofheid een stuk comfortabeler is. In ieder geval voor jezelf....