Toen ik vanmorgen om 6 uur wakker werd, was mijn vrouw dat ook. Ze zat wederom vol goede voornemens. Eén ervan was om er meteen uit te gaan en vroeg naar de volkstuin te fietsen om de tomatenplanten te gaan poten in de kas.
Voor mij hield dat in, dat ik ook vroeg uit de veren moest, want ik had beloofd om met de fiets de thuis opgekweekte stekken te gaan brengen. En bij mij geldt: een man een man, een woord een woord.
Om een uur of 7 vertrok mijn vrouw naar de tuin, ik volgde een half uur later. Maar ja, ik mocht de rit heen en terug nogmaals maken. Dat was geen probleem. Het zonnetje scheen en de temperatuur was aangenaam. Tijdens de rit naar de volkstuin zag ik een scholekster doodgemoedereerd in het gras naast de oprijlaan paraderen.
Om half 10 fietste ik met Ada mee naar het huis van haar ouders. Onderweg zagen we op de Papeweg een reetje de weg oversteken en van Santhorst naar De Horsten lopen. Gelukkig was het op dat moment rustig. Aan de overzijde van de weg liep het dier naar het bos toe en bleef aan de rand ervan even stilstaan. Zo keken we naar het reetje van het reetje.
Dat het reetje voorzichtig was, was begrijpelijk. Zij betrad het domein van koning Willem-Alexander, van wie bekend is, dat hij naast een Elfstedencrack ook een verwoed jager is. Zijn specialiteit is het schieten van bokken!
Een schoonzus van me had plastic plantenpotten bij haar ouders gebracht, die ik naar een plantenkweker in Zoeterwoude Weipoort zou brengen. Het paste prima in de nu lege fietstassen.
Via de Vlietlanden reed ik naar Zoeterwoude toe en vandaar naar de Weipoort. Na de kweekpotten afgeleverd te hebben, fietste ik de Weipoort uit in oostelijke richting. Zo kwam ik bij Weipoorts IJs uit.
In het gras langs de sloot likte ik de twee bolletjes op, terwijl ik keek naar de paaiende karpers, die net onder de waterlijn woest heen en weer zwommen. Dit was trouwens niet de enige boerensloot, waarin dit geschiedde. Tijdens de fietsrit tussen de weilanden door zag ik dit schouwspel in diverse ondiepe sloten.
Over een fietspad met klaphekjes trapte ik naar Zoeterwoude Zuidbuurt en vandaar naar door de provinciale weg tussen Stompwijk en Zoeterwoude. Op weg naar de Vlietlanden hoorde ik in de weilanden vlak bij de molen een paar grutto's.
Ik stapte af. Zo vaak zie je tegenwoordig de grutto niet meer.
Na een minuut of 5 fietste ik weer verder. De dichtstbijzijnde grutto was weggevlogen. Via de Vlietlanden pedaleerde ik onder een dichter wordende bewolking naar de volkstuin toe. Daar knapte ik een klein klusje op, terwijl Ada en haar vader met de planten bezig was.
In de verte hoorden we het donderen. Tijd om naar huis te gaan. Ik reed met Ada en haar vader mee, waarna ik bij een ijzerwarenwinkel wat leertjes kocht voor een tuinslang. Terwijl mijn vrouw nog wat klussen deed bij haar ouders, reed ik naar huis, waar ik lunchte, terwijl de onweersbui rap naderbij kwam. Met al die klusritten had ik 57 kilometer bij elkaar getrapt op deze aangename lentedag.
dinsdag 11 mei 2021
Een scholekster, twee grutto's en een reetje
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten