Nog een beetje stram van de door de warmte zware Marathon van Leiden verlieten we om 5 uur de echtelijke sponde.
We kleedden ons aan, haalden het proviand uit de koelkast en bepakt en bezakt vertrokken we naar De Vink, waar we via Leiden Centraal naar Rotterdam Centraal reisden. Op dit ons zo bekende station aten we wat. Ada nam koffie en na een uur wachten, de ingeplande zekerheidsmarge, hadden we de TGV naar Paris-Nord.
In de trein kocht ik alvast de metrokaartjes bij de restauratie. In Brussel hadden we een vertraging van een kwartier opgelopen, maar deze was bij Parijs op 5 minuten na weggewerkt.
Vanaf de Thalys wandelden we naar metrolijn 4, waar we snel met de ondergrondse naar Montparnasse reden. We waren ruim op tijd tot de metro bij Odeon stilstond.
Er werd af en toe in het Frans omgeroepen. Minuten later nog eens en toen zagen we de eerste passagiers de ondergrondse verlaten. Er volgden er veel meer. Alleen de toeristen bleven over.
Een vriendelijke Parijse jongeman ontfermde zich over ons en leidde ons via een kleine uitgang naar buiten, waar een bus naar Montparnasse klaarstond. Zo zagen we toch nog iets van la Ville Lumière. Bij Montparnasse hadden we nog een klein half uur. Bij Starbucks kochten we een cappuccino en een jus d'orange, die we namen in de TGV naar Hendaye, die om 12.04 volgens dienstregeling vertrok.
In wisselende weersomstandigheden reden we naar Bordeaux, waarna het mooiste deel van de reis kwam tussen de Pyreneeën en de Oceaan.
Om kwart voor 5 stapten we in Hendaye uit de trein, waarna we naar Irun wandelden over de brug. In Hotel Aitana haalden we de sleutel van kamer 107 in Pension Europa op.
Daar brachten we onze spullen en aten we nog een laatste boterham met kaas alvorens we naar het busstation liepen. Dat viel tegen. De plek, waar deze altijd gelegen was, was nu een bouwput. Waar moesten we naar toe?
We kregen uitleg en liepen naar een plein, dat dienst zou doen als busstation, maar we zagen totaal geen aanwijzing.
We liepen te ver. Weer terug. Er stond een bus van een andere maatschappij. Vermoedelijk stopte Alsa hier ook, maar wat als dat morgenochtend niet zo was? Siebe zocht het voor ons uit. De niet aangegeven plek was de bushalte.
We wandelden door naar restaurant "Virginia", waar we een kabeljauwschotel hadden met Estrella Galicia en Saizar Sidra met Flan con helado de vainilla toe.
Ondertussen las Ada verder in "Durf te falen" van Elizabeth Day.
Zelf deed ik dat in "Het Pilgrim Fathers complot" van Jeroen Windmeijer.
€ 61,80 lichter wandelden we terug naar Pension Europa, waar we om een uur of 11 in slaap vielen.
vrijdag 31 mei 2024
Het verdwenen busstation
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten