Om 7 uur 's avonds fietste ik naar Jaap de Gorter, om samen met hem naar de skeelerbaan van Leiderdorp te trappen. Ik was in de veronderstelling, dat ik training moest geven aan de G-schaatsers, maar daar er maar weinig deelnemers waren opgekomen vanwege de overvloedige regenval op deze doorweekte woensdag, kon Jens Postma het wel in zijn eentje af. Zodoende kon ik meetrainen met de groep skeeleraars, die iedere woensdagavond de polder in trekt voor hun wekelijkse trainingsronde. Hoe leuk ik dit ook vind, hun tempo ligt echter te hoog voor mij. Ik zou alleen als blok aan het been fungeren.
Deze groep IJVL-ers kreeg les van Marieke van Hoek, een van de beste skeeleraars van Nederland. Op een 400-meterbaan geeft het niet, als je de langzaamste bent. Verder dan 200 meter raak je nooit verwijderd van de groep. Van Marieke en haar zus Willemijn kregen we een training, die geënt was op de bochtentechniek.
Na 6 rondjes ingereden te hebben kwam de eerste oefening ter sprake. We moesten op het rechte eind een flinke vaart maken en dan tweebenig de bocht in en dan de hele bocht op het linkerbeen rijden.
Tandarts Van Winsen maakte meteen duidelijk, dat dit geheel op eigen risico geschiedde: "Ik heb geen dienst vanavond!" Dat was ook totaal niet nodig, want het lukte niemand om de oefening goed uit te voeren. Na een korte aanvullende uitleg over de heupinzet naar links lukte het al beter. De volgende oefening was om de gehele bocht op het rechterbeen te rijden. Dit ging ons heel wat beter af. Met het rechterbeen kun je in de bocht heel wat beter sturen. We reden zo heel wat rondjes van 400 meter, maar het zwaarste moest nog komen: in twee groepen van 6 moesten we de kleine bocht gaan lopen. Zo liep je een rondje of 10 aan een stuk door alleen maar bochten. Een soort shorttracktraining dus. Ik kan u verzekeren: je benen lopen dan aardig "vol"! Maar Marieke had nog wat ijzers in het vuur. We moesten de bocht lopen en daarbij alleen goed zijwaarts afzetten met rechts, terwijl we het linkerbeen van het asfalt tilden. Aansluitend moesten we opnieuw een tiental bochten lopen en ziedaar: het ging ineens veel beter! We mochten het nu op de 400-meterbaan proberen. En dat werd het ook, want het ging een stuk minder. Daar we de bocht te snel wilden lopen, ging het mis. We mochten nog 5 rondjes uitrijden met de nadrukkelijke opdracht de bochten rustig en beheerst te lopen met een goede zijwaartse afzet met rechts. En inderdaad, het ging een stuk beter. Zo heb ik dit seizoen heel veel bijgeleerd. Van Tjeerd Wierdsma en Dick van Goozen, die me gisterenavond ook nog af en toe aanwijzingen gaf, als ik langs hem skeelerde, leerde ik vooral de bijhaal en de valbeweging. Deze is inmiddels aardig geautomatiseerd. En dan nu een betere bochtentechniek. Het ziet er goed uit. Nu kijken, of ik deze techniek over een paar weken in de Leidse IJshal ook op het ijs kan laten zien. Daar het met skeeleren altijd onzeker is, of de training doorgaat, had ik 2 exemplaren van "Molen- en Merentocht" meegenomen, die ik na afloop van de anderhalf uur durende skeelertraining aan Tjeerd en Dick gaf om hen te bedanken voor hun inzet in het afgelopen zomerseizoen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten