Sommige dagen staan in je geheugen gegrift, terwijl andere door een associatie weer uit het onderbewuste weer tevoorschijn komen. Vandaag is zo'n dag, waarop 19 april 1990 mij ineens weer helder voor ogen kwam.
Net als nu viel 19 april toen op donderdag. Alleen was het weer toen heel anders. Het was koud en kil weer, toen ik met Tim de Beer en Joep Kapiteyn een voor kinderen lastig te openen poortje maakte in het gaashek, dat we bij de verhuizing naar ons huis hadden aangelegd om te voorkomen, dat de toen nog jonge kinderen in de sloot achter ons huis zouden vallen.
Twee dagen ervoor was ik gezakt voor mijn rijexamen. Op zich reed ik toen best goed, maar twee ingrepen voorkwamen, dat ik slaagde. Eén ingreep is daarvoor al voldoende, maar als je iets doet, dan kun je het maar beter goed doen.
Natuurlijk baalde ik toen, dat ik het roze papiertje niet in een keer haalde. Maar met de wijsheid achteraf moet ik wel zo eerlijk zijn om toe te geven, dat ik er toen gewoon nog niet aan toe was.
Bovenstaand boek, wat ik toendertijd aan het lezen was, staat vol met voorbeelden van wijsheid achteraf. "De onsterfelijke blunders keren terug" van Stephen Pile staat vol met groteske blunders, waardoor ik vaak schaterend van het lachen aan het lezen was.
Ik zal een paar voorbeelden geven. Bij de eerste speelde een Amsterdamse uitgever een glansrol. Hij was op de Frankfurter Buchmesse van de ene receptie naar de andere gegaan en had aardig wat ingenomen, toen hij met de taxi naar zijn hotel wilde. Hij gaf aan de taxichauffeur een kaartje met het adres, nestelde zich op de achterbank en viel in slaap.
Toen hij gewekt werd door de chauffeur, was hij meteen klaarwakker. Hij stond voor zijn huis in Amsterdam. Hij had de chauffeur zijn visitekaartje gegeven....
Het tweede voorbeeldgedrag werd gegeven door een groep Engelse duikers. Zij hadden ontdekt, dat er in een meer in Schotland nog door niemand gedoken was. Met een groep duikers reisden ze in een busje naar de Schotse Hooglanden af, een reis van 1000 kilometer. Ze trokken hun duikpakken aan, deden de zuurstofflessen om en gingen te water om te ontdekken, dat het Loch slechts een meter diep was....
Dit zijn natuurlijk schoolvoorbeelden van grote schoonheid, maar eenieder van ons kent zo zijn eigen fouten en blunders. Fouten maken is niet erg. Als je er maar van leert.
Elfstedenmaat Frits van Huis wist deze wijsheid achteraf kernachtig te omschrijven: "Ervaring is vooral weten, wat je niet moet doen!"
En zo is het maar net!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten