Ik denk niet, dat er veel mensen zijn, die op een dinsdagochtend in de regen beginnen aan de halve marathon. Ik ben zo'n sportgek.
Nu heb ik het grote voordeel, dat ik iets meer dan 100 meter van het oude parcours van de marathon van Leiden af woon. Daar ik over dat parcours 10 keer de marathon gelopen heb, die in die jaren bestond uit twee keer hetzelfde rondje van 21 kilometer en 100 meter, ken ik de route op mijn duimpje.Voor het lopen van de marathon heb je veel zelfdiscipline nodig. Het komt aan op de voorbereiding, waarin je veel kilometers moet maken, vaak in wisselende weersomstandigheden. Als je in je schema een lange loop hebt staan en het is slecht weer, dan moet je toch gewoon gaan.
Mentaal gezien is dat zelfs een pluspunt. Net zo goed als dat je met elf mooiweervoetballers geen kampioen wordt, kun je met zo'n mentaliteit ook geen marathon lopen. Op de dag van de marathon kan het ook regenen of kan er een harde wind staan.
Zo liep ik richting Zoeterwoude. Onderweg had ik een korte tussenstop bij huize Flaman, waar ik een glas water dronk. Voldoende drinken meenemen is bij lange lopen vaak lastig. Zulke pleisterplaatsen zijn dan onontbeerlijk. Als je dorst krijgt, dan ben je te laat!
Via Zoeterwoude en de Vlietlanden, waar de ravage van de aanleg van de Rijnlandroute ook duidelijk zichtbaar was. In Voorschoten liep ik langs de Korte Vliet. Ik kocht een paar zakjes met bloemenzaad voor bijen.
Met een korte slinger extra liep ik over het oude parcours langs de rand van de Stevenshof weer naar huis toe, waar deze halve marathon 22 kilometer lang bleek te zijn....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten