We werden thuis opgepikt door Hans Boers. Met hem en Morena reden Ada en ik naar Vogelenzang, waar we de ingang bij "De Oase" moesten nemen. Normaal gesproken is er op een grauwe decemberdag genoeg plek om te parkeren, maar dat lag een tikkeltje anders. Op de tijd, waarop wij hadden afgesproken, was de start van de Oliebollenloop.
De deelnemers aan de wandeling door de Amsterdamse Waterleidingduinen onder leiding van een boswachter druppelden in tweetallen binnen. Hij vertelde, dat de schrijver Jacob van Lennep, de grondlegger was van de waterleidingduinen. Hij had het idee opgedaan te hebben in Engeland en daar de rijke Amsterdammers niet mee wilden betalen, werd de grachtengordel als laatste aangesloten op het waterleidingnet. Heden ten dage onttrekken de rijksten zich nog steeds aan het meebetalen aan de publieksvoorzieningen.
Jacob van Lennep was niet alleen schrijver van historische romans als "Ferdinand Huyck", "De Roos van Dekama" en "Elisabeth Musch", maar hij was daarnaast ook hoogleraar Nederlands.
In zijn vrije tijd ving hij graag vogels op het landgoed, waarop de waterleidingduinen werden aangelegd. Aan deze manier van vogels vangen hebben we uitdrukkingen als "Op het vinkentouw zitten" en "Bij de lurven pakken" te danken.
Vanuit bezoekerscentrum "De Oranjekom", het voormalige pompstation, begonnen we aan de daadwerkelijke rondwandeling door de Waterelidingduinen, waarbij ik aan de boswachter gevraagd had, of je op het dieper dus luwer gelegen meer kon schaatsen."Dat kan niet", kreeg ik als antwoord: "Het water is altijd in beweging, dus het vriest niet dicht."
De tocht door het waterwingebied was erg mooi.
Vooral op de met verschillende soorten mos begroeide duinen moest je goed uitkijken, want je kon zomaar wegglibberen.
Maar verder keek je je ogen uit met planten als geweischimmel en doornappel.
We zagen diverse herten en reeën rondlopen, die precies weten, welke planten ze moeten laten staan. Bijna alle planten, die nu nog staan, zijn giftig!
Ook de vogels kwamen aan bod. De boswachter wees ons op een grove den, waarin veel goudhaantjes huisden.
Het was de eerste keer, dat ik dit kleinste vogeltje van Nederland, het goudhaantje zag. Eerder had ik wel een ander goudhaantje gezien en bewonderd.
Bij deze standtent stonden de vlaggen strak. Het was op deze verder rustige dag een tijdje flink gaan waaien. In "De Zeemeeuw" sloten we een leuke wandeldag op een gezellige wijze af met een driegangenmenu, waarop geen goudhaantjes prijkten....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten