NAP-route

Halverwege de nacht werden we gewekt door het rap naderbij komende onweer. Ada haalde nog snel de was, die te drogen hing, naar binnen, ik rende voor een sanitaire stop. Net voor de bui losbarstte, lagen we weer in onze slaapzak.

Het was een heftige bui. De ene bliksemflits volgde op de andere. Soms zaten er maar 2 tellen tussen het weerlicht en de donderslag. Af en toe voelde je wat fijn vocht in de tent: opspattende regen. De onweersbui hield het een half uur uit, daarna keerde de slaap spoedig terug.
Om een uur of 7 werden we wakker. We hoefden niet in te pakken, want we hadden een dagje Westerwolde zonder bepakking gepland. En daar alles buiten klam aanvoelde, ontbeten we in de keuken. Onder een grijs wolkendek verlieten we rond 9 uur camping "Noorderloo".
We fietsten naar Bellingwolde om bij de bocht bij Rhederbrug rechtsaf te slaan. Door een bos trapten we naar een kanaal, dat veel weg had van de Hoofdvaart in de Haarlemmermeer. Daar reden we een stukje terug naar de brug, die we overstaken.

Aan de overzijde maakten we een U-bocht om daar naar De Lethe te pedaleren. Bij de grens, die we gisteren overgestoken waren, maakte ik nog wat foto's.



Om Bellingwolde heen reden we naar Oudeschans. Hier wilden we wat drinken, maar helaas was er geen horeca open. Alleen "De Blokeend".

Hier kregen we koffie en thee aangeboden. Het is een heel bijzondere winkel. De eigenaars wonen in de winkel. Hun gastvrijheid is onovertroffen. Ook al kochten we niets, we hoefden niets voor onze drankjes te betalen.
We reden nog even naar een schans en zagen daar een blauwe flits: een ijsvogel.

We wilden naar Blijham fietsen. Bij een driesprong was de vraag: over de dijk of door de polder?
Daar mijn voorste versnelling al een paar dagen vast zat op het kleinste blad, keerden we de fiets om en legden de ketting op de grote plaat. Binnen de kortste keren zat deze weer op het kleinste verzet.
We vroegen een voorbijkomende mountainbiker of hij verstand van fietsen had. Nou, meer dan wij. Hij constateerde een kink in de versnellingskabel. Een kink in de kabel.

De fietsenmaker in Blijham was op vakantie, dus we moesten derhalve naar Winschoten.

Op de dijk hadden we de wind tegen en tot overmaat van ramp begon het ook nog eens hard te regenen. De eerste fietsenmaker had eigenlijk geen tijd, de tweede wel, maar aan het eind van de middag zou de Batavus Galibier pas klaar zijn. Met een leenfiets vertrokken Ada en ik.

Na een kilometer fietsten we door het Rosarium. Bij "Het Rozenpaviljoen" namen we een lunch: Ada een salade met 2 kroketten, ik een boerenuitsmijter.

Met een gevulde maag trapten we via Blijham naar Wedde. 

Na een ritje langs de Middeleeuwse kerk pedaleerden we naar de Wedderborg. 

Hier maakten we een korte wandeling, die uitkwam in het dorp Wedde na de Westerwoldse Aa te zijn overgestoken. We bezochten nog even "De Hongerige Wolf", een galerie, winkel en herberg in één.
Via Wedderbergen reden we richting Winschoten, toen we gebeld werden, dat de fiets klaar was.
We reden naar fietsenmaker Meijer, waar de versnellingskabel was vervangen. De ketting en sommige tandwielen waren al aardig afgesleten.
Door deels dezelfde route gefietst te hebben, kwamen we uit op ongeveer 30 kilometer te hebben gereden met de leenfiets. Met de 46 kilometer op de kilometerteller hadden we toch nog 76 kilometer afgelegd, waarvan aardig wat over de NAP-route.

Bij de Spar in Blijham deden we wat inkopen. We aten patat en kroket op camping "Noordeloo", waar we via Vriescheloo naar toe waren gereden. Bij de tent namen we yoghurt met aardbeien, waar we de route voor de komende dagen bepaalden.
In de kantine van de camping werkte ik het dagboek bij van de dag, dat we panne hadden op de NAP-route.